Leestafel.

I. CRISTEUJKE SCHEURKALENDERS VOOR 1813, 'n Drietal werd ons ter aankondiging lu de HERAUT toegezonden.

Van deze drie komt, naar het mij toeschijnt, de eerste plaats toe aan dien van het GERE­ FORMEERD TRAKTAATGENOOTSCHAP „FILIPPUS", Firma S, S, D'Huy, Middelburg.

En dat niet maar, omdat deze een onverdacht gereformeerde is, maar ook om zijn kleurig en fleurig schild, dat aan den wand van een huiskamer heel mooi zal doen, en om zijn opwekken van de nationale herinneringen van 1813.

Het schild beeldt van boven niet onaardig af het feit van 30 November 1813, Aankomst van Prinz Willem te Scheveningen. Op het blok het zeer toepasselijk psalm vers:

De Heer zal zijn een hoog vertrek. Voor wie getrapt wordt op den nek; Een hoog vertrek in drukkend lijden. Een toevlucht in benauwde tijden. (Ps, 93).

En dan ter rechterzijde WILLEM I, Koning der Nederlanden, en ter linker: Koningin FRE-DKRIKA LomSA WILHELMINA.

Twee nu niet bepaald mooie portretten.

Ieder blaadje geeft aanwijzing van Schriftgedeelten, dan een tekst en daaronder een kort toepasselijk woord. Op de achterzijde dei blaadjes, over het geheel, lezenswaardige verbalen.

Volgt de MARTHA KALENDER. Uitgegeven ten voordeele van de Martha-Stichting te Alphen a/d Rijn. J. M. Bredee. — Rotterdam.

Het schild, met zijn afbeelding van de Martha-Stichting, en zijn symbolen van Geloof, Hoop en Liefde, doet erg somber.

Op het schild: „God heeft met ieder een plan".

De blaadjes geven ook hier een tekst met een goed woord er bij en voor eiken dag één Schriftstnk om te lezen.

Op de achtersyde korte spreuken, verzen tn verhaaltjti.

Van de oationale herinnaringen geen spoor,

Eindelijk GiiixoSTMiROi CHBISTBLIJM ScHKüRKAtKNDKR. J. N. Voorhoere, te 'i-Gravenhage.

Dit schild, de herders vu> Bethlehem met hnn schapen, op het oogenblik dat xij in verwondering sijn over het hemelsche licht, — kan ik met den besten wil niet mooi vinden.

Toch ia het geteekend door niemand minder dan ISINOS.

Aan den ieekenaar zal het wel niet liggen.

Daarentegen ziet men met welgevallen de gekleurde plaatjes in het blok.

’n Bezwaar bij dezen kalender is, dunkt mij, dat bij ook na weer voor lederen dag wel een tekst, maar bij dien tekst verder niets, hoogstens

’n versje geeft. 'n Toepasselijk woord bij 'n tekst mag toch op loo'n blaadje van een Scheurkalender niet ontbreken.

2. DR. F. A. £. SILLEVISSHITT.JOHANMIS DE DOOPER. Volksoitgave, Amsterdam. H. A. Bot* tenburg, 1913. Van deze monographic, die bij baar verscttijning, in heel de christelijke pers en ook door ons met groote waardeering is besproken, heeft onze ijverige uitgever, de beer van BoTTENBURO, thani een volksuitgave in het licht gegeven.

Bij de eerste uitgave in 1907 schreef de AQteur, die toenmaals nog predikant in ROT­ TERDAM was, dat hij voor deze zijn studie over JOHANNES DEN DOOPER een plaats begeerde „in de opbouwende lectuur van ons volk, dat leeft bij Gods Woord". Hoewel dus niet als wetenschappelijke studie bedoeld, getuigt dit boek toch van breeden nauwgezette studie over het onderwerp.

„Twee dingen”, zoo schreef SHITT, „zouden ve begeeren: dat Johannes, de grootste van vrouwen geboren, in sijn grootheid van God ontvangen, meer worde gekend; en wie zich dan Btelt naast hem, voelt zich klein, zeer klein. Doch evenzeer, dat de eenvoudigste, die deze bladen leest, als brniloftskind des Nieuwen Tes taments, zich meerder voele dan Johannes, om Jetus wil, opdat de heerlijkheid van Christus' KoDinkrijk zich openbare in zijn heiligen."

Van harte stem ik in met wat DR. SILLEVIS SMIIT nu, in lijn kort Voorwoord bij de volksuitgave schrijft; „het kan niet anders dan een oorzaak van blijdschap wezen, dat de ptiji van het boekwerk thans geen verhindering behoeft te zijn, dat de kring zich uitbreide onder vele anderen, die niet minder belang stellen in alles wat de kennis van Gods Woord mag vermeerderen 1"

3. J. H. LANDWEHR, predikant te Rotterdam. HANDBOKK DER KERKGESCHIEDENIS. Derde gedeelte. Nieuwe Kerkgeschiedenis. Rotterdam. D. Bolle.

Dit derde deel, van LANDWEHR'S HANDBOEK, waarvan het eerste en tweede reeds hier door mij zijn besproken, bevat van de geschiedenis der Kerk het tijdperk der reformatie tot het begin der I9e eeuw.

De geachte schrijver toch verdeelt de Nieuwe Kerkgeschiedenis in drie tijdperken en wel:

het eerste: van Luthers optreden tot den vrede van Manster I5I7—I648;

het tweede: van 1648 tot het begin der 19e eeuw;

het derde: van het b^n der 19e eeuw tot heden.

Ia dit zijn Ille deel na behandelt hij eerst de Reformatie en de Contra-reformatie.

„Ia dit tijdvak”, zoo schrijft hij, wordt geschetst DE ARBEID vao de reformatoren, die, op het gebied van de leer en den dienst in de Kerken, terugriepen tot het Woord van God; de ONTAARDING van het reformatorisch beginsel door velschillende secten, v. n. door deWederdoopers, en DE POOINO van Rome om de kracht der reformatie te breken en door allerhande middelen het aangevangen werk te verstoren.

Vervolgens het tweede tijdvak: De kerk in den tijd van het „Piëdsme" en de „Aufkiftring”.

„In dien tijd", zoo schrijft LANDWEHR, „tien we, hoe de kerk der hervorming den invloed onderging van het Piëtisme. Het starre orthodozisme dreef duizenden in de armen van het Piëtisme. £a gelijktijdig zien wij het Deïsme opkomen, dat later in de „verlichting" in Frankrijk en de AufklUrung in Duitscbland, terug riep van de openbaring in de H. SCHRIFT tot de openbaring IN DE NATUUR; van HET WOORD GODS tot HET WOORD DES HENSCHEN, van het OBLOOP tot DE REDE.

Ook dit derde deel waarin, de feiten klaar en duidelijk zijn voorgesteld en men een goed overzicht van het geheel krijgt, maakt LANDWEHR'S HANDBOEK tot een knap en bruikbaar compendium, dat, voldoende voor een niet-theologant, ook den theologaot nmast het bekende handboek vanKuRZ b.v., goede diensten kan bewijzen.

En dat wel ten eerste van wege het specifiek gereformeerde standpunt dat de geachte schrijver inneemt, en in de tweede plaats omdat er aan de historie van de kerk in ons land meer aandacht in is gewijd, dan in de Duitsche compendia geschiedt.

Het zij Ds. LANDWEHR gegeven, dit zijn HANDBOEK met de beschrijving van de geschiedenu der kerk in I9e eeuw spoedig te voltooien.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen