Een jaar van „Filippus”.

Reeds eenigen tijd geleden Verscheen het jaarverslag van , , Filippus", ons Gereformeerd Tractaatgenootschap. De leden zullen het wel alle reeds hebben doorgelezen. Laat ik voor hen, en voor die het niet ontvingen, er een paar zaken uit onderstrepen, die ieder onder ons dient te weten, die in de arbeid van de Evangelisatie belang stelt.

In de eerste plaats het feit, dat het aantal leden van „Filippus" is gedaald. In de loop van 1929 verminderde het aantal met precies honderd. In 1930 heeft zich die daling voortgezet. Begin October was het weer 46 minder dan primo Januari.

De secretaris verklaart dit verschijnsel in zijn verslag uit de economische nood der tijden, en voor een deel uit afvallen door sterfgevallen.

Vermoedelijk zal zijn diagnose wel de juiste zijn. In deze tijd begint ieder zooveel mogelijk op zijn uitgaven te bezuinigen. Vele dingen worden afgeschaft, die in beter dagen het huis binnenkwamen. Kranten worden opgezegd, voor lidmaatschappen

wordt bedankt, enzoovoort. Onder dat verschijnsel zal waarschijnlijk „Filippus" ook wel lijden.

Maar als iemand onder de lezers ook van dit blad met het plan rondloopt, ook zijn lidmaatschap van „Filippus" op te zeggen, dan wil ik hem even waarschuwen, dat niet te doen. Dan zijn er misschien andere dingen, die nog eer kunnea worden gemist; want, denk er wel aan, voor de arbeid in Gods Koninkrijk bezuinigen we het allerlaatst. Alleen dan, als het heelemaal niet anders kan. Want zulk bezuinigen zou de arbeid schaden. Dat zou'jammer zijn. Want „Filippus" doet zeer veel.

In 1929 werden gedrukt 530.000 grootere en kleinere geschriftjes, 20.000 kalenders, 1500 premies. Dat is maar even iets uit de vele arbeid. Met groote dankbaarheid mogen we zien op onze Gereformeerde uitgeverij van Evangelisatie-lectuur.

Zou het niet vreeselijk jammer zijn, als ze haar arbeid moest inkrimpen, uit gebrek aan geld?

Daarom herinneren we ons bij het opmaken van bezuinigingsplannen, dat we bezuinigen 'in dit werk alleen dan, als het absoluut niet anders kan. Eerst op eigen luxe-uitgaven, en die hebben velen van ons nog zeer veel, ofschoon ze bedanken voor sommige dingen, die ze niet hadden mogen opzeggen.

Een tweede opmerking, die ik wilde maken, betreft het gebruiken van wat „Fihppus" biedt. Op de jaarvergadering werd ook ditmaal gezegd, dat verschillende organisaties en personen de tractaatjes van „Filippus" niet zoo waardeeren als die van andere uitgevers. De oude klacht over onze tractaatjes.

Daarom zijn er Evangelisatie-commissies, die liever andere lectuur gebruiken.

Maar gelijk reeds tal van malen is betoogd, wil ik ook nu er op wijzen, dat die klacht misschien in het verleden wel eens reden van bestaan heeft gehad, maar heden niet meer. De tractaten van „Filippus" kunnen de vergelijking met al het andere best doorstaan. Het geldt hier vermoedelijk een klacht, die uit oude tijden is blijven rondwandelen, en waarvan vele menschen nog wat tijd moeten hebben, om te worden verlost. Menschen, die maar nazeggen, wat ze weleens hebben hooren zeggen door anderen en in oude tijden.

Terwijl men nog bij het gebruiken van onze eigen tractaten het groote voordeel heeft, dat men niet eerst zelf alles behoeft door te lezen, om zeker te zijn, dat er geen on-Gereformeerde dingen. worden gezegd in door Gereformeerden gebruikte lectuur in de Evangelisatie. En met nadruk moet worden gezegd, als een soort waarschuwing: gij allen, die lectuur verspreidt en die betrekt van niet-Gereformeerde zijde, alles, wat ge daarvan ontvangt, alles, onverschillig van wie ook, moet ge zelf eerst doodezen, eer ge liet verspreidt. Of ge moet het laten doorlezen iemand met Gereformeerde voelhorens. Want ge moet de volstrekte zekerheid hebben, dat, wat ge aanbiedt aan de menschen, onder wie ge evangeliseert, is naar het Woord van God.

En eindelijk „Filippus" heeft het vorige jaar ook uitgegeven enkele tekstkaarten. Prachtige kaarten, zeer geschikt voor verspreiding. Beantwoordend aan de eisch, dat wat we den modernen mensch aanbieden ook in zijn vorm geschikt moet zijn. Daartegen is vroeger geregeld gezondigd, toen men meende, dat de lezer het wel mooi zou vinden, al werd het ook nog zoo leelijk uitgegeven.

Deze kaarten zijn iets moois. Maar, erg pessimistisch zegt het verslag, dat die kaarten er niet zijn ingegaan. Droevig.

Hebben commissies, die geschikte lectuur zoeken, ze al eens aandachtig bekeken? Prachtkaarten om achter te laten bij verschillende omstandigheden. Als ze worden gebruikt, is „Filippus" spoedig door de voorraad heen, en kan een andere serie ter perse worden gelegd. Die dan meteen in de keuze der teksten wel wat meer met de voorwerpen der Evangelisatie rekenen zal.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen