Verdienste of genade? - pagina 67
Rede ter gelegenheid van de achtenzeventigste herdenking van de stichting der Vrije Universiteit
ten af kunnen aangrijpen in heden en toekomst ^^^), maar óók om beveiliging tegenover die macht, die twijfel zaait in het hart en daar het laatste probleem onopgelost wil laten voortbestaan. De correlatie tussen geloof en barmhartigheid is een wezenlijk andere dan de solutie van het synergisme^^®), in welke vorm ook. Dat betekent allerminst, dat de Reformatie het 'zekerheidsvraagstuk heeft willen oplossen door het als een zelfstandig probleem, als een soteriologisohe „puzzle" te isoleren van de heiliging. Zij was zich er van bewust, dat de lichten van deze zekerheid alléén straalden op de weg des heils en op die weg ook alleen de zekerheid kon worden gepredikt en beloofd en de Gereformeerde aandacht voor de zgn. syUogismus practicus ^^''), voor het onlosmakelijk verband tussen heihging en zekerheid sluit hier wel alle lichtzinnigheid uit. Maar op deze weg wordt dan toch de belofte verkondigd, die reikt tot in de diepte der wankele subjectiviteit en in de weg der humiliatio van Artikel 23 wordt dan het uitzicht aangewezen. Het was dit uitzicht der Reformatie — tot in de toekomst ^^^) — dat haar deed wegvluchten van elke idee van het speciale privilege door speciale openbaring, gelijk het door Trente was aangeduid ^^®). Het was het inzicht tevens, dat de roepstem tot vertrouwen niet het permanente vermaan buiten sluit, maar alleen in verband met dat vermaan kon worden gehoord en — in het bijbelse vrezen en beven — kon worden opgevolgd en gehoorzaamd. Het is dan ook duidelijk, dat de reformatorische predi215) Rom. 8 : 3 8 - 3 9 . 216) Ygi j j Rückert, Die Rechtf. lehre auf dem Tridentinischen Konzil, 1925, pag. 1 9 1 - 2 1 6 . 217) Vgl. mijn: D e verkiezing Gods, m. n. hfdst. IX over „Verkiezing en heilszekerheid" en Conflict met Rome, hfdst. IX. 218) Vgl. Zondag 2 1 (vr. 54) van de Heid. Catech. 21S) Vgl. Denz. 826: „ex speciali revelatione". In verband met de verkiezing: Denz. 805, vs^aar tegenover het indringen in het geheimenis der verkiezing gezegd wordt, dat men hier niet zeker kan zijn, „nam, nisi ex speciaü revelatione, sciri non potest, quos Deus sibi elegerit." Nergens komt zo duidelijk als hier tot uitdrukking, dat de verkiezing gezien wordt als een voor ons verborgen achtergrond, van waaruit het heüszekerheids-probleem volstrekt bepaald wordt. D e onzekerheid kan slechts door bijzondere openbaring worden opgeheven. Vgl. mijn: D e verkiezing Gods, hfdst. IV.
65
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958
Rectorale redes | 92 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958
Rectorale redes | 92 Pagina's