GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Synofle-inürukken.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Synofle-inürukken.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

XII.

De zaak-Dr N. D. van Leeuwen. II.

In het vóór-Synodale stadium hebben wij over de zaak van Dr van Leeuwen al meer dan eens geschreven.

Wij verklaarden daarbij, dat de handelwijze van de classis Drachten voor ons niet helder was.

Daarop hebben wij brieven ontvangen, welke ons eenig licht boden en vooral de zaak ons psychologisch meer begrijpelijk maakten, maar er bleef voor ons nog steeds een onverklaarbare rest.

Dat die onverklaarbare rest gedurende de zit­ tingen, der Synode voor ons kleiner is geworden, duiven we niet bekennen.

Nog altijd zien we nog niet in hoe men er toe komen kon te adviseeren de schorsing van Dr van .Leeuwen op te heffen.

• Nog steeds gelooven wij, dat het beter ware geweest de schorsing, van Dr van Leeuwen te laten voortduren tot de Generale Synode van Groningen, waartoe men zich zou heblDen te wenden, in deze een beslissing had genomen.

Zietdaar onze eindindruk over de vóórgeschiedenis van dit geval.

V.aar aanstonds moet hieraan toegevoegd worden, dat hierdoor ten aanzien van Dr van Leeuwen geen onrecht werd gepleegd.

Integendeel.

Met hem gebruikte men juist meer lankmoedigheid dan. te verklaren valt.

Met hem is men niet slechts twee mijlen, maar minstens drie of > vier gegaan.

.Natuurlijk wilde inen hem niet tot eiken prijs behouden.

M^aar men had er toch wel een zeer hoogen prijs voor over.

En t e hoogen prijs naar ons gevoelen.

Dücli dit is in ieder geval beter dan een te lagen

prijs. Wie er dan oo.k reden mocht hebben om over de classis Drachten zich te beklagen. Dr van Leeuwen stellig niet.

Veeleer zal hij van zijn standpunt niet anders kunnen doen dan de handelwijze der classis roemen.

Welk geduld de Generale Synode met hem heeft geoefend, zullen we voorhands niet beschriJA'en.

Indien we door omstandigheden daartoe niet gedwongen worden, zwijgen we daarover liefst geheel.

•Daarom beginnen, we met de vraag: hoe kwam zijn zaak op de Synode?

Wij 'lafen daarbij enkele bezwaarschriften, welke hierop betrekking hebben l> uiten beschouwing.

De Synode had zicli bovenal in te laten met een vraag van de classis Drachten.

Die vraag luidde, O'f Dir van Leeuwen met zijn afwijkend gevoelen inzake d'e slang in o n z e G e r e f o r m e e r d e K e r k e n mag w o r-d e n g e d u 1 d ?

Voor nu de Commissie hierover adviseerde, liet zij er een algemeene beschouwing aan voorafgaan.

Deze algemeene beschouwing is zeker het belangrijkste uit heel het rapport, omdat zij niet alleen dit speciale geval raakt, maar ook het regulatief aangeeft, waarnaar alle mogelijke gevallen, die zich kunnen opdoen, dienen te. worden lieoordeeld.

Hier zit werk voor de toekomst in.

Wij zullen aan die algemeene beschouwing, wellve men in het voiig nummer van ons blad kan vinden, wat meer relief trachten te geven, wijl men er zoo licht overheen leest.

Hier en daar zullen we er ook een toelichting op geven, welke natuurlijk geheel en al voor onze persoonhifce rekening blijft.

De Commissie der Synode ging van dit vaste punt uit, dat Dr van Leeuwen's leering inzake de sl/mg een afwijkend gevoelen was.

Dat had zij niel meer te onderzOicken.

Dat was reeds uitgesproken opi de Synode van Assen.

Maar nu ging het in het algemeen hierom: i s een afwijkend gevoelen in omze kerken t e d u 1 d e n ?

Daarop nu werd in. het rapport zoO' beslist mogelijk geantwoord: neen.

Een afwijkend gevoelen heeït in oaize kerken geen recht'van bestaan.

Zoo zegt de Commissie het bijna woordelijk.

En daarop mag vooral wel sterke nadruk vallen.

Een afwijkend gevoelen mist inderdaad schriftuurlijken grond én in de aanduiding „afwijkend" ligt uit den aard der zaak dat het niet overeenkomstig de leer der kerken is. AMus weer het rapport.

Men heeft wel eens geprofeteerd, dat de Synode desnoods „de slang cadeau zou doen".

Maar een Synode heeft niets cadeau te doen.

Een afwijkend gevoelen, ook al betreft het de slang, is in onze kerken evenzeer kon trabande als afwijkende gevoelens inzake de beide boomen des levens.

Voor elk gevoelen, dat afwijkt van Schrift" en belijdenis, is erin onz e kerken geen plaats.

Dat is de grondslag van het geding in de zaak-Dr van Leeuwen.

Maar nu rijst er een andere vraag: is misschien een persoon, die een afwijkend gevoelen heeft, in onze kerken te dulden.

Dat lijkt een fijne onderscheiding.

Metterdaad is het echter een gewichtige onderscheiding.

Een onderscheiding, welke in de praktijk telkens is gemaakt.

Er zijn er in onze kerken geweest, die bezwaar hadden tegen de bediening van den Kinderdoop.

In den kerkelijken weg werd met hen gehandeld.

Vï''a.nneer zij echter hun bezwaar niet konden loslaten, werden zij soms geduld.

Al aar daarmee werd hun gevoelen, dat de kinderdoopi onschriftuurlijk is, nog niet geduld.

Integendeel, zij moesten beloven, dat zij voor

liun ^gevoelen geen'propaganda zouden maken.

I\-iemand zal, op grond daarvan kunnen beweren, dat men in onze kerken de waarheid van den kinderdoop kan aanhangen en loochenen, al naar men belieft.

Ook volgt daaruit niet, dat ieder die bezwaar heeft tegen den kinderdoop, zoo hij een gravamen 'daaromtrent, indient en de belofte van stilzwijgen aflegt, tot een van onze kerken kan blijven behooren.

Dat ligt er geheel aan, - waaruit zijn bezwaar voorkomt. . •

tieeft het geen diepieren ondergrond, 'voert hij b. V. als eenige reden aan, dat er in da Schrift üiet met evenzooveel woorden bevolen wordt om kinderen te doopen, zitten er dus geen andera dwalingen achter, dan kan zulk een persoon licihter worden gedragen.

Maar hangt dit bezwaar samen met een geheel cngereformeerde opvatting van de Verbondsleer, wil hij. van de gansche Verbondsleer niets weten, dan komt - het er vanzelf anders voor te staan.

Daarom moet steeds de diepite van de dwaling worden gepeild.

Daarbij dient tevens bedacht, dat het niet hetzelfde is, wie een afwijkend gevoelen aanhangt.

Het maakt een groO't verschil of hij gewoon gemeentelid, dan wel een Dienaar des Wooxds is.

Kwam het voor, dat ieinand, die den kinderdoop: niet als Goddelijk bevel kon beschouwen, onder de noodige voorwaarden werd geduld, voorzoover ons bekend, is dit nog nimmer in een Dienaar des Woords gedragen.

En mocht dit soms zijn voorgekomen, dan kunnen wij' daarover niet dan afkeurend oordeelen.

Immers, een Dienaar des Woords kan eri mag over den Kinderdoop niet zwijgen.

Hij heeft dien bij de catechismuspreek telkens weer te verdedigen en hem herhaalda malen zelf te bedienen.

Dat zou hij als bezwaarde niet kunnen doen zonder zich aan huichelarij schuldig te maken. En huichelarij mag een kerk, hoé gaarne zij iemand ook behouden wil, , nooit-; ; plt.e; ; nimmer in (Ie hand werken. - 'p^; S!^0f? ^0"

Dit leidt ons tot een. andere kwestie.

Kan een Dienaar des Wo'Ords met zijn a [ wijken d gevoelen w e 1 O'oi t worden geduld?

.Mag hij wel eenig punt der waarheid opzettelijk verzwijgen?

Eleeft hij niet te verkondigen den vollen raad Gods?

Is hij niet een Bedienaar van heel het Woord?

8i:

8i: Zij' heeft • 'géóördêèid, • dat liet" düldeii van ' eenig afwijkend gevoelen in een predikant , , sl echts b ij uitzo n d e r i n g" mogelijk is.

En wij zouden dit nog willen versterken door te lormuleeren: slecbts bij hoog e uitzondering.

Wij voor ons kunnen ons zulk een uitzondering bijna niet denken.

liijna, schrijven we.

Want we zien mogelijke omstandigheden, waarin nilzondeiing denkbaar is.

Maar die zijn zóó zeldzaam, zóó uiterst schaarsch, dat wij daarop' niet hebben in te gaan.

Voorts moet men nog onderscheid maken tusschen afwijkend gevoelen en afwijkend gevoelen.

Er zijn afwijkende gevoelens, waarmee ambteloüze gemeenteleden noch Dienaren des 'Woords ooit te dulden zijn.

Als voorbeeld noem ik de opstanding van Christus. de opstanding des vleesches

El-zijn ook andere.

Tot welke van die twee lirië'ën van' afwijkende gevoelens dat van „. .„„ ^^^^., ^, .. , , ^ hoort —, daarover heeft de Commissie zich niet ui (gesproken.

^ij .i& ..aan ...een. .beslissing daarover nie, tr..; töege-

kcmera§l®ë#JpSiï 'mm. Zij begon met zich omtrent den omvang van het alvvijkend - gevcelen van. Dr van .Leeuwen nader

Ie vergewissen in een samenspreking met hem.

Die samenspreking liep dood-. , Daarom kwam laatstgenoemc^fg^g de orde. niet aan

de orde. Dcch dit is nu wel voor ieder, hetzij hij binne.n of buiten onze kerken leeft, duidelijk: een afwijkend gevoelen van de beslissing van - Vssen inzake de slan g: , ., i, ; Sj.jJ!i onze kerken niet t< iegestaan. '^ftniiSs; ''

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

Synofle-inürukken.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 1927

De Reformatie | 8 Pagina's