GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PROF. GREIJDANUS, de slaaf van Jezus Christus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PROF. GREIJDANUS, de slaaf van Jezus Christus

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De hoofdredacteur vroeg mij om iets over Prof. Greijdanus te schrijven. Ik heb dat aarzelend en toch met blijdschap aanvaard. Want wij zijn bij dezen hoogleeraar groot geworden, en met zijn commentaren de pastorie ingegaan. En 't is een groot verschil iemands commentaren te lezen of zelf bij zijn katheder gezeten te hebben, waar zijn commentaren groeiden. Want bij den katheder leert men exegetiseeren, en groeit men met den docent mee, en ondergaat men zijn werkmethode, en groeit men ook zelf op tot zelfstandig werken. Bij den katheder is de meester, die zijn leerlingen zelfstandig maakt. Prof. Greijdanus heeft ons geleerd te exegetiseeren, en ons geleerd zelfstandig te werken. Hij heeft ons geleerd de Heilige Schrift te lezen, met name het Nieuwe Testament, geleerd eerbiedig en voorzichtig met den tekst om te gaan, acht te geven op den gedachtengang, op de beteekenis der woorden, op de woordschikking, op den zinsbouw, op werkwoordstijden, praeposities, partikelen enz. Hij heeft ons vertrouwd gemaakt met het taai-idioom van het Nieuw Testamentisch Grieksch in al zijn nuanceeringen. Hij doorkroop met zijn studenten den tekst zoo nauwkeurig, zóó gedetailleerd, en met zulk een akribie, dat het ons soms te veel was. Immers studenten zijn vaak haastig, en ongeduldig, en soms al heel gauw klaar met wat er staat. En velen vroegen zich wel eens af: moet het nu zoo? Het lijkt zoo pietepeuterig, zoo droog, zoo in de sfeer van den kamergeleerde. Maar achteraf hebben wij het wel begrepen. Toen ik eens bij een voorbereiding voor een tentamen de door Prof. Greijdanus gegeven exegese van den Romeinen­ brief op een groot vel papier nauwkeurig excerpeerde, en mij gehoorzaam onderwierp aan zijn methode van exegese, toen pas zag ik het geheel, en in dat geheel de détails, en ging mij iets op van den rijkdom van den Romeinenbrief. Ik vond het heelemaal niet vervelend meer, maar had een paar mooie dagen. En van dat oogenblik af heb ik gezien, wat Prof. Greijdanus voor ons beteekende. Hij heeft ons behoed voor overhaasting, voor te vlug klaar zijn met den tekst, voor inlegkunde. Hij leerde ons vragen naar de beteekenis van een brief, naar den gedachtengang. Hij leerde ons acht slaan op het geheel, en op het détail. Hij bracht zijn eerbied, zijn nauwkeurigheid, zijn akribie op ons over en won ons con amore voor zijn methode van exegese, welke eenvoudig berust op het geloof, dat de Heilige Schrift is het Woord van God, en door den Heiligen Geest is ingegeven. En als ik dan ook zijn arbeid op college zou willen typeeren, dan kan ik dat het beste doen door te zeggen, dat wij eiken dag in Kampen een man den katheder zagen beklimmen, die niets anders wilde zijn dan een doulos, een slaaf van Jezus Christus, en die — van den Hfeere geroepen — zijn werkkracht en denkkracht wilde besteden voor het rechte verstaan der Schriften, om zoo studenten op te leiden tot dienaren des Woords. En wijl hijzelf zulk een sterk roepingsbesef had, eischte hij van zijn studenten de inspanning van al hun krachten, en sleepte hij ze mee om ook douloi, slaven, te worden, om straks, wel toegerust, het Woord te kunnen bedienen. Zelf man van wetenschap, en door Gods genade een primus - inter pares, was het zijn ideaal, dat alle

studenten den wetenschappelijken graad van doctor in 'de theologie zouden verwerven, om. toch maar te beter toegerust te zijn voor het predikambt, voor de levende verkondiging van het Woord Gods. Want het was hem in zijn ziel gegrifd, dat 'Se Heere Zijn volk wil onderwezen hebben door de levende verkondiging van - Zijn Woord, omdat er zoo pas een volk komt tot Zijnen dienst bereid. Maar dan moest ook de wetenschappelijke toerusting volstrekt serieus genomen worden •om de verkondigin, g van het evangelie te dienen, en den rijkdom der Schrift uit te , dragen. Helaas zagen velen in hun pastorie hun wetenschappelijke toerusting stranden op hun pastoralen arbeid. Het zou ook •anders gegaan zijn, indien in Kampen het promotierecht eerder was gekomen. Ik ben er van overtuigd. dat velen bij Prof. Greijdanus zouden gepromoveerd hebben. Door het aan Kampen onthouden van het promotierecht heeft men den kerken vele doctores onthouden. Ik kan mij ook zoo goed begrijpen, dat trof. Greijdanus in den kring der geleerden geen waardeering vond. Een man als Prof. Miskotte heeft bijv. aan het pas verschenen deel der Bijzondere Canoniek van onzen professor niets. Neen, omdat hij niet verstaan kan, dat hier een man aan het woord is, die de Schrift niet ziet als een , , wetenschappelijjc probleem" en die nu ook een bijdrage wil leveren voor wat betreft , , den stand der problemen". Prof. Greijdanus had geen „problemen" omdat hij in zijn wetenschappelijk werk het Woord Gods kende als het verloste Woord, dat vrijmaakt, dat wederbaart, dat het verstand verlicht, dat leidt tot het eeuwige leven. Hij sprak niet van een „Synoptisch probleem" of vaji de „theologie van Paulus". Hij kende de Schrift als het Woord Gods, en „ontving .alle boeken der Schrift als heilig en canoniek". Daarom kon hij ook zoo schoon .spreken van het getuigenis van den Heiligen Geest. En daarom kon hij ook zijn „vakgenooten" zulke lastige vragen stellen als: Hoe weet U dat ? Vragen, die misschien zoo kinderlijk naief leken, maar die bewezen, dat ook de exegeet dan pas kan werken, als hij zich eerst aan de Schriften heeft onderworpen, dat ook alle exegese een werk des geloofs is.

1948-1944

Hier sluit de zerck den mont. Die voor de vryheit dong, En veilde nooit zijn tong, Toen 'tweiflen veiligh stont.

J. V. d. VONDEL, Grafschrift {Werken, 1645— 1646, p. 3). Laatste regel: toen het veiliger was, niet te rondborstig zijn meening te zeggen.

Op den tweeden Pinksterdag heb ik hem nog even mogen spreken. En hij sprak er zijn blijdschap over uit, dat hij kon heengaan en dat de Heere aan Zijn kerk de krachten gegeven had, om het werk voort te zetten. Dte menschen zijn er, zei hij, en de gaven ook. Zij behoeven zich alleen maar te oefenen. En dan komt het vanzelf goed. Zoo is hij heengegaan in het vaste geloof; dat de Heere ons nuannen zal geven om het werk der exegese voort te zetten in hél midden Zijner kerk. Het verlaten van den katheder zag hij dan ook zeer eenvoudig. De Heere had hem daar gezet. Het komen op den katheder was Gods roeping. En het verlaten van dien katheder was hem een genadige bekroning der roeping Gods. Daarom sprak hij ook niet van zichzelf, maar alleen van den Heere, Die Zijn werk zal voortzetten.

Maar nu hij zijn katheder heeft verlaten, nu is toch in beginsel reeds aan hem vervuld het woord der Schrift, dat wie er vele rechtvaardigen zal, zal schitteren als de glans des uitspansels. Want Prof. Greijdanus heeft leerlingen gekregen. Hij heeft er velen mogen meetrekken om de exegese te beoefenen in gehoorzaamheid aan den Heere. Dikwijls scheen het alsof, hij alleen stond. En hij heeft zich wel eens afgevraagd of hij alleen zou blijven, en of men zijn werk "wel waardeerde. Maar wie uit genade onvoorwaardelijk mocht buigen voor het Woord Gods, en wie ook zelf doulos; slaaf van Christus worden mocht, die heeft hem begrepen, en zijn worsteling en zijn eenzaamheid ook. En hij verstaat de taal zijner commentaren. Dat is geen congenialiteit, maar dat is uit de gemeenschap des geloofs. Uit diezelfde gemeenschap des geloofs, waardoor ook bijv. Calvijns commentaren ons zoo heerlijk toespreken.

En nu de Heere hem Wegnam, danken wij den Vader der lichten voor Zijn gave in Prof. Greijdanus. Wij danken Hem in de gemeenschap Zijner kerk, waarin ook Prof, Greijdanus stond en zijn gaven ten nutte en ter zaligheid der anderen gewillig en met vreugde aanwendde. Want het leek misschien wel, alsof hij in afzondering leefde, alsof hij niet meeleefde, en in eenzaamheid werkte, en zijn commontaren schreef, maar hij stond midden in de kerk, en verkeerde onder zijn broederen. En in die kerk heeft het de laatste jaren menigmaal gestormd, en in die kerk heeft men hem ontzaglijk veel leed aangedaan, en in den bitteren strijd tegen de kerkelijke hiërarchie heeft hij zijn laatste krachten verteerd. Want hij zocht de kerk in zijn exegese, maar ook in al zijn verderen arbeid. Nu weet ik, wat ik misschien nog nooit zoo gced begrepen heb, dat hij de broeders liefhad, en dat hij zich zoo ontzaglijk verblijdde, dat de reformatie ^bij velen weerklank vond.

Hij heeft ons vermaand niet over Prof. Greijdanus te roemen, maar in de magnalia Dei, welke schitteren in het midden van Zijn volk, waarin hij ook stond, en. waarin hij ook het offer der dankbaarheid bracht. Aan die vermaning willen wij ons houden, opdat de Heere Zijn lof krijge. Maar als wij hem dan ook eeren als een schoone gave Gods aan Zijn kerk, dan moeten wij ook onzen „slavendienst" vervullen en gebruiken, wat de Heere ons in hem schonk, en zijn rijke exegetische werken bestudeeren en de vrucht daarvan als een vrucht des Geestes uitdragen in de verkondiging van het Woord Gods.

Het graf van Prof. Greijdanus is nu gesloten en hijzelf is bij den Heere, maar zijn commentaren zuUen openliggen in elke studeerkamer van de dienaren des Woords, de doiüoi van Jezus Christus. Het is zoo bitter noodig. En hij gaf voor die commentaren geheel zijn leven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 29 mei 1948

De Reformatie | 12 Pagina's

PROF. GREIJDANUS, de slaaf van Jezus Christus

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 29 mei 1948

De Reformatie | 12 Pagina's