GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Sigrid Undsets „Kristin Lavransdochter”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Sigrid Undsets „Kristin Lavransdochter”.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Enkele lezers verzochten mij in deze rubriek van ons blad ook eens te schrijven over het boek, dat momenteel in het brandpunt der belangstelling staat, den. met den Nobelprijs voor letterkunde bekioonden roman van de Noorsche Schrijfster Sigrid Undsel: „Kristin Lavransdochter". (

Nu heb ik eenigen tijd geleden in de literairei kroniek van het tijdschrift „Stemmen des Tijds" over dezen romancyclus geschreven en ik kan de vraag der bedoelde lezers om een oordeel niet anders beantwoorden, dan ik het daar reeds deed. Daarom kan ik aan het verzoek ook alleen voldoen, door hier over te nemen, althans gedeeltelijk, wat in dat artikel werd gezegd. Maar dat schijnt mijl toch geen overbodige moeite, omdat dit boek een monumentaal werk is, en, gelijk al wat grootsch is, verschillende sentimenten wekt: gevoelens van beiwondering eenerzijds, van reactie en ethische bezwaren aan den anderen kant. En dus volge hier, als antwoord op de gestelde vraag, de inhoud van het genoemde artikel:

Dat wat men als het eerste en groote gevoelt, wanneer men de lectuur van dit veeleischende werk heeft ten einde gebracht, is de verzekerdheid, de stellige overtuiging, die aan de schepping van den roman ten grondslag ligt. Zeker, men moet de drie deelen geheel gelezen hebben, eer men dit verstaat, want het verhaal is vol van onrust & a heiligen strijd, maar de laatste hoofdstukken van het derde boek, waar Kristins levenseind beschreven wordt, getuigen ervan met ontroerende kracht: zóó kan alleen iemand schrijven, die na groote bewogenheid rust gevonden heeft in een voor haar vaste overtuiging.

En daar ligt nu aanstonds de verklaring van het monumentale van dit werk. Dit boek, gelijk alle waarlijk groote literatuur, draagt een sterk persoonlijk stempel: het is de schepping van de kun­ stenares, die Sigrid Uridset al sinds jaren wals, als een lang psychisch proces zich ten volle heeft voltrokken.

Vóór „Kristin Lavransdochter" heeft Sigrid Undset een gansche reeks van Iboeken geschreven. Zelfs heeft ze dan, naar Jörgen Buhdahl in een intressante studie over haar werk uiteengezet heeft i) all twee perioden van ~haar literairen arbeid achter den rug. Ze begon in 11907 met het schrijven van romans en gaf binnen het verloop van enkele jaren vier boeken: „Fru Oulie", „Den lijkkeli-ge Aider", „Jenny" (dat eerlang in vertaling verschijnen zal) en „Fattige Skjabner". Het zijn, naar Bukdahl zegt, „de romans van het naturalisme fdes dagelijkschen levens", ^jboeken over liefdesverlangen, dat zichj niet uiten kan".

Dan komt met „Vaaren" een tweede periode, door Bukdahl die van „het idealisme des dage^ lijkschen levens" genoemd. De vrouwenfiguur, diei nu ten tooneele verschijnt, is veranderd: niet meer is zij de liefde-dragende, die geen weg tot bevrediging zich geopend ziet, maar de liefde-gevende, die in het huwelijk en [daardoor in het moederschap haar innerlijken drang uitleven kan. In „Vaaren", vertaald als „Lente" ^) wordt dat beeld van de gexrouwde vrouw en de moeder gegeven in Rosa Wegner. Torkild Christiansen hield van de jeugd aan van haar, als was ze zijn zuster. Maar zij; wilde een andere liefde, een 'die baar gansche levea en heel haar zijn vervullen, kon en daarom sloeg ze aanvankelijk op hem geen acht. Tot ze uit zijn betuigingen de klanken beluisterde, die ze wilde hooren en zijn vrouw werd. En nu zien we haar in 'teerste deel vafai 't verhaal in Tiaar geluk: ais vrouw, straks als moeder. Maar van lieverlee en vooral door den dood van het kindje komt het gevoel van onbevredigdheid boven. En haar veel en lang praten met Torkild brengt geen licht, wekt veeleer het besef, dat een scheiding noodzakelijk is. In het tweede stuk van 't verhaal wordt dan ook die scheiding een feit. Maar, eenmaal weer op een leven alleen met zichzelf teruggewezen, ontwaakt allengs de erkenning, dat ze nu nog verder afstaat van het geluk, en dan slaagt een vriendin er gemakkelijk in een hereéniging tot stand te brengen.

Van vrijwel gelijken inhoud is een ander boek uit deze periode, vertaald als „De Splinter van den too vers(piegel". ^)' Ook daarin is de hoofdfiguur, Uni Hjelda, eerst in haar huwelijk en moederschap gelukkig, straks, door 'de ervaring van zorg en verdriet over het sterven van een kind, onbevredigd en voor den invloed van een jeugdvriend, Vegard, toegankelijk, tot ze als "bij ingeving verstaat dat ze bezig is haar geluk te vernielen en ze tot haar gezin en haar moederplichten terugkeert.

In het werk uit beide perioden zien we Sigrid Undset bezig met de vraagstukken van het moderne leven, 't Probleem der levenshouding voor de uit allerhande conventies vrijgeworden jonge vrouw, d e stof bij uitnemendheid van de huidige romanliteratuur, is ook haar moeilijkheid. En is in haar boeken zelfs opvallend omdat in het verhaalde effecten van persoonlijken aard hun rol spelen. Zelf heeft ze haar meisjesjaren gesleten op een kantoor en in den sleur van dat kantoorleven de worsteling 'doorgemaakt tusschen practischen, maar leegen levensarbeid en onvervulde begeerten. *) En toen ze later een staatsstipendium kreeg, dat haar, de artistiek begaafde, tot een studiereis naar Italië in staat stelde was het weer de vraag naar levensvervulling, "die onder deze toch zoo voordeelig veranderde situatie haar kwelde. Als men dan ook in „Fru Hjelde" en vooral in „Jenny" analoge verhoudingen opmerkt, is daarin stellig een autobiografisch element te herkennen.

Niet anders is het ten aanzien van de boeken der tweede periode. Daarin gaat het om de vraag of dan het huwelijk den zoozeer begeerden levensinhoud schenkt en of het mogelijk is, dat de liefde een heel leven kan doordringen. Weer een actiieele stof van moderne romankunst en bok weer persoonlijk gekleurd. Want haar eigen 'huwelijk met den schilder Anders Svarstad heeft haar blijkbaar voor die vragen gesteld en Jiaar tot een ontkennend antwoord gebracht. Daarnaast echter staat in deze boeken telkens de sterke kracht van het moederschap in de vrouw, die door alle evoluties van haar begeerteleven blijft. En pok 'dat is beeld van haar eigen ziel: haar drie kinderen heeft ae niet willen loslaten en samen met hen leeft ze thans rustig op haar „hoeve" bij Lillehammer.

Overzien we nu heel deze werkzaamheid, dan is Sigrid Undset daarin als de meeste, zoo niet al de auteurs, die schrijven over dezen tijd en zijn vraagstukken; ze ontwaart die problemen in het leven rondom, ontleedt en beschouwt ze, voelt in haar eigen ziel de urgentie ervan en geeft aan die gevoelens gestalte scherp, eerlijk, wreed-werkeilijk — maar ze komt er aiet uit. 't Onbevredigende blijft; 't komt na iedere wenteling van de levensstaat weer naar boven en is niet veranderd.

Tot zoover is Sigrid Undset als de meeste moderne schrijvers van binnen-en buitenland en wat ze dan in al deze jaren produceert is belangrijk', gelijk zooveel, als tijdspiegeling, als analyse van het moderne leven, doch blijft aan dezen tijd geibonden: 'fis geen monumentaal werk: het laat ten slotte de ziel koud, jazelts, het doet alleszins

gerechtvaardigd© inperking stellen aan onze waardeeringsmogelijkheid. De meeste van deze boeken zijn voor onzen kring niet aan te bevelen.

'Maar we ziea ia dit tijdperk van Tsijna vijftien jaar ook nog iets anders I Door de evoluties vaïil het denken der Schrijfster heen groeit een bepaalde psyche. Uit een aanvankelijk naturalistisch bezien van de werkelijkheid wordt eerst eén 'voorzichtg vragen naar het mogelijk© ideaal, dat boven die werkelijkheid uitreikt. Straks is er ©en toetsen van de waarde van dat ideaal aan het leven en ©en stelselmatig terugdringen van wat bevrediging schijnt, maar het niet is; de zin voor realisme brengt telkens weer de Schrijfster tot genadelooze critiek! En aldoor feller begint de vraag op den voorgrond te dringen wat er bij al de complicatie van het moderne leven tóch aan dat leven mankeert, waar er zoo gansch en al niets is, dat het menschenhaxt vervullen kan' en werkelijk bevrediging schenkt. Zoo groeit ze vanzelf tot een steeds klaarder besef van het troostelooze, dat het moderne zoeken versombert, tot een scherper bewustzijn dat dit zoeken geen vinden brengt en rijpt ze tot het voor haar arbeid beslissende feit: haair - overgang tot het Katholieke geloof. Van haar jeugd aan is ze voor de mystiek van het Katholicisme toe*gankelijk geweest, ^^j zekere belangstelling voor religieuze waarden heeft imme; r in haar boeken geleefd, ") maar ze was tot nu toe altijd zelf zoo een zoeker, een die het gansche leven ultpuurde, om na t© vorschen. of ze niet ergens ©en betrouwbaar houvast vinden kon. Nu, door het leven geleerd en door eigen ervaring gedreven, komt ze tot het Katholiek© g©loof en daarin voor zichzelf tot levensverzekerdheid, na groote bewogenheid toit rust in een vaste overtuiging.

Hier zijn we nu genaderd tot de psychische gesteldheid, waaruit .„Kristin Lavransdochter" groeit. Hier begint eigenlijk het groote' in Sigrid Undset's werk, dat, wat het monumeMaal doet zijn.

Want nu zien w© haar ineens zich losmaken van dezen tijd met zijn wirwar van vragen. Nu grijpt ze terug op de periode, die aan alle complicatie vreemd is, waarin de mensch leeft vlak bij zichzelf: den tijd der Noorsche Middeleeuwen. Want, zegt Bukdahl „hier is ze gehe©! vrij... in "dezen tijd kan zij het menschenleven in het geweldig perspectief zetten", kan zij het menschenlot „uitspannen tot aan de uiterst© grenzen van het mensch elijk bestaan".

En dat wordt nu het grootsche van liaar werk: tegen den achtergrond van een verye historie stelt ze, naar Gerard Knuvelder het uitdrukt in zijn mooi artikel, ') „de overtuigende schepping van waarachtig levende, bewegende, strijdende en "lijldende, verwinnende en sneuvelende menschen". Zoo wordt haar boek het epos der menschelijfcheid ©n grijpt ze in de vele figuren, maar vooral in die van Kristin zelf, de gansche worsteling van de menschenziel in, met en door het leven, tot de uiteindelijke victorie in d© alles-overwinnende kracht van het geloof.

In een volgend stuk hoop ik dat nader aan de hand van den inhoud der deelen zelf aan t© toon en.


1) N. Rt. Ct. Avdbl. 19, 20, 22 Febr. 1929.

2) Vertaling van N. Basenau—Goemajas, Uitg. J. M. Meulenhoff, Amsterdam 1929.

3) Vert. V. Henriëtte M. Ledeboer: Uitg. Uitg.mij. „D© Gulden Ster", Amstei-dam.

4) Dr. A. SnetMage, Sigrid Undset, een Icort overzicht van haar leven en werken, (broch.) J. M. Sleulaahoff, AmJsterdam, p. 7.

5) Dr. A. Snethlage t. a. p. p. 7.

6) Jörgen Bukdahl, t. a. p. 19 Febr.

7) In het tijdschrift „Roeping" Juli 1929.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1930

De Reformatie | 8 Pagina's

Sigrid Undsets „Kristin Lavransdochter”.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1930

De Reformatie | 8 Pagina's