GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De moedertaal van onzen Heere Jesus Christus en van Zijne apostelen - pagina 22

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De moedertaal van onzen Heere Jesus Christus en van Zijne apostelen - pagina 22

Rede, gehouden bij het overdragen van het Rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

lé uitdrukkingen, spreekwoorden en gebeden; 3) dat de kleine JoodschGrieksche kolonie en eenige bevoorrechte personen het Grieksch verstonden en spraken, hetgeen evenwel veeleer eene vertaling uit het Hebreeuwsch was, dan echt Grieksch, of ook een JoodschGrieksch jargon '). — Aan het einde van het evangelie van Marcus vinden wij in de Peschittha de bijvoeging: Finitum est evangelium sanctum praedicationis Marci, qui locutus est ac praedicavit Latine Romae. In de Roomsche kerk is sedert de dagen van het concilium Tridentinum de meening algemeen verbreid, dat enkele schriften van het Nieuwe Testament oorspronkelijk in eene andere taal geschreven zijn, dan waarin wij die thans in den Griekschen kanon aantreffen. In het bijzonder veronderstelde men, dat ook de brief aan de Romeinen oorspronkelijk in de taal der Romeinen, dus in het Latijn, zou opgesteld zijn. Maar men bleef hierbij niet staan. Men ging in dat spoor verder, totdat men er zelfs toe kwam om te beweren, dat het geheele Nieuwe Testament oorspronkelijk in de Latijnsche taal geschreven was; — slechts den brief aan Philemon zonderde men meestal uit, en zoo beweerde men, dat datgene, wat wij de Latijnsche vertaling noemen, eigenlijk de grondtekst is van het Nieuwe Testament. Degeleerde Jezuiet Harduinus was de eerste, die deze stelling handhaafde. Ja, de brief aan Philemon, die wel is waar oorspronkelijk in het Grieksch was, zou dan ook in de Latijnsche taal geschreven zijn, daar hij niet alleen aan Philemon, maar ook aan zijne vrouw ') Zie t. a. p. in het bijzonder p. 49 vv. Hoofdzakelijk uit,ouderen tijd kunnen behalve de boven aangehaalde monographieën en schriften, als over ons vraagstuk handelende, nog genoemd worden: A. Pfeiffer, Opera Philologica ültraj. 1704. Looa hebraica et exotica Novi Testamcnti p. 467 sqq.; De dialecto Galilaea p. 616 sqq. (de laatste verhandeling ook Wittenberg 1663). J. Reiske, de lingua vernacula Jesu Christi. .len. 1670. Laur. Bröndlund. Diss, de idiomate Petrino Matth. 26 : 73. ïlafn. 1718, 4». Klödeo, Diss, de lingua .Tesu Christi vernacula. Vit. 1739, 4°. C. H. Zeibich, de lingua .ludaeorum tempore Christi et Apostolorum Viteb. 1791, 4°. Ernesti, Neueste theologische Bibliothek. Band I. Stuck 3. S. 91, 268 vv. (tegen Dom. Diodati.) Flatt, Magazin. Stuck IX, S. 52 en vv. Rettig in ephemer. Giess. Ill, 1. Nicol. Wiseman, De lingua Christi et Apostolorum, in zijne Horae Syriacae. Rom. 1828.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1885

Rectorale redes | 80 Pagina's

De moedertaal van onzen Heere Jesus Christus en van Zijne apostelen - pagina 22

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1885

Rectorale redes | 80 Pagina's