De hoogste vrijheid - pagina 11
Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit
.itS ï i ' ^ É p I ' i ï ^ ^ ' ^ - ' ' ' ' : ' ; " ^ ^ HOOGSTE VRIJHEID.
9
Fij'ne beschaving en hooggeroemde humaniteit hebben de ontwikkelde zoomin als de onontwikkelde Romeinen verhinderd, de Christenen enkel om hun geloof op het wreedaardigst te vervolgen. Hoe kon dat anders? De Christenen beleden eenen God, geopenbaard in het Vleesch; die belijdenis was de ontkenning en verwerping van alle nationale goden, tot welker verdediging de overheid zich verplicht achtte. Wat in de consciëntie der Christenen omging was volkomen onverschillig voor den staat, die zijn bestaan bedreigd achtte omdat, naar der Christenen leer, ook de overheid voor dien heiligen God had te buigen, en die natuurlijk, ten dezen opzichte de leer huldigende van Prof. Pierson, z e l f b e h o u d zijn hoogste wet, en al wat daarmee streed ongeoorloofd achtte. Om het behoud van den staat moesten dus de Christenen te vuur en te zwaard verdelgd worden. Noch Cicero, noch Plato, noch Seneca, noch Marcus Aurelius, noch eenig wijsgeer der oudheid, heeft de rechtsgelijkheid van alle eerediensten verdedigd; en het humanisme der heidenen, dat sommigen nog schijnen terug te verlangen, heeft niet geleid tot het verleenen of erkennen van die vrijheden, welke thans, ten minste zoo men Guizot mag gelooven, voor goed eene plaats hebben ingenomen in de zeden en in het denken van de christelijke wereld. De humanisten der latere eeuwen schijnen wel die volkomen gelijkheid te willen eerbiedigen, maar zijn van naderbij bezien op dit punt al even weinig vertrouwbaar. Zij moesten zich wel vóór verdraagzaamheid en gelijkstelling verklaren, zoolang zij stonden tegenover eene „publieke kerk", d. i. eene kerk, die van regeeringswege voor de ware erkend werd. Wie in vroeger dagen eene van de Kerk afwijkende meening verdedigde, kon bezwaarlijk verlangen, dat tegenover de publieke kerk zijne meening als d e ware door de overheid werd erkend. Hij moest reeds uitermate tevreden zijn, wanneer zijne meening werd geduld. Wij zien evenwel, dat b. v. de Libertijnen ten onzent, zoolang zij de macht in handen hadden, even goed als de Gereformeerden eene publieke Kerk verlangden, en daarin zelfs aan de overheid grooten invloed wilden toekennen, al moest dan ook die algemeene Kerk wat meer „toegankelijk voor alle meeningen" worden gemaakt. Veel meer dan vrijheid voor eigen meening verlangden ook zij niet. Zelfs de vermaarde verdediger van de „tolerantie", John Locke, die, zelf sympathie koesterende
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1887
Rectorale redes | 56 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1887
Rectorale redes | 56 Pagina's