GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Veertig dagen lang.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Veertig dagen lang.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aan welke Hy ook; nadat Hy geleden had. Zichzelven levend vertoond heette met vele gew'sse kcnteefcenen, veert, ig dagen lang: . Handel. 1 : 3a.

Christus heeft de Zijnen lief. Hij heeft ze lief „tot den einde".. Doch dat einde is niet Zijn lijden en stervea,

en Zijn liefde openbaart zich niet alleen in Zijn offer aan het kruis, maar zij reikt over Golgotha en over Zijn graf, en brengt ook na de donkerheid dei-vernedering haar offer voor de schapen Zijner kudde.

Van dat offer spreekt het „veertig dagen lang". Jezus had terstond na Zijn opstanding ten hemel kunnen varen.

De weg tot den troon stond, nu Hij overwon, voor - Hem open.

Hij kon, krachtens Zijn volbrachte gehoorzaamheid en op grond van Zijn volkomen voldoening aan het recht Gods, plaats nemen in den troon des Vaders, en de kroon der eere ontvangen, doch Hij stijgt niet op Zijn verrijzenisdag ten hemel op. Hij gaat niet uit het graf naar het Vaderhuis. Hij blijft nog op de aarde. Hij vertoeft er zelfs veertig dagen, en veertig dagen lang ontzegt Hij Zichzelf vrijwillig de heerlijkheid, die op Hem wachtte, en welke Hij kon binnengaan vaji het eerste oogenblik Zijner verhooging af.

Jezus brengt dus een offer.

En een offer der schoonste liefde.

Want Hij stelt, als ik me zoo mag uitdrukken, Zijn triomftocht in de glorie, welke voor Hem bereid was, veertig dagen uit, niet voor Zichzelf, want Zijn Middelaarswerk in engeren zin Avas volbracht, doch yoor Zijn jongeren. Om hen blijft Hij. Om hen onti^oudt Hij Zich zóó lang de weelde van het heengaan tot den Vader, en Hij doet dit om een drievoudige reden.

In de eerste plaats om de waarachtigheid van Zijn opstanding te bewijzen.

Zijn jongeren moesten aanschouwers zijn van heel Zijn werk.

Zij hadden Zijn lijden gezien, en op .Zijn graf gestaard, en nu moesten zij ook Zijn heerlijkheid gadeslaan, opdat zij straks de wereld konden ingaan als ooggetuigen van Zijn overwinning, en het evangelie konden brengen met den jubel der zekerheid: hetgeen wij gehoord hebben, hetgeen wij gezien hebben met onze oogen, hetgeen wij aanschouwd hebben, en onze handen getast hebben, van het Woord 'des levens, dat verkondigen wij u". (1 Joh. 1:1, 3).

Hierin is reeds Christus' liefde.

De liefde, die waakt over der discipelen werk.

En die liefde blijkt in meer.

Christus blijft ook veertig dagen om Zijn jongeren te onderrichten.

Eigenlijk had Hij dit niet behoeven te doen. Drie jaren lang had Hij immers tot hen gesproken, en al Zijn woorden' had Hij voleindigd, en wat moest Hij nog meer zeggen? Was zulk een kostelijk onderwijs, dat dagelijks de verborgenhedea van Gods koninkrijk voor hen opende, niet voldoende? iKon aan die zoo rijk bevoorrechte jongeren nog iets nieuws geopenbaard worden, en verdienden zij niet, indien ze na zooveel onderricht den Heiland nog niet verstonden, dat Hij hen in hun onwetendheid en den schemer hunner traagheid had laten ronddolen?

Zeker, dat verdienden zij.

Zij verdienden nog veel zwaarder straf. Evenals gij en ik veel minder ontvangen, dan we door onze zonde waard zijn.

Doch onze God is genadig, en doet ons niet naar onze zonden, en onze Heiland is barmhartig, en vergeldt Zijn discipelen niet naar hun ongerechtigheden, en Zijn liefde is zoo groot. Veertig dagen lang blijft Hij nog. Veertig dagen lang spreekt Hij tot hen van de dingen, die het koninkrijk Gods aangaan. Veertig dagen lang, zij het dan niet lederen dag, licht Hij hen in over hun taak, en onderwijst Hij hen over Zijn lijden en sterven, over Zijn opstanding en heengaan tot den Vader, en wanneer Hij straJcs van hen gaat, is der jongeren oog opengegaan voor de verborgenheden van Gods verlossingen, en Zijn voor hun oog de schatten in den Heiland ontsloten.

Hierin schittert Jezus' liefde.

Zoo bereidt Hij de Zijnen vóór voor hun taak. Hij maakt ze Zelf klaar, straks door den Heiligen Geest, Die hen in alle waarheid leidt, en nu door eigen onderricht.

Veertig dagen lang. Eigenaardig toch.

Veertig dagen en nachten vertoeft Mozes op den berg der wetgeving.

Veertig jaren zwerft Israël in de woestijn. Veertig dagen is Elia in de wildernis.

Veertig dagen verkeert Jezus in de eenzaamheid eer Satan komt, en telkens is die tijd een periode van voorbereiding, en zoo spreekt ook hier hel getal veertig van voorbereiding

De discipelen worden voorbereid.

Door hun Meester.

Die zichzelf om hunnentwil de hemelscihe heerlijkheid ontzegt.

Hierin is Zijn liefde zoo groot.

Nog een straal van 'die liefde moogt ge opvangen.

Christus blijft ook-veertig dagen, omdat Hij met Zijn jongeren nog iets-in orde heeft te maken. Hij had ze immers voor 't laatst gezien, toen ze uit Gethsémané vluchtten, en Hem alleen lieten, en toen Petrus uit 'Kiajafas' binnenhof trachtte weg te sluipen, en neen, de verhouding tusschen de jongeren en den Meester, en vooral tusschen Simon en Jezus was niet recht. Zij hadden zooveel goed te maken. Die harmonie was verstoord, en ach. de Heiland was gestorven, zonder dat zij gelegenheid hadden gehad Hem vergeving te vragen, en Hem te smeéken hen weer in liefde aan te nemen. En gesteld nu eens, dat Christus terstond uit het ontsloten graf ten Ixemel was gevaren, welk een droefheid zou dan de ziel der jongeren vermeesterd, en wat een zelfverwijt zou hun ontrouwe harten gepijnigd hebben!

Zeker, dat hadden ze verdiend. Evenals wij zooveel straf verdienen. Maar onze Middelaar is genadig. Hij heeft de Zijnen lief lot den einde. Hij gaat niet terstond tot-den Vader. Hij heelt eerst de breuk.

Hij scheidt pas, als alles "n orde is, en daarom toeft Hij veertig dagen, en die dagen zijn blijde liefdedagen. De Magdaleensche troost Hij. Petrus zoekt Hij op. Aan de jonger' n openbaart Hij Zich. Thomas mag Zijn teekenen zien. Aan allen verschijnt Hij, en als Hij straks opvaart tot den hemel, is het vrede in de harten der discipelen.

Door Christus, Die hen liefheeft.

Jezus heeft de Zijnen lief. Niet alleen als de Man van smarten. Ook als de verheerlijkte Middelaar. Dat zeggen u de veertig dagen.

En daarom moogt gij, die door genade aan Zijn discipelschap deel hebt, tot Zijn liefde steeds de toevlucht nemen, en gelooven, dat Hij, uw Kioning, Die aan 's Vaders rechterhand troont, ook uw Priester is. Die u blijft liefhebben tot den einde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 1922

De Reformatie | 8 Pagina's

Veertig dagen lang.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 1922

De Reformatie | 8 Pagina's