Weekindeeling.

„Pralrtika”, „Weekblad voor en door Protestantsche Godsdiensüeeraars" geeft een proeve van een werkprogram voor predikanten.

De wenschelijkheid van een vast werkprogram zal door ons allerminst worden betwist.

Eaarin is juist het geheim gelegen om veel werk te Icunnen verzetten.

Misschien geeft geen enkel leven zooveel aanleiding tot versnippering als dat van den predikant.

De gemeente heeft het zoo graag, dat hij niet al te bezet is.

Dat liij eens een beetje kan blijven praten, als men den tijd heeft.

Dat hij ook geen teekenen van ongeduld zal geven, als zij hem te hunner verpoozing op een heel ongelegen uur een bezoek brengen.

En hoe menige predikant bezwijkt niet voor dergelijke H'enschen.

Hij wordt een gezellige dominee.

Er zijn jonge predikanten, die gaarne in de pastorie studeeren willen en die daarvoor een heelen strijd hebben te voeren, waarvan niemand iets merkt en die daarom te zwaarder is.

Zij willen vriendelijk blijven, niemand aistooten en toch hun studie bijhoudSn en voortzetten.

Dat kost waarhjk moed, beleid en trouw. .Misschien mogen wij bij deze een beroep doen op verstandige ouderlingen.

Als God uw gemeente een begaafden leeraar heeft gegeven, die gaarne dieper graaft in de wetenschap van Gods Woord, steun hem uit al uw macht.

Doe wat ge kunt om te zorgen, dat hiji geen „koffiedominee" wordt.

Maar de predikant richte dan ook zijn werkprogram wat anders in, dan „L^raktika" voorstelt.

Dit ziet er zóó uit.

ZOJMDAG. Leiding van de godsdienstige samenkomsten voor kinderen (Zondagsschool), jeugdigen (jeugdkerk), volwassenen.

MAANDAG. Huisbezoek in verband met den Zondag bij hen, die niet ter kerk waren, allereerst bij de ontbrekende ambtsdragers.

DINSDA G. Voorbereiding voor bet godsdienst-onderwijs.

WOENSDAG. Godsdienst-onderwijs.

DONDERDAG. Huisbezoek in verband met het godsdienst-onderwijs, bij leerlingen, die afwezig waren. VRIJDAG. Afdoen van al wat in de voorafgaande da, gen bleef liggen. Opruiming van alles, wat ksin worden weggedaan.

ZATERDAG. Voorbereiding voor de godsdienstoefeningen.

Vooreerst is de voorbereiding voor twee predikatiën stelhg te kort. Eén dag daarvoor is veel te weinig.

En dan is er geen tijd uitgetrokken om bij te blijven.

Een vast werkprogram, dat door ieder lean worden overgenomen bestaat er niet.

Dat hangt te zeer af van ieders individualiteit.

En ondanks alle consciëncieusheid, welke eruit spreekt, is het bovenstaande wel een proeve, hoe men het niet moet doen.

Gemengde huwelijken.

Niet ernstig genoeg kan tegen de ramp van gemengde huwelijken worden gcAvaarscluiwd en gepreekt.

De Statistiek leert op dit punt dingen om van te schrikken.

Een Joodscli spreker hield over deze statistiek dezer dagen een lezing.

Daarop wees bij erop, hoe in Amsterdam het gemengde huwelijk onrustbai'end toenam.

Terwijl de huwelijken tusscben , , Protestanten" in het laatste jaar zijn toegenomen van 100 tot 135, tusschen Iloonischen van 100 tot 171, tusschen Joden van 100 tot 165; zijn deze cijfers voor de gemengd© huwelijken 100 en 286.

Ook blijkt, dat liet aantal kinderen, uit gemengde huwelijken geboren, kleiner is dan uit huwelijken van één godsdienst.

Voorts is ook de duur der-gemengde huwelijken korler en de echtscheidingen talrijker.

De oorzaken hiervoor liggen voor het grijpen.

Ook onze kerken zijn dOor dit kwaad aangestoken.

Het viel ons op, dat toen in de „Amsterdamsclie Kerkbode" het overzicht over 1924 verscheen, daarin de gemengde huwelijken zulk eén hoog percentage vomiden. De juiste cijfers onthield ik niet. Maar als ik mij niet vergfe was het één vierde van het totaal aantal huwelijken.

Wordt zoo niet langzaam maar zdker het kerkelijk besef ondernnjnd?

Ook het Hospitium aan de V. U. gebolpen.

En door den heer G. A. Goldschmeding van Amsterdam èn door de hospitanten werd mij bericht, dat ook voor het oiigel in het hospitium aan de Vrije Universiteit wordt gezorgd.

De lieer Goldschmeding heeft het orgel onderzocht en bevonden, dat het na grondige reparatie weer in uitstekenden staat kan worden gelDracht, gelijk hij schrijft.

Reeds heeft hij daaraan een begin van uitvoering gegeven en dat gelieel op eigen kosten.

Wij vernamen dat met voldoening.

Zij, die reeds giften inzonden, zullen er wei geen bezwaar tegen hebben, dat deze gestort zijn en eventueel zullen worden in een fondsje, dat met het orgel nauw verband houdt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen