UIT DE BUITENLANDSCHE KERKEN.

Daar staat in „de Hongaarsche Heraut" no 7—8, tweede jaargang zooveel goed nieuws uit dat verre land, dat ik in groote verlegenheid ben wat daaruit mede te deelen; ik' weet miji daaruit niet beter te redden dan den belangstellenden lezers sterk' aan te raden: abonneer u toch opi, dit blad en schrijf aan den heer P. J. Nauta, Velsen, Noord-Holland, dat gig ook lezer wilt worden; het abonnement kost minstens slechts één gulden en ge kmit steeds beter op de hoogte geraken van de gereformeerde beweging in Hongarije. Zegt ge: maar ik ontvang al veel te veel kerkelijke bladen om die te 'kunnen lezen, welaan, abonneer gij u, vlieg het even door, laat het uw huisgenooten lezen, geef het uw vrienden of idring er in uw plaats met eenige vrienden bij het bestuur van de openbare leeszaal op aan, dat ze ook' de „Honga|arsche Heraut" op de leestafel brengen. Zijn er onder de abomié's die „de Hongaarsche Heraut" of .andere christelijke bladen niet bewaren, laten die zich even de moeite getroosten om die bladen aan de openbare leeszaal af te geven, opdat ze aldaar ter lezing worden gelegd.

Het agendum voor de Synode der Christelijke Gereformeerde KeA, die D: V. vergaderen zal te il^alamazoo', Michigan, 18 Juni en volgende dagen, nam als vijfde rap; port opi een missive, rakende een nader verband met de Presbyterian Allianc e. Tot de vorige Synode was de Alliantie gekomen met het dringend verzoek om zich bij haar aan te sluiten en haar werk te steunen. De broeders aangewezen om daaromtrent op de 'komende vergadering te rapporteeren, herinneren, dat Dr H. Beets op de laatste vergadering van de Alliantie, gehouden te Zurich in 1923, tegenwoordig was en dat het volgende jaarde alliantie zal samedktomen te Cardiff Wales. Eerstens nu deelen zij het doel van de Alliantie mede in drie artt.; dan dat het uitvoerend comité samengesteld is uit leden van onderscheiden 'Kerken bij haar aangesloten en dat de jaarlijksche bijdrage in de kosten, gerekend naar wat.de United Presbyterian Church moet bijdrasgen voor de Christelij'ke Gereformeerde Kerk, betrekkelijk klein zal zijn. Verder le_gt het rapport er den nadruk op, dat de besluiten der Alliantie geen bindend 'karakter dragen voor de bij haar aangesloten Kerken. In het „critisch overzicht", dat door dit rapport gegeven wordt, valt de nadruk op het uiterst onbelijnd en zwevend karakter der Alliantie met betrekking tot de fundamenteele gereformeerde waarheden. Ja, uit wat de overleden Prof. Good sprak in verband met de gewenschte toetreding van onderscheiden Kerken tot de Alliantie, te Zurich, bleek' zelfs, dat men wat „libei^aler" was geworden in de laatste jaren wat leer en kerkregeering betrof. Ook weigert men te komen tot de formuleering van een „consensus" in zakte de leer.

Verder verwijst het rapport nog naar w'at de Proff. Bouwman en HepJ) in verband met de Alliantie in „De Bazuin" en „De R^eformatie" hebben geschreven; en hoewel het rapport in vierderlei opzicht aan het wer'k van de Alliantie in praktisch opzicht een gunstig getuigenis geeft, adviseert het toch op grond vaar vijf overwegingen om in geen nader verband met de Alli.antie te treden.

Telkens leest men in binnen-en buitenlandsche

kerkelijke bladen over het woeden der bolsjewieken tegen den go'dsdienst en de 'Kiei'k. Nu reisde ik toevalligerwijze vaaüc met een zeer overtuigd bolsjewiek; i^en man, bizonder goed op' de hoogte, naar het mij voorkwam, omtrent de tegenwoordige toestanden in Rusland, dien ik steeds weer wees op genoemde berichten. De waarheid daarvan ontkende hij ten stelligste. Ik zou wel graag willen weten of de bewuste berichten gebaseerd zijn op feiten. Vooral onze pers moet de waarheid bovenal voorstaan en ook, het verkeerd gerucht omtrent den vijand tegenstaan. Alle Jezuïtische persmanieren moeten wij haten, mijden en vlieden.

Ik noemde zooeven het woord: fundamenteele waarheden. In Amerik'a is een geweldige strijd ontbrand tusschen de zoogenaamde Fundanientalisten en Modernisten; een strijd, gestreden in kerkelijke als in niet-kerkelijke bladen. New-York vormt het brandpunt van den strijd. Dezer dagen ontmoette ik een Amerikaan — geen 'kerkelijk man in den engeren zin van het woord — een employé in een groote zaak te New-York; heel gauw begon ook hij over dezen strijd met mij te praten. De aanval is begonnen over heel het front tusschen predikanten en leden der 'Kerk van beide zijden. De bekende staatsman William Jennings Bryan staat met overtuiging aan de zijde der verdedigers der fimdamenteele leerstukken. Het is volgens Kolffhaus als in de dagen van Athanasius. Hij heeft aan 't hoofd van zijn artikel desbetreffend geschreven; ' een strijd, zoo als die niet mag z ij n. De iKerik is tot een Arena geworden. Deze worsteling is al lang voorbereid en ookl daarbij lawam weer zoo sterk uit het eigenaardig propagandistisch karakter van het Anglo-Siaksisch ras, waarop ik reeds voor eenigen tijd wees. Twee leden der iKierk hebben de Testimony Publishing Company in staat gesteld om de uitgave: The Fundamentals, a testimony to the Truth, , te bdkostigen. Stel u voor: alle engelsch sprektende (stellig ook wel lezende) predikanten, evangelisten, zendelingen, theologische hoogleeraren, theologische studenten, secretarissen van jongelingsvereenigingen, secretaressen van jongedochtersvereenigingen, leiders van zondagsschoolaxbeid, 'lieden, die deel nemen aan het werk der Evangelisatie en uitgevers van godsdienstige lectuur over heel de wereld konden gratis deze mooie boekjes krijgen tegen opgave van hun duidelijk adres. Of het nog zoo is, dat weet ik niet. Misschien wil iemand het nog wel eens probeeren. Daartoe geef ik' het adres op. Indien zoo iemand de genoemde boekjes ontvangt, minstens twaalf deeltjes, dan acht ik de genomen moeite wel beloond. Het adres is: Testimony Publishing Company, 808 North La Salle Street, Chicago, 111., U. S. A.

In „der - Grenzbote" van 24 Mei las ik - een interessante mededeeling omtrent Trotzk'i. Voor ongeveer vijftien jaar woonden twee Russische Joden samen in een zeer armoedig vertrek te New-York. Zij' waren beiden volbloed anaichist. Een hunner bezocht op een avond eens een evangelisatie-lokaail van een methodistische gemeente. Men gaf hem een traktaatje. Hij smeet het op den grond. Hij ging toch nog eens een keer. Toen werd hem een Nieuw-Testament gegeven. Hij sloeg het op> en las Rom. 2:10: aar heerlijkheid en eèr en vrede een iegelijk, die het goede werkt, eerst den Jood, en ook den Griek. Dat trok zijn aandacht. iDlat gold hem; hij was immers een Jood. Hij nam dat boekje mede naar zijn ellendige slaapstede en las het. ZoO' bekeerde hij zich oprecht tot den Heete. Deze man is thans de leider van de Joden-zending te Rochester, Adam Silberstein.

De andere jonge man bleef den weg bewandelen, waarop' hij den voet had gezet, getrouw aan de beginselen, die hij voorstond. Gedurende den oorlog brak hij door de Britsche blokkade en kwam na menig avontuur in Rusland. Thans kent heel de wereld den naam van dezen man. Zijn naam is Trotzki.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen