GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ambt en persoonlijkheid - pagina 21

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ambt en persoonlijkheid - pagina 21

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

drager is voor ons geen persoonlijkheid die door een bovennatuurlijke wijding boven de anderen uitgaat. Rome belijdt, dat door de ordinatie de persoonlijkheid boven haar natuurgrond wordt opgeheven '). Voor den gereformeerde staat dit anders. Voor hem is de ambtsdrager een broeder onder de broederen. Maar dan toch weer niet in dien zin, alsof de ambtelijke functie niets anders zou zijn dan een uiting van het geloof, terwijl heel het verschil tusschen den ambtsdrager en elk anderen geloovige hierin zou bestaan, dat de kerkedienaar tot zulk een geloofswerking ten allen tijde bereid moet zijn. ^) Want — en hierin schuilt de objectieve waarde van het Ambt — hij is orgaan van Christus. Hier ligt het punt, waar de gereformeerde ambtsleer zooveel meer objectieve kracht toont te bezitten dan de Luthersche. Terwijl de Luthersche Kerk het Ambt afleidt uit de gemeente en daardoor voor allerlei subjectiveering steeds weer den weg opent, leidt de gereformeerde het Ambt af van Christus. ^) Het gevaar is daardoor afgewend, dat de ambtsdrager in de eerste plaats met de geloovigen en niet met Christus zou te doen hebben. Subjectivisme ligt deswege meer op de Luthersche lijn. Maar, afgezien van dit geleidelijk meer doorwerkend confessioneel verschil, heeft de Reformatie het Ambt in zijn objectieve waarde behouden, toen ze met Rome's ambtsleer brak.

') Dr. C. K r i e g , Wissenschaft der Seelenleitung, Freiburg im Br. 1915, dl III, bl. 351 : „Durch die Ordination tritt der Priester in eine innige Beziehung zu Christus und dem Heiligen Geiste, . . . seine Persönlichkeit wird über ihren Naturgrund erhoben". ') Z o o A. E c k e r t , Die Gemeindepredigt der Gegenwart, dl I van Praktische Theologie in Einzeldarstellungen, Leipzig, 19H, bl. 8. 5) Een gunstige uitzondering maakt Dr. F r . E h r e n f e u c h t e r , die in zijn „ P r a k t i s c h e T h e o l o g i e " , Göttingen 1859, bl. 159, zegt: „Nicht von der Gemeinde her kommt das Amt; aber deshalb ist der Gegensatz, dasz die Gemeinde von dem Amte stamme, noch nicht das Richtige nicht aus der priesterlichen Gemeinde geht des Amt hetvor, sondern aus Christo, dem eigentlichsten Apostel Gottes, durch die Vermittlung der Gemeinde".

19

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1917

Rectorale redes | 44 Pagina's

Ambt en persoonlijkheid - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1917

Rectorale redes | 44 Pagina's