GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

EVEN PARKEEREN.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EVEN PARKEEREN.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De groote afval of de groote aanval?

Ik was teruggekeerd van de vergadering eener nuttige christelijke vereeniging. Een organisatie, die oproept tot maatschappelijken arbeid in het ambt der geloovigen. Die vergadering was zooals vele vergaderingen tegenwoordig zijn. Sprekers hadden staan betoogen tegen de gewillige ruggen van vele onbezette stoelen. Te midderuacht teruggekeerd in mijn woning, troostte ik mij met de lectuur van eenige dagbladen. Onder de berichten trof mijn aandacht, dat in een niet onvermaarde stad, waar wel iets te doen moet zijn, op één avond twee lezingen waren gehouden in twee van de grootste kerkgebouwen over éénzelfde onderwerp, namelijk: „De groote afval en de komst van den Anti-christ".

Ik laat die sprekers in hun waarde en ik Iaat die onderwerpen in hun waarde. Ik signaleer slechts bet verschijnsel, dat in een stad waar wel wat te doen is, maar de meeste christenmenschen in een crapaud bij een radio zitten en hun roeping in het ambt der geloovigen verzuimen, eenige duizenden op één avond samenstroomen om van den grooten afval te hooren spreken. Om over gezegden grooten afval de andere avonden van de week in een crapaud na te mediteeren. Zie, ik dacht daarbij aan een predikant uit den ouden tijd, die veel over leege kerken had te klagen en die hierom aankondigde, dat hij den a.s. Zondag mededeelingen zou doen op den kansel over een nachtelijk bezoek van den duivel. Het hielp, zoo gaat het verhaal voort, de kerk puilde uit, de menschen werden omtrent platgedrukt in het gedrang. Toen nam de predikant revanche. Als ik van God hier spreek, dan komt hier nauw een mensch in een geheele week — zoo ving hij zijn predikatie aan. Maar zie, nu de duivel op het tekstbriefje staat, zijt gij samengedromd! Zoo toont gij dan wiens kroost gij zijt, naardien gij liever hoort naar wat de duivel zegt, dan naar des Hééren Woord!

Zoo kras zou ik het niet willen zeggen.

Maar wel zou ik vijf minuten tijdredenaar, vijf minuten een groot man willen zijn! Vijf minuten ©en groot üjdredenaai- zijnde, zou ik tegen de menschen willen zeggen:

Ik predik u het Heden des Heeren!

Gij geeft toe aan den ouden drang om de komst van den anti-christ te dateeren. Gij vergeet daarbij dat de Heilige Schrift den anti-christ dateert in het heden (1 Joh. 4:18) en dat ook onze vaderen den anti-christ gedateerd hebben in het heden. En dat zij van dien anti-christ gewaagd hebben in verband met het ambt der geloovigen, aangezien Christus een eeuwig Koning is, dewelke zonder onderdanen niet zijn kan. Die geloovigen hebben niet vreesachtig noch nieuwsgierig te staan bij het gordijn dat voor de verborgenheden hangt, vragend als Saul: „Doe mij den anti-christ opkomen!", maar zij moeten het rijk van Jezus Christus openbaren in de wereld ofschoon het ware dat de magistraten en de plakkaten der prinsen daartegen waren en de dood of eenige lichamelijke straf daaraan hing. Voor hen was het stuk van de Wederkomst van 'Christus geen nachtmerrie, noch een sensatie, maar „zeer wenschehjkentroosti'ijk!" Zij hebben met groot verlangen dien dag verwacht. Niet als de genadeslag op het krimpend lijf van een geradbraakte wereld, maar als de blijde oogstdag van den zaaier.

Ergo, menschen, wrijft den slaap eens uit uw oogen!

Steekt de handen uit de mouwen. Doet niet of gij allen honderd jaar wordt, maar pakt aan!

Wordt trouwe kerkgangers.

Vervult uw plichten in het onderhoud van den kerkedienst!

Bezoekt de vergaderingen!

IJvert voor de uitbreiding van Gods Kerk.

Voor den lerugkeer van uw volk onder de ordinantiën van het Verbond.

Voor een christelijke maatschappij.

Als gij zoo in het ambt der geloovigen getrouw wordt, moogt gij ook aan de komst van Christus denken. Die komt om het Koninkrijk Gods op te richten.

Als gij in deze eerste plichten getrouw zijt, misschien zal uw Koning u de groote onderscheiding geven, te lijden om Zijns Naams wil

Misschien zal Hij tot u spreken: „Gij waart getrouw in het kleine, gij hebt de vergaderingen bezocht, gij hebt meegestreden toen allen in een crapaud lagen. N ü moogt gij voor Mij het schavot

beklimmen. Maar anders, verbeeld u maar niets! Alleen zij, die het Heden des Heeren belijden, verwachten waarlijk de Toekomst des Heeren!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 november 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

EVEN PARKEEREN.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 november 1935

De Reformatie | 8 Pagina's