GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het „psycbo-iiatbologiscli element" In de moderne romanliteratuur.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het „psycbo-iiatbologiscli element" In de moderne romanliteratuur.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

In het vorige artikel spraken we, na een algemeene inleiding over het begrip psycho-pathologisch, over de invloeden, die zich in d'e moderne romans doen gelden en een sterk psyoho-pathologisch element daarin brengen.

Thans komen we tot een beschouwen van de gegevens, waaruit de nieuwe romans zijn opgebouwd, gegevens in vele gevallen, die óf zelf abnormaliteiten zijn óf in hun bewerking tot ziekelijke toestanden leiden. Uiteraard zullen we op' dit punt uitvoeriger moeten zijn, dan ten aanzien van de eerst-besproken zaak, omdat het daar ging om een alleen-maar-aanwijzen, terwijl we thans telkens met den inhoud van verschillende romans in aanraking komen, en breedere omschrijving soms noodig zal zijn.

Niet in détails echter zullen we spreken ov^er de veelvuldige gegevens, die liggen op sexueel gebied. We signaleeren ze het eerst, omdat ze veelszins de meest abnormale zijn, maar in nadere behandeling treden we niet. Slechts merken we op, dat bij sommige auteurs ©en bepaalde neiging valt te constateeren, allerlei sexueele afwijkingen en uitwassen tot onderwerp van bespreking te maken en — goed te praten. Onomwonden worden daarbij de dingen bij jden naam genoemd, opdat de lezer niet denken zal, dat hij met een minderwaardig sensatie-romannetje te doen heeft, maax zal verstaan, dat hij hier staat voor een uiting van realistische kunst. En door deze vlag heet dan de lading ged'ekt, want realisme moet de werkelijkheid doen zien en de kunst behoeft immers niet op grond van allerlei conventie-begrippen en fatsoens-overwegingen die werkelijkheid te verdoezelen! We komen op deze beschouwing nog nader terug, als we critisch ons onderwerp gaan bezien, we wijzen nu alleen maar op het feit zelf. Dat het een ziekte-verschijnsel is meen ik te kunnen verdedigen, niet slechts op den grond, dat de beschreven toestanden en opvattingen dikwijls zelf abnormaal zijn, symp; tomen van degeneratie, maar vooral ook met het oog op, de omstandigheid, dat dergelijke uitwassen worden gerechtvaardigd, als uitingen van persoonlijk levensinzicht of gevolgen van een door de omstandigheden ontstane karakterontwikkeling. Met name dit laatste, dat een wegcijferen beteekent van zelfverantwoordelijkheid, en van schuldigen slachtoffers maakt, slachtoffers van opvoeding of erfelijke belasting, doet deze ziekte-openbaring bovendien zeer gevaarlijk zijn. En dan wordt dat gevaar nog vergroot door sympathiebetuigingen van sommige toonaangevende literaire periodieken. Zoo lazen we .over een der meestgeïnfecteerde romans (een vertaling uit de buitenlandsche literatuur) deze uitspraak: „het is de psychologische ontleding, die vaak tot ongekende diepten gaat, welke aan 'dit wonderlijke boek een ongekende waarde geeft. Niet alleen de suggestieve stijl, maar ook de meevoerende beschrijvingen maken dit boek tot een waarachtige schoonheid. Van al de boeken welke" (Volgt de naam van den auteur) „schreef, is dit wel het meest menschelijk© en schoone en dus het belangrijkste". Dank zij dergelijke voorlichting, gaan allerlei auteurs zich wijden aan het produceeren Van dergelijke „schoonheid", hetgeen de uitbreiding van de ziekte niet weinig verhoogt.

Naast de gegevens op sexueel gebied en direct er mee in verband, staan allerlei moreele afwijkingen als motieven voor romans. En dan is wel een der meest behandelde en meest verziekte elementen de opvatting van het huwelijk. Dat de heiligheid van het huwelijk voor den doorsneemodernen roman niet een heginsel is, wisten we al lang, maar het pathologische in de uitbeelding der verhoudingen, zooals die in de nieuwere romans schering en inslag is ligt ook niet in de opvatting alszoodanig, maar in de uitwerking daarvan. Daarop willen we in de eerste plaats in dit artikel wijzen.

Zeer veelvuldig n.l. is in de nieuwere boeken het gegeven, dat door een onzer literaire periodieken (De Hollandsche Revue) schamper „hel eeuwige trio" wordt genoemd. Dat „trio" wordt dan gevormd door twee echtgenooten, die langs elkaar heen leven, en een derde, die een 'van beiden de oogen doet opengaan voor de leegheid van het huwelijksleven, zooals het is, en den rijkdom daarvan, zooals die zou kunnen zijn. Veelal is de een (in den regel de vrouw) een „artistiek" aangelegde ziel, die houdt van literatuur, muziek, studeeren, „diepzinnige" gesprekken en 'de ander, (vaak de man) een nuchter-zakelijk mensch, die alleen leeft voor cijfers en omzet, die druk is overdag en 's avonds genoeg heeft aan z'n krant, z'n pantoffels en z'n sigaar. Deziulken leven dan ieder hun eigen leven, dat van de(n) ander verdragend, omdat zoo langzamerhand een soort van tusschensfeer is ontstaan, die samenzijn mogelijk maakt, maar eigenlijk teleurgesteld en daardoor verkoeld. Dan komt de derde op een gegeven oogenblik op het tooneel, dikwijls een oud vriend, die op bezoek is genoodigd. Hij ontpopt zichl dadelijk als geheel anders, een „denker", een, die smaak heeft en over die smaak vrijmoediglijk praten kan — en er ontstaat een stille bewondering voor hem van de zijde der miskende vrouw. Dan begint de roman. Er zijn vele mogelijkheden voor een verder verloop en dus vele variëteiten 'in de uitwerking, waarbij gelukkige omstandigheden altijd zeer gewenschte behulpsels zijn, maar de richting blijft toch altijd ongeveer dezelfde. De vrouw komt tot de conclusie, dat de vriend de juiste echtgenoot voor haar zou zijn geweest, en deze, die er verlichte theorieën op na houdt over huwelijksdwang en huwelijksvrijheid, deelt in die opinie. Soms is dan de afloop een echtscheiding , (maar daar is de charme al lang af, omdat reeds zoovele auteurs die oplossing gevonden hebben), soms ook een terugkeer van de vrouw tot den tijdelijk verlaten toestand, omdat allerlei overwegingen, die dikwijls opzichzelf een roman inhouden, haar heur plicht doen verstaan. Natuurlijk is ze dan een soort van martelares van dien .plicht, want het leven van leegte gaat herbeginnen, te pijnlijker, omdat „het ware geluk" dichtbij haar is geweest. En de lezer wordt (stilzwijgend) uitgenoodigd', haar zeer heldhaftig en sympathiek te vinden.

Tot z'n meest algemeenen vorm teruggebradht hebben we hier een inhoudsoverzicht Van vele nieuwere romans tegelijk. Met verandering in de détails is dit het gebeuren in „De Droom" van Henri Borel, „De Oude Schuld" van Ada Gerlo (dat kort geleden in herdruk verscheen) „Voorbijgangers" van Top Naeff, „Oom Jerry" van Felix Hageman, „De schoone eenheidsdroom" van Willem Zimmerman, „De Goden beschikken" van L. van L'ange, „Het ideaal" van Jeanne Reynek'e van Stuwe, alle romans, die in den loop van 1925 zijn uitgekomen. En dan laat ik buiten beschouwing de breede collectie vertalingen, meest uit het Engelsch, die hier ook genoemd zouden 'kunnen worden.

Dit nu is, naar mijn gevoelen, een openbaring van ziekelijkheid, en dan bepaaldelijik van psychopath ologischen aard. Want heel het proces is psychisch en het gebeuren "is van die psychische gesteldheid afhankelijk en daaraan ondergeschikt. En dan schuilt het pathologische hierin, dat eenerzijds de verhoudingen zoo zijn gecomponeerd, dat de vrouw, die haar eigen weg gaat, haar te lang miskend recht zoekt en dus niet schuldig, maar sympathiek is, en aan den anderen kant door den vriend denkbeelden word'en verkondigd, die zulk een doen volkomen rechtvaardigen. Daarbij is dan de karakterteekening veelal zoo (b.v. in het verdienstelijk geschreven boek van Zimmerman en in „de Oude Schuld"), dat voor minderwaardige gevoelens geen plaats blijft en alle gedachte aan sensualiteit als drijfveer is buitengesloten. De verouderde en onrechtmatige huwelijksmoraal is de eenige oorzaak van al het „leed", dat door vrijheid aanstonds in blijheid veranderen zou.

„Maar", zegt de criticus in de „Hollandsche Revue", „voorshands zitten we nog met dien verouderden burgerlijken stand opgescheept en zoolang we dien nog hebben, blijft het trio' zijn plaats onder de zon opeischen, zijn wel erg eentonig liedje zingen en blijven wij wel genoodzaakt er ook telkens opnieuw weer naar te luisteren, al gebeurt het reeds sedert jaren nooit meer, dat een oorspronkelijke geestige variant ons de afgezaagdheid van het thema doet vergeten en de vervelingsrimpel op ons voorhoofd glad strijkt". Ik citeer deze woorden, omdat door den toon van spot heen toch duidelijk hetzelfde gevoelen spreekt, dat we hier staan voor een verschijnsel van degeneratie, van psycho-pathologie dus.

Nu zou men kunnen zeggen, dat de romans in dezen spiegel zijn van de werkelijkheid en dus het odium gelegd moet wordeir op de realiteit en niet op de literaire weergave daarvan. Maar, afgedacht dan nog van de Vraag of d'e werkelijkheid inderdaad zoo is, als we op grond' van zulk een afspiegeling zouden moeten gelooven, blijft de w ij z e, waarop de romans dit gegeven bewerken zoo, dat we alle reden hebben om van ziekelijkheid in de literatuur te spreken. Men behoeft slechts een van de genoemde boeken te lezen 'en zich te verplaatsen in de mentaliteit als van een „De Goden beschikken", om daarvan overtuigd te zijn.

En dan maakt de overdrijving van de zielkundige ontleding deze ziekelijkheid nog grooter. In verschillende romans is deze merkwaardige tachtigers-verdiende verworden tot een vezelpluizerij zonder einde, een altijd maar subtieler ontleden, een mediteeren over iedere kleinigheid als ware ze een levensquaestie, zoo dat ge bij het lazen u soms als aan den voet van een groeten boom geplaatst gevoelt, met de opdracht, de nerven van zijn bladeren te tellen. De menschen danken hardop en die kaleidoscoop van gedachten, die een menschenbrein doorflitsen, wordt bekeken en rondgedraaid en nog weer eens bespiegeld, dat ge er moe van wordt. En dat alles dient dan, om een moraal te bepleiten, die, op-, een zachtst gezegd, averechtsch is.

Bij alles, wat we zeiden, hadden we boekea op 't oog, die niet in excessen vervallen, en niet met allerhande buitensporigheden of "heftige verwikkelingen werken. Gaan we ook die in onze beschouwing betrekken, romans b.v. als de beide laatste van S. la Capelle Roohol of het nieuwste hoek van Pamela, de vele vertaalde romans van Oppenheim, Delle e.d. dan Vordt het ziektebeeldl nog veel duidelijker, zoo duidelijk, dat we van een gevaarlijke infectie kunnen spreken, gevaarlijk voor een gezond literair leven en ook' voor de moreele opvattingen van het lezend publiek. Want aan zulk een analyse van de huwelijksverhoudingen zitten allerlei consequenties vast. Daarover en over verdere gegevens in een volgend artikel.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926

De Reformatie | 8 Pagina's

Het „psycbo-iiatbologiscli element

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926

De Reformatie | 8 Pagina's