GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Volkenrecht - pagina 128

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Volkenrecht - pagina 128

Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ti8 heid van leden van beide Commissiën gewaardeerde blijken van belangstelling ondervinden. Zoo aan de Commissie der Regeering als aan Heeren Deputaten der Kerken zij verzekerd, dat het des Senaats ernstig streven is om den last hunner met groote welwillendheid tot dusver vervulde taak ook in de toekomst zooveel doenlijk te verlichten. Met diepen weedom des harten worde ook op dit oogenblik herdacht het heengaan van het lid der Staatscommissie van toezicht, den innig betreurden Hoogleeraar Dr. H. W. Bakhuis Roozeboom, op 8 Februari dezes jaars. Hem in zijne wetenschappelijke grootheid te schetsen, gaat mijne krachten zeker verre Ie boven, en wordt ook hier niet gevergd. Maar wel mag worden uitgesproken, dat zijne benoeming in die Commissie door den Senaat met groote blijdschap was begroet, zoo om de belangstelling, door hem steeds in de Universiteit betoond, als om de banden van vriendschap, waardoor velen onzer aan hem verbonden waren. De levendige man, met zijn tintelend oog en vriendelijk gelaat, wiens hooge wetenschap gesierd werd door beminnelijken eenvoud en kinderlijk geloof, was van het oogenblik zijner vestiging alhier eene veel geziene en altijd welkome verschijning bij de openbare plechtigheden dezer Stichting. De officieele betrekking, waarin hij later tot haar trad, had de aanraking met hem vermeerderd, en — hoe kon het dan anders ? — den band nog versterkt. Hij, die geene rekenschap van zijne daden geeft, heeft dien verbroken. Maar zijne nagedachtenis blijft ook hier voortleven, totdat uit dezen kring de laatste zal zijn heengegaan, die van zijne innemende persoonlijkheid den onuitwischbaren indruk ontving. Aan de groeve, die zijn stoffelijk overschot bewaart, werd bij verhindering mijnerzijds en van mijnen onmiddellijken voorganger in het rectorale ambt, door den Hoogleeraar Biesterveld, op wien na dezen de plicht der vertegenwoordiging rustte, de deelneming der Universiteit vertolkt. De door den dood van Dr. Bakhuis Roozeboom in de Commissie opengevallene plaats werd krachtens Koninklijke benoeming ingenomen door den Hoogleeraar Dr. J. D. van der Waals, wiens hooggeëerde naam als man van wetenschap het te meer doet waardeeren, dat hij zich voor de hem toevertrouwde taak beschikbaar wilde stellen. Behalve in deze Commissie deed de wijziging van de wet op het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1907

Rectorale redes | 174 Pagina's

Volkenrecht - pagina 128

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1907

Rectorale redes | 174 Pagina's