Barthianisme en katholicisme - pagina 21
Rede gehouden bij de aanvaarding van het ambt van buitengewoon hoogleeraar in de faculteit der godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
objectieve petra een hoogte zichtbaar werd, die door geen protestantsch theoloog kon worden bereikt. Want in deze "Ueberordnung" van het "ecclesia solurn" boven het "fide solurn" ligt opgesloten de principiƫele aanvaarding van het "hineinragen" der kerk in de zichtbaarheid van deze wereld en een daardoor verrijken, begenadigen en in dienst stellen van de menschelijke subjectiviteit. Deze controvers tusschen Barth en het Katholicisme staat echter niet op zichzelf, maar hangt ten nauwste samen met dat andere vraagstuk, dat in den laatsten tijd steeds meer in het middelpunt der discussie kwam te staan, nI. het geding over de natuurlijke theologie.
* * * Dit vraagstuk is ook voor Barth van centrale beteekenis. Wanneer hij het probleem der natuurlijke theologie bespreekt, richt hij zich daarin niet uitsluitend tegen de Roomsche theologie, maar eveneens tegen de modern-protestantsche theologie. Want beide hebben met de natuurlijke theologie een compromis gesloten. De natuurlijke theologie is na de Reformatie doorgedrongen in de kerkelijke dogmatiek en deze invasie is zoo ingrijpend geweest, dat zelfs de reactie van Schleiermacher en Ritschl haar invloed niet meer vermocht te keeren 50). Waarin ziet Barth de kern van deze natuurlijke theologie? Ze heeft naar Barths definitie tot object een weten omtrent God, van de relaties van de wereld tot God en de daaruit voortkomende ethiek en moraal 51). Het gaat om een den mensch oorspronkelijk ter beschikking staand weten. Oorspronkelijk, d. w. z. los van de Goddelijke openbaring. Deze leer ziet Barth scherp geformuleerd in het Vaticaansch concilie, waarin werd uitgesproken, dat God met de menschelijke rede uit de geschapen dingen als Schepper kan worden gekend 52). Dat houdt dus in een zeker "kennen" van God uit zijn werken, uit de geschapen wereld, zonder dat de openbaring in Jezus Christus in zicht komt, een kenbaarheid Gods buiten de openbaring in het kruis om. Daartegenover staat dan volgens Barth de reformatie, die de kennis Gods alleen gefundeerd wilde zien op de in de H. Schrift betuigde openbaring in Jezus Christus 53). Deze tegenstelling ziet Barth als van fundamenteele beteekenis en haar consequenties werken in alle richtingen door. Het eerste bezwaar, dat tegen deze natuurlijke theologie valt 19
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 oktober 1940
Inaugurele redes | 51 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 oktober 1940
Inaugurele redes | 51 Pagina's