GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„Job en het probleem van het lijden.” Jeugdpreek van Dr H. T. Oberman. Rotterdam 1925. — N.V. Korteweg en Stemerding.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Job en het probleem van het lijden.” Jeugdpreek van Dr H. T. Oberman. Rotterdam 1925. — N.V. Korteweg en Stemerding.

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ondiep werk.

Een van de voornaamste kwesties bij het probleem van het lijden: het verband tusschen algemeene zonde en persoonlijk lijden wordt hier niet eens gezien. Over de zonde wordt zoo goed als gezwegen. Het standpunt van Jobs vrienden wordt — alweer hoogst oppervlakkig — gequalificeerd als de „onde vergeldingstlieorie". In dogmatiek was blijkbaar Dr Oberman niet sterk.

De oplossing van het lijdensprobleem is voor hem hierin gelegen: „Van al wat leeft is de bedoeling strijd en door strijd tot overwinning en tot de kroon, die weer bij Gods troon wordt neergelegd." Hiermee wordt het probleem slechts van den buitenkant aangeroerd, al heeft de schrijver het nog zoo over „diepste diepte". Zulke termen moeten tegenwoordig nog al eens dienen om ondiepte "Je verbergen.

Voor de drie vrienden, die in het boek Job „op het tooneel" (bl. 10) komen, heeft hij nog wel een goed woord. Maar Elihu komt er slecht af. Men leze:

„In het boek Job komt één man voor, die ook ongevoelig is; het is Elihu. Deze jonge man (zie hoofdstuk 32:6) houdt vier schitterende redevoeringen, waar niemand op in gaat. Eerst laat hij Job, gesteld al, dat deze zou willen, niet aan het woord, later zwijgt Job zelf. Er staan „mooie" gedachten in wat hij zegt, vooral als hij het heeft over Gods Stem, die tot den lijdenden mensch komt op zijn nachtleger en over Gods grootheid in de schepping, die niemand naast zich duldt - maar het is geen eigen doorgemaakt leven, het is niet geboren uit medegevoel, zooals de drie andere vrienden althans gepoogd hebben te geven; de soliede Elifaz, de goedige Bildad en de schei-pe Sofar, die een week hadden geweend en gezwegen om Jobs diepe leed te peilen, „want zij zagen dat de smart zeer groot was" (hoofdstuk 2:13). Niet alzoo Elihu. Anderhalf hoofdstuk heeft hij noodig voor zijn aanhef, hij, „de zoon van Berachëel van Buz uit het geslacht van Ram". Men merke op de liclitelijk spottende nauwkeurigheid, waarmede de bijzonderheden van dezen in eigen oog zoo belangrijken woordvoerder worden medegedeeld! Onwillekeurig moet de bijbelkenner denken aan de manier, waarop Bileam in Num. 24:3 en 4 zijn optreden inluidt met vermelding van al zijn qualiteiten. „Ik ben vol van woorden! In mijn binnenste bruist mijn geest! Mijn borst is als een wijnvat, dat niet geopend is, als ©en nieuwe wijnzak zou het bersten, om lucht te krijgen zal ik spreken...." Als hij klaar is, zijn wij niets verder dan bij de andere vrienden" (bl. 10, 11).

Daarenboven stelt hij zich op het standpunt van de godsdiensthistorische school en acht Job 26:10 waarschijnlijk „weer" een zinspeling op de bab-ylonische gedachte vaii den „Godenberg" (bl. 20).

Mogen onze jonge menschen niet luisteren naar dezen schrijver, die men door deze uitgegeven preek nog laat spreken, nadat hij gestorven is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juni 1925

De Reformatie | 8 Pagina's

„Job en het probleem van het lijden.” Jeugdpreek van Dr H. T. Oberman. Rotterdam 1925. — N.V. Korteweg en Stemerding.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juni 1925

De Reformatie | 8 Pagina's