GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Bruid en Bruidegom bijeen — maar dan: in gesprek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bruid en Bruidegom bijeen — maar dan: in gesprek

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

En toen het het zevende zegel geopend had, werd er een stilzwijgen in den hemel omtrent van een half uur. Openb. 8 : 1.

Mystiek die haar naam kent, haat Woord en woorden; geen wonder dat uit haar school veel woorden kwamen over de woordloosheid, over het zwijgen, de rust, of liever: het aflaten van woorden, om te geraken tot en in de rast. De rust „in God", of in den Bruidegom der zielen.

In de „mystieke theologie" van den „heiligen Bernardus", kerkelijk filosoof uit de dagen van de middeleeuwen, komt het thema van het wonderwerkend zwijgen dan ook herhaaldeüjk aan het woord. Het is met name de bekende plaats uit Johannes' Openbaring, hier afgedrukt, welke als uitgangspunt hem dienen moet. In 1112 kwam hij in de abdij van Citeaux, en begon te streven naar een hervorming van het kloosterwezen. Die hervorming werd met name gezocht in de „mystieke contemplatie". En in de mystieke „vereeniging" met God, die door of met contemplatie heette te worden verkregen.

Zoo werd teruggegrepen naar Gregorius den Groote: had deze niet de „trappen" en „graden" aangewezen, die men passeeren moest, om één-met-God te worden? ^) Eén ervan is de „machina mentis", d.w.z. die bewegende liefdes-kracht, waardoor de ziel wordt „uitgetild" uit wereldlijke verbanden, en „opgeheven" in de hoogte. Zij is het dan met name, die ons opvoert tot God, in zoete, zachte, kronende contemplatie. Wéét men, 'hóe het goddelijke licht instroomt in de ziel? Ach, neen; de vraag verraadt den ongekende, den deswege onkundige. Wéét men, hoe lang het duurt? Al evenmin: is het een uur? O neen, een half uur;

een weinig tijds zult gij Mij zien, en een weinig tijds, > , een kleinen tijd, en gij zult Mij niet zieii, sprak c eens een zachte Stem; en wie dit „een weinig tijds" ' nu zou willen gaan vast-leggen op een half uur, die 5 is alweer de niet-van-God-„gekende", en dus onkundige, want er staat in Openbaring 8 wel een woord 1 over een half uur, hetgeen immers wel zoo iets moet wezen als dat „een weinig tijds", een modicum, waarvan sprake is in Johannes 16 : 17, maar — er staat een woordje bij in Openbaring 8:1: et is OMTRENT r een half uur, zoo iets als een 'half uur, men kan i het in geen tijd-maat aangeven. '•') En het ook alzoo ) niet „voelen", niet „bevinden". Hooren en zien vergaat, maar (%n naar den geruischloozen kant (wij denken meestal, dat het aUeen vergaan kan naar den 1 kant van veel lawaai, en dat is wel heel erg wereldsch). En waar hooren en zien vergaat, daar vergaat ons ook i het tellen, en passen, en meten. Waar de ziel is weggerukt, rapta ultra se, geschaakt, om zoo te zeggen, ^ , , door haar Bruidegom, en meegenomen tot heel hooge ï en heel intieme binnenkameren-van-boven-alle-dingen, daar duurt haar uur haar, en niet zij haar uur. Een , kleinen tijd, en de ziel mag Hem zien, en wederom i een kleinen tijd, een „modicum", en ze zal Hem niet l meer zien, ze wordt terug-geslagen (reverberata).

Maar in dien kleinen tijd, en gedurende dat als-eenhalve uur, dan is er de contemplatie, de belevenis 5 sterk en abrupt, doch zonder uitwischbaarheid. Dan i rast de .-ziel in de zachte armen van den Bruidegom; ; ze heeft 'haar echte „quiet time", haar (echt) stillen i tijd; want er is — wat de namen en de verre idealen i betreft — niets nieuws onder de zón, al is er wel l wat nieuws onder een buitenlandsche leeslamp.

En zoo verbinden zich de geesten van Gregorius en L Bemardus, en straks ook van vele anderen ^) in een i kruistocht voor die hartstochtlooze hemelsche leeftocht-van-den-vereenden-geest. En ze lezen samen het : eerste vers van Openbaring 8; visioenen zijn nu eenmaal woorden van ontrukten, en ontrukten zijn slechts i individueel ontrukt; dus spreken zij in hun allegori-^schen „uitleg" van die visioenen bij voorkeur over het ; allerindividueelste: ik en Het. In feite is dat nog ; te veel gezegd: hèt-in-mij (maar ik word ont-ik-t) en i hét-in-Hèt; de „anderen" zeggen: Hij, en noemen Hem L dan God. We komen dan in zulke oogenblikken in den L hemel; maar waar is die hemel? Boven? Beneden? Houd op met dwaze vragen: die hemel is in-hét-vanmij; hij is eigenlijk zèlE mijn binnenste, als het ; liefdesspel een aanvang neemt. God laat de ziel haar engelen-manna heel-hoog proeven, maar als Hij haar • ontrukt, dan kent ze geen afstanden meer: ze „heeft" het vlak nabij; of neen, dat is nog afstand: ze heeft den hoogen-hemel met zijn manna-regen in zich. Als i er geschreven staat: een stilzwijgen in den hemel, dan is dat een stilzwijgen in het binnenste van den uitgelezene-van-God, dien rechtvaardige. 4)

Maar......

Maar die Stem, die eenmaal zeide: een kleinen tijd «n gij zult Mij zien, en wederom een kleinen tijd, — die sprak op kleinen afstand toen nog wel, maar ze kondigde als het eerstvolgende programmapunt aan: een spreken Christi van uit grooten afstand, van uit den hemel, die van de aarde inderdaad verder is verwijderd, dan 'het oosten van het westen. En zij sprak van hemelvaart, een - vaart, in werkelijkheid; en van een weder-keeren in den Geest, met Woord, tot stichting van een Woord-gemeenschap. Ook sprak die Stem tot ambtsdragers, tot ambassadeurs, en die waren gezondenen, apo-stelen. Hetwelk is: af-gezonDenen, en niet afgezondeRDen.

En toen de drager van die Stem in visioen op Patmos zich Johannes toonde, toen liet Hij dezen zien, ja, inderdaad, dat er een stilzwijgen was in den hemel omtrent als van een half uur. Een quasi-half-uur, zegt terecht Gregorius de Groote. Maar als er in de beschrijving van het visioen staat: er was stilzwijgen in den hemel, dan heeft geen mensch het recht, dat zóó te lezen, als stond er: stilzwijgen inde ziel. Tenslotte ia de hemel een p 1 a a t s, en is het dus even ongepermitteerd te zeggen: die hemel is in mijn ziel, als: Canada is in mijn ziel, ja? is die ziel van mij; en wie nu denkt, dat wij hier spotten, die weet niet meer wat toornen tegen vromen spot is. De hemel van Openbaring 8, die is de hemel-op-langenafstand. Efen hemel-van-verre. Er staat wel, dat God een God van nabij is, en dat het Woord nabij is, maar niet dat de hemel nabij is. Eens zullen we snel hem nabij kómen; maar ook dat zeggen onderstelt nog den langen afstand, in ruimte èn in tijd. Van dien hemel gaan dan ook bliksemen en donderslagen en stormwinden naar de aarde uit.

En zoo zegt Openbaring 8 wel iets van Bruidegom en bruid. O ja; als het 'hooglied van de liefde èn van den grooten toom zijn laatste perspectieven opent, dan verrukt het onze zinnen, juist omdat die wereld-vanhierboven nog zoo ver is, zóó van ons nog vér, dat slechts in beelden kan verkondigd worden. Maar het thema blijft: Immanuël, God met ons; de Bruidegom, die heeft de bruid.

Maar „bruid" is hier niet slechts een enkele ziel van een ontrukte, doch heel de kerk. De kerk onder het kruis.

En Bruidegom en bruid liggen niet in een omarming, die 'hen den tijd vergeten doet, en hun ik ont-ik-t, doch ze zijn in d i a - 1 o o g, in t w e e g e s p r e k. Hij staat gereed, in het zevende, en dus laatste zegel, definitief de hand te slaan aan heel de wereld van haar tegenstanders en vervolgers. Maar eer Hij deze daad verricht, geeft Hij haar 't woord; ze komt in audiëntie. De gebeden aller heiligen, die komen in één schaal voor God en voor den troon. Zoolang de bruid haar wenschen Hem bekend maakt, schort hij deknechten op: laat hèn wachten, tot z ij is uitgesproken.

En daarom krijgt ze ook „zoo iets als een half uur". Een „uur" is in de symboliek een eenheid-van-tijd; in één uur spreken zij tezamen èn gaat Hij dan ten-uitvoer-leggen wat de Raad besloten heeft. Die Raad besloot óók dit, dat zij zou vragen, dat is: bidden, om hetgeen besloten is. Bidden is het beslotene begeeren, zonder zulks te weten; want óók het bidden is besloten, en wordt naar het besluit gewerkt. Eer Hij toa, ndelt, naar den inhoud van 't verzegelde besluiten-boek, WEKT de Vader door den Hem en haar verbindenden Geest in haar het gebed, en tevoren het verlangen naar dat wat zij begeert, en zie, het komt, want och, het was besloten.

Dus worden we hier niet aan het verkeer ontrukt, noch pijnlijk straks er weer naar toe-geslagen (rever-• beratio). Maar in het Groote Verkeer opgenomen, vragen we — gelokt als we zijn — naar den nieuwen hemel en de nieuwe aarde toe te mogen komen. En van de slagen af te komen.

En zie. Hij stond al klaar voor de daartoe noodige daad, en let op, Hij heeft zijn ééne uur met „haar" — de kerk — gedeeld: het verbond erkende haar als mondig, haar, die Hij bruid noemt tot in alle eeuwigheid.

„It is difficult, to trace the relevance of the silence made in heaven to the slumbers of the Bride". ^) Het is zelfs onmogelijk, en verboden. Die twee die hier aan . 't samenspreken zijn, die waken. Wat Hem betreft. Hij, Isrels Wachter sluimert niet. En wat haar aangaat: ze is eindelijk wakker-geprikt met de bajonet­ ten van den antichrist.


2) a.w. 128, 34.

3) a.w. 128.

4) a.w. 128, 225.

6) Barton R. V. Mills, editie van: De gradibus humllltatis et superbiae, Cambridge, 1926, 107, noot 6, aangehaald in Gilson, 128.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 11 september 1948

De Reformatie | 8 Pagina's

Bruid en Bruidegom bijeen — maar dan: in gesprek

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 11 september 1948

De Reformatie | 8 Pagina's