GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rapport II.

Het spreekt vanzelf, dat op de Conferenüe te Jeruza. lem de hooidaaitidacht gegeven werd aan de prediking van het Evangelie. Ho© moet men de met-Christelijke volken beschouwen.? en welke boodschap moet huji gebracht? Deze twee - vragen hielden de gemoederen, onrustig, totdat met al^em-eene stommen de „Boodschap" was vastgesteld.

De tweede belangrijke kwestie; die de Conferentie bezig hield, was d© „Religious Eduoatioa".

Het schijnt, dat deze kwestie te Jeruzalem niet van zooveel gewicht geacht werd als indertijd ia Ediabm-

Immers, toen vormde bet rapport een boekdeel van bijna 500 bl. en nu maar de helft! En wat nog erger schijnt: toen werd er van Christian Education gesproken, wat van heelwat positiever inhoud is dan het vlaldve Religious Education!

Bij nader beschouwen blijkt echter, dat het niet zoo erg is als het »p het eerste gezicht lijkt.

Nemen wij eerst den omvang van het boek. Deze is niet altijd evenredig aan de belangrijkheid van den inhoud! Ongeveer 400 bl. werden in het Edinburgscli rapport ingenomen door historische bijzonderheden uil alle zendingslanden; zulk een statistisch overzicht natuurlijk interessant en leerzaam, maar daarmee is de kwestie der Education niet opgelost, en ook niet verder gebracht.

Het rapport van Jeruzalem is heel wat gewichtiger: het eerste deel, dat de helft van hst boiek beslaat, is een schitterende paedag-cgische uiteenzetting, voornamelijk van de hand van J. H. Oldham, den secretari, van den Internationalen Zendingsraad, onder den titel „Religions Education", en is opgebouwd uit gegevens, door onderscheidene daartoe bevoegde personen van het zendingsveJd verschaft.

Deze uiteenzetting is zelfs van zooveel gewicht, dat het de ConJerentie in staat stelde een Paedagogisch manifest op te stellen en aan te nemen, waarop wij hieronder terug komen.

Maar iiet vervangen van Christian door Religious is toch achteruitgang ?

Wij. betreuren deze verandering ook. Maar hooren wij den opsteller-van het rapport over dit punt: „Voor practiscii gemak zullen wij in het algemeen den term religious education gebruiken, om te beschrijven al den arbeid, di-o bedoelt specifiek religieus te zijn, in tegenstelling met andere levensbelangen; terwijl de term Christian education als regel zal worden gebruikt tel aanwijzing van het systeem cp de scholen onder Christelijke leiding en toezicht in tegenstelling met de nationale of met de niet-Christelijke systemen van opvo-eding. Maar daar voor Christenen religieuse opvoeding altijid een Cln-; stelijken inhoud heeft, zal het noodig zijn, om, waar de nadruk valt op het specüiek Christelijk karalicter van de religieuse opvoeding, dan term Christian education to gebruiken in den zin, waarin religions education in dit rapport algemeen gebruikt wordt. Wij me-enon, dat uit het verband genoegzaam duidelijk blijkt ds zin, waarin de term Christian education gebruild wordt".

Het woord „education" vraagt ook nog even om verklaring.

Letterlijk beteekent het opvoeding. De schoolraad O. Eberliard, die op de Coiiferentia een rol van beteekenis gespeeld heeft in de Ivwestie van het onderwijs, noemt zijn opstel in het boek „Von den Höhen des Olbetgs" dan ook „Religieuse Erziehung".

Het gaat dus niet alleen oiver het onderwijs op de scholen, al neemt dit de ruimste plaats in da uiteenzetting in; maar over heel het breedo terrein der opvoeding: in huis en buitenshuis; en ook over wat de kerk in dezen te doen heeft.

Het was wel noodig, dat aan het zendingsonderwijs en wat daarmee samenhangt, groote aandacht werd be steed. Want het gaat niet naar wensch.

De tijd is toch onheirroepelijfc voorbij-, dat de zanding allerwege naar eigen begeeren en inzicht haar scholen kan inrichten, m-eit ol zonder steun van overheidswege. De regeeringen hebben sinds lang ingezien, dat zij zicli door de school groiote macht en invloed kunnen verwervea; en zoo is het onderwijs een belangrijk punt van staatszorg geworden.

Zelfs is het in sommige landen de vraag geworden, of het kan worden toegestaan, dat naast de staatsscholen ook nog andere scholen worden opigericht, in het bijzonder door vreemdelingen, met het uitgesproken doel een vreemden, in dit geval den Christelijken, goidsdienst te bevorderen.

De nienwe schoolwetgeving in Turkije; Perzië en China, geeft dan ook reden tot ernstige bezorgdheid. Practisch worden door de maatregelen dier regeeringen de zendingsscholen onmogelijk gemaakt.

Maar er is nog een. ernstiger zaak. Zie, de verdrukking door de overheid komt van buiten; het is een beprceving, waarin men God om sterkte en uitkomst mag vragen. Maar wanneer eigen schuld opvoeding en onderwijs in gevaar brengt, is beiceering noodzalcelijk. En toch, zoo staat het er mee.

Van verschillende zendingsvelden kwam de klacM, dat „de wereld" wel gebruik wist te maken van de vindingen der nieuw© paedagogiek en psychologie; maax dat „de kerk" nog langs de onde, platgetreden paden liep, en daarmee het zendingsonderwijs en alle leiding uit opvoedkundig oogpunt, in discrediet bracht.

De Conferentie heeft vooral daartegen krachtig positie

gencanen. Ja, het lieeft het niet bij een protest of waarschuwing gelaten, maar in haar rapport de lijnen lütgestippeld, waarlangs het onderwijs most gaan, cai tevens uiteengezet, hoe van de resultaten der wetenschap op dit gebied profijt moet worden getrokken.

Daarom Ivunnen wij van een paedagogiscli manifest spreken.

Dat aa, n liet vaststellen van zulk een program vael arbeid is voorafgegaan, is duidelijk.

Zooals wij reeds zeiden was eeii. rapport opgemaakt voornamelijk door OldJiam, en toegezonden aan alle gedelegeerden.

Dat rapport werd in een voltallige vergadering der Coviterentie behandeld, nadat dr Weigle en Canon Raven (Ie vergadering hadden toegesproken; hmi toespra.ken zijn in extenso in hel verslag der Conferentie opgenomen: dr Woigle had het over Christian Religious Jïdncation, en Canon Raven over The Teaching Method of our Lord I VooraJ dit laatste stuk is va.n buitengewoon belang gebleken.

De discussie over het rapport leidde niet tot een eenparige conclusie.

Toen werd het rapport ter, nadere behandeling gegeven aan niet minder dan vijf secties, die elk een bepaald onderdeel voor haar rekening namen.

Daaruit is het voorstel geboren, dat door de volle vergadering is aanvaard én een paedagogiscli manifest genoemd is.

De Conferentie heeft met dit manifest nieuwe wegen ingeslagen.

En zelfs daarmee was zjj nog niet tevreden.

Met name het onderwijs heeft tallooze technische l; ^^'estiels, die door een vergadering a; ls die te Jeruzalem niet bevredigend kunnen worden behandeld.

Daarom, is besloten een commissie te benoemen, bestaande uit mannen, die de praotijk van-het zendinga-'sclioolwezen kennen, en uit paedagogen in het moederland, om de zaak der Education volledig uit te werken.

liet manifest neemt zijn uitgangspunt in de onderwijsmethode van Jezus, om van daaruit het paedagogisoh stelsel op te bouwen.

Terwijl wij dat laatste kunnen Ui, ten rusten, wijzen wij nog op dit „Jezus-Paedagogiet", zooals schoolraad Eberhard het noemt.

Het schijnt .een „vondst" te zijn geweest va, n Canon Haven. In zijn toespraak tot de Conferentie heeft hij toch dit onderwerp behandeld, kort en krachtig.

Het is echter toch nog te lang het betoog in zijn geheel op te nemen; wijzen wij dus d.en gang van het betoog aan.

Jezus opvoedingsmethode draagt alle kenmerken van liet Eva.ngelie, en 'tegelijk de kenmerken van de ware beschaving: leven, vrijheid en gemeenschap. Slechts in zulk een atmoisfeer groeien de karakters.

Deze groei voltrekt zich in vier peiiodes.

Eerst predikt Jezus in het openbaar, voorbereidend, het Evangelie van Zijn Koninkrijk, en geeft aan Zijn hoorders een nieuwen levensinhoud, dewijl Hij de verhouding tot God bepaalt en het saamhoorigheidsgevoel wekt. Deze grondleggende fase beantwoordt aan het tijilperk van het kind van zijn derde tot zijn achtste jaar.

Daiarna volgt de periode, dat de hoorders tot het discipelschap worden geroepen, in welken tijd Jezus de methode volgt door te onderwijzen door gelijkenissen, om zoo den band tusschen het aardsche en hemelschie aan te knoopen en het oog der twaalven op de geestelijke dingen te richten. Hij legt dan jongeren arbeid op (Matth. 10) en geeft daadwerkelijk onderwijs. Dit is in overeenstemming met den knapenleeftijd van acht tof twaalf jaar.

Dan komt de „jongelingstijd" der discipelen, daar zij in Jezus den Gezondene des Vaders leeren zien en Hem als den Christus belijden. Maar hoewel zij. opwassen in de • kennis van het Zoonschap van Christus en Zijn eenheid met den Vader, blijft alle eigenlijke dogmatiek nog afwezig. Zoo is Jezus hen nabij, niet alleen of niet zoozeer als Vriend en Leidsman, maar als do Zoon van God.

En eindelijk, bij het licht van de verkregen konnis ontvangen de discipelen inzicht in de beteekenia .van het leven, waa.rin dienen, lijden, zonde, bekeering en wedergeboorte thuishooren.

Zoo zijn 'de laatste ervaringen van kruis e-n Golgotha en open graf voorbereid, en de discipelen gaan stijgend stap voor stap de voltooiing op Pinksteren tegemo'et.

Men kan zeggen, dat dit alles een gekunstelden indruk maakt. Doch dat de Conferentie haar manifest aansloot bij Jezus als leeraar en profeet, kan worden toegejuicht, en 'heeft op heel hot stuk een beslist Christologisch stempel gedrukt.

Ook om 'dezen arbeid kan de beteokenis van de Conferentie van Jeruzalem groot worden geacht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 mei 1929

De Reformatie | 6 Pagina's

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 mei 1929

De Reformatie | 6 Pagina's