GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

BOEKBESPREKING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BOEKBESPREKING

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ons werd toegezonden het Jaaroverzicht 1938 van de Nationaal Christelijke Onderwijs Vereeniging (N.C.O.V.). Deze vereeniging stelt zich ten doel, zooveel mogelijk hulp te verleenen aan het Christelijk onderwijs, dat aan schipperskinderen gegeven wordt. Kennisname van dit jaaroverzicht en van het mooie werk dezer vereeniging is niet overbodig. Adres van het bestuur is: CuraQaostraat 84 hs, Amsterdam—^W.

Jaarboekje 1939. 21e jaargang. Officiëele uitgave der Geref. Kerk van Utrecht.

Na een Voorwoord en een artikel over „Het tehuis voor Ouden van dagen" „De Oorsprong", met een paar foto's, volgen de vele gegevens in betrekking tot het leven en werken van Utrechts kerk en allerlei andere zaken. Eigenaardig dat hoewel reeds „in het jaar 1875 volgens het besluit der Synode het systeem van vaste jaarlijksche bijdragen ingevoerd (werd) als een middel om, naast de collecten, de benoodigde gelden voor het onderhoud der (Theologische) School te verkrijgen", „De Bazuin" van 1 Juli 1938, en dit systeem door de volgende Synodes steeds is gehandhaafd, en ook nog d© Synode te Amsterdam in 1936 besloot aan de kerken een schrijven te zenden om tot verhoogde offervaardigheid voor de Theologische School op te wekken, waarin zij: ook deze woorden deed opnemen: „Bijzonder moge daarbij de aandacht gevestigd worden op de nog steeds van kracht zijnde bepalingen voor de plaatselijke en classicale correspondenten", art. 77; vgl. „De Bazuin" van 2 Sept. '38, „De Instructies"; dit boekje toch geenerlei medcdeeling geeft omtrent eenen (door den kerkeraad of anders) aangestelden correspondent inzake contributies voor de Theol. School.

S. GREIJDANUS.

Jaarboekje van de Gereformeerde Kerk van Watergraafsmeer. 13e Jaargang 1939.

Dit boekje geeft uitvoerige inlichting aangaande hetgeen de Geref. Kerk van Watergraafsmeer betreft, en daarbij in het „Niet-officieel gedeelte" nog over veel meer. Maar wat boven van het Utreohtsche jaarboekje werd gezegd, moet ten aanzien van dit herhaald worden: ondanks die synodale besluiten en opwekkingen, geen correspondent betreffende contributies voor de Theologische School, noch een door den Kerkeraad benoemd, noch een op andere wijze aangesteld, althans.... dit Jaarboekje maakt bij zijne vele en velerlei mededeelingen. van "zulk een correspondent geen melding.

S. GREIJDANUS.

„De Gereformeerde School". Maandblad van het Gereformeei'd Schoolverband", 10 Maart '39. Dijkstra's Uitgeverij — Zeist.

Dit nummer begint een artikelenreeks over De tij d tusschen het Oude en Nieuwe Testament, van H. H. Grosheide, en een andere over L ij d t ons Christel ij k onderwijs inderdaad aan intellectualisme, van Prof. Dr J. Severijn, en bevat een verslag eener delegatie, over de Christelijke kweekschool te Sneek, en nog een en ander.

S. GREIJDANUS.

„Diaconaal Correspondentieblad". J. H. Kok N.V. — Kampen.

Het nummer van Maart 1939 handelt over Geldelijke b ij dragen uit de Overheidskas voor diaconieën, en bevat een stuk over Armoede en Demoralisatie, onderwerpen van geen gering belang, en een beginartikel over Het diakenambt volgens de Kerkenordening, Leestafel en

een paar berichten.

S. GREIJDANUS.

„Leidersblad". Uitgave van den Bond voor Geref. Jeugdorganisatie, Bazarlaan 46, Den Haag.

Ook dit is een maandblad. Het nummer van Maart geeft behalve allerlei mededeelingen en boekbesprekingen en het Jaarverslag, Leidraden voor de Vaderlandsche geschiedenis, en voor de Kerkgeschiedenis, en Schetsen Gewijde Geschiedenis.

S. GREIJDANUS.

„Elckerlyc". Bosch & Keuning N.V. — Baam.

Het tijdschrift begint terecht een goeden naam te krijgen. Nu het uiterlijk er weer aantrekkelijker uitziet, zal men het met te grooter genoegen ter hand nemen. Het peil der uitvoerige besprekingen is hoog, de rest van het gebodene meestal interessant. De toegevoegde boekjes komen in de plaats van uitvoerige beschouwingen of stukken oorspronkelijk werk, die vroeger in het tijdschrift opgenomen werden. Het is stellig een voordeel, ze in afzonderlijk nette deeltjes te ontvangen.

Als no. 5 der Elckerlyc-boekjes verscheen de kroniek van Zuid-Afrika, het jaarlijksche, zeer instructieve overzicht door Dr Haantjes. Het zou aanbeveling verdienen, ook zulk een overzicht te geven van het andere deel van Groot-Nederland, Vlaanderen. De belangstelling daarvoor is zeker groot.

Minder bekoorlijk is no. 6, het symbolisch spel „De Molen" van Beversluis. Opvoering zou moeten doen blijken, of het stuk geschikt is, maar de lezing ervan wekt twijfel voor dezen tusschenvorm van spreekkoor en tooneelstuk.

Sjoerk Leiker gaf met no. 7 een drietal novellen onder den titel: Zonderlinge Zielen. Het best lijkt me de laatste geslaagd, de teekening van Iwan den Verschrikkelijke en de Russische volkswil. Leiker gaat zich ontwikkelen tot een goed prozaïst, van wien goed werk verwacht kan worden.

Bijzonder wil ik de aandacht vestigen op no. 8 en 9, de „Reünie van Jong-Protestantse Dichters" door Dr K. Heeroma. In een geestige, maar dikwijls raak ge-teekende inleiding, gaat hij na hoe de Prot. dichters zich onderling verhouden na de nusïukt^poging tan Heeroma, hen in een Derde Réveil te vereenigen. Zeil blijft hij gelooven aan het „dichterschap in de gemeente" en hij maakt sterk den indruk, daarbij alleen te staan De meesten zijn wars van indeeling, blijven individualistisch en missen een omlijnd plan. Dit ontbreken van een positief christelijken grondslag, een eenparig bj. lijden van een diepgeworteld geloof, maakt hun invloea zoo buitengewoon klein, ondanks hun soms ontroerend fijne gedichten. De kleine bloemlezing, die Heeroma aan zijn betoog toevoegt, is illustratief, maar niet omvangrijk genoeg om een juist beeld te geven. Het boekje zal tegenwerping ondervinden, net als het „Réveil" maar het is zeer interessant voor ieder, die belang stelt in onze protestantsche letteren.

H. S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 april 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

BOEKBESPREKING

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 april 1939

De Reformatie | 8 Pagina's