GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

HET BOEK VAN DE WEEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET BOEK VAN DE WEEK

15 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat wU Hitler? ')

„Het antwoord op deze vraag wordt gegeven in het zoo juist verschenen boek van den gewezen naüonaal-sociallstischen president van den Senaat te Danzig HERMANN RAUSGHNING: DE NIHI­ LISTISCHE REVOLUTIE, Schijn en Werkelijkheid in het Derde Rijk, ingeleid en bewerkt door Dr Menno ter Rraak. HET ROEK DAT HET SAMENGAAN VAN DUITSGHLAND EN RUS­ LAND HEEFT VOORSPELD! Een week na verschijning ligt reeds de tweede druk ter perse!"

Zoo kondigt H. P. Leopold's Uitg. Mij N.V. te Den Haag per advertentie den tweeden druk aan van een boek, dat reeds allerwegen de aandacht trok bij zijn verschijning in het Duitsch, nu, naar ik meen. een jaar geleden.

Heel vaak beantwoorden dergelijke suggestieve advertenties allerminst aan de waarde van het geprezen boek — laat ons reeds direct maar vaststellen, dat ditmaal de advertentie niets te veel zegt; het boek van Rauschning is inderdaad ten volle waard, dat ieder aandacht aan dit boek schenkt.

En als actueel blad mag ook „De Reformatie" niet achterblijven, is het zelfs zijn roeping kennis te nemen van dit belangrijke werk en als het kan zijn lezers hulp te bieden bij de beoordeeling, vaxi' dit boek.

Wij willen daartoe dan in de eerste plaats den schrijver bij onze lezers introduceeren. Hermann Rauschning is de eerste nationaal-socialistische president geweest van de vroegere vrijstad Danzig. Men zal zich herinneren, dat kort na de Rijksdagverkiezing van 5 Maart 1933, die aan de N.S.D.A.P. 48 pCt. van de uitgebrachte stemmen gaf, eveneens verldezing in Danzig plaats had, die aan de Nazi's, al was de winst niet zoo groot als in het Rijk, do gelegenheid opende, de macht in handen te nemen. Rauschning werd toen president van den senaat en is dat gebleven tot het einde van 1934. Men zal zich ook herinneren, dat de couranten in die dagen telkens melding maakten van meeningsverschillen tusschen hem en den naUonaal-socialistischen gouwleider Forster. Aan het einde van 1934

1) Door een abuis, waarschijnlijk van mij, zijn ongeveer tegelijkertijd twee artikelen over Rauschning's werk bij de redactie ingekomen. Waar beide een eigen behandelingsmethode volgen, leek het me volkomen verantwoord, ook dit artikel alsnog op te nemen. Het kwam vlak na de verzending der copie van het reeds geplaatste in. K. S.

kwam het tot een openlijk conflict. Men verlangde van Rauschning, dat hij, zooals in Duitschland reeds in 1933 was gescMed, Daiizig zou „gelijkschakelen", de partijen zou opheffen, aanvallen zou doen op de Roomsche geestelijkheid, die „politiek bedreef" en scherpe anü-Joodsche maatregelen zou nemen.

Rauschning beriep zich op den Führer, maar Hitler wilde geen beslissing nemen, liet die over aan Rauschning's voomaamsten tegenstander in dezen, den gouwleider Forster. Rauschning besloot toen af te treden. Hij heeft nog eenigen tijd in Danzig gewoond, maar spoedig bleek het hem, dat hij daar niet veilig was en daarom ging hij in ballingschap en woont nu in Zwitserland.

Waarom wij hiermede beginnen? Vooreerst, opdat ieder zien kan, dat we den schrijver maar niet als den eersten den besten moeten beschouwen, integendeel, hij is oen man van groot formaat, een vooraanstaand leider geweest van de N.S.D.A.P., die persoonlijk contact met den Führer en andere voomam© persoonlijkheden in de parüj gehad heeft en die ook in de gelegenheid geweest is den geest van de partij, die nog belangrijker is dan de leiders, te proeven. Maar bovendien zijn we door dit begin ook gewaarschuwd. Het blijkt ons immers daardoor, dat we te doen hebben met ©en afvallige. En dat is een reden om sceptisch te staan. Partijgangers, die wegloopen en dan een boek tegen hun \'roegere medestanders schrijven, gemeten vaak geen algemeene achting. Zij maken toch noodzakelijkerwijs gebruik van gegevens, die zij nooit tot hmi beschikldng gehad zouden hebben, als zij geen partijgangers geweest waren. Het maakt eenigszins den indruk van verraad. Rauschning heeft dat trouwens zelf wel gevoeld, en volgens zijn voorwoord is hij dan ook alleen maar tot het schrijven van zijn boek overgegaan, omdat naar zijn meening langer zwijgen verraad zou zijn, waar de Europeesche beschaving op het spel staat en menige waarde die hem lief is, dreigt onder te gaan.

We willen in de tweede plaats enkele kernachtige uitdrukkingen van den schrijver citeeren, en daardoor de lezers bewondering bijbrengen voor de genialiteit van dezen man. Die zoO' weet te schrijven en zoo raak kan typeeren, moet wel een groot man zijn en waardig zijn, gelezen en bestudeerd te worden! Inderdaad... Velen luisteren nu naar Rauschning, omdat hij het samengaan van Duitschland en Rusland voorspeld! heeft en brengen hem daarom hun hulde. Dat is voor ons zijn grootheid niet. Wie maar eenigszins den wortel van het nationaal-socialisme kent en eveneens maar eenigszins — want diepe kennis is daartoe niet eens noodig — de gedachten, waardoor het bolsjewisme wordt gedragen, doorschouwd heeft, en wie maar eenigszins op de hoogte was met het opportuniteitskarakter, dat het nationaal-socialisme kenmerkt, begreep wel, dat zulk een samengaaii lang niet tot de onmogelijkheden behoorde. En vooral de Christen, die door de zalving van den Heiligen Geest de geesten kan proeven, wist reeds lang, dat nationaalsocialisme en communisme zeer nauw samenhangen en met angst in het hart verwachtte .liKj den tijd, dat de beenen van de anü-christelijlke lang samen zouden komen.

Neen, dat is voor ons de grootheid van Rauschning niet — voor ons is het sterkeq bewijs, dat hij zoo scherp schrijiven kan en zulke juiste typeeringen weet te geven. Ziehier enkele voorbeelden.

„Het nationaal-socialisme leidt zijn politiek niet af uit een wereldbeschouwing, maar het bedrijft wel politiek met een wereldbeschouwing; het profiteert van die wereldbeschouwing"... 33.

„De nationaal-socialistische „wereldbeschouwing" komt niet voort uit een hoogere intuïtie, maar zij is doelbewust „aangemaakt"." 34. „D© ehte — dat is de laag, die boven komt drijven (Pareto), de menschen, die de macht in handen hebben, die geen gewetensbezwaren en geen menschelijkheidsbevliegingen heeft — heeft een verplichte training in de brutaliteit." 44.

„De politiek is tegenwoordig afliankelijk van «en speciale organisatietechniek". 49.

„Controle tot onder de bedde-dekens". 50.

„Despoten en despootjes, die een schamel bestaantje bij elkaar bedelen door hun onderdanen uit te zuigen". 54 (teekening van de nationaalsocialistische elite naar ©en citaat van Von Stein, vandaar het woordje schamel).

„Nationaal-socialistische machtswil moet herleid worden tot bewust^.mm ore el© energie." 56.

„Voortjakkerende hysterie" (de energiebetooning der elite). 58.

„Zij beschouwt als den zin des levens het , ge^ vaar, als taak de macht, als middel het geweld en als doel de heerschappij over de geheele aarde" (met het oog op de radicale jeugd in Duitschland gezegd) 66.

„Vijftien jaren van opvoeding van Moscou hebben niet Idaar weten te spelen, wat het nationaalsocialisme gelukt is (het kweeken van door en door consequente revolutionairen) 85.

Evenals bij zijn kerkelijke politiek laat het nationaal-socialisme ook hier (het gezin) bestaan; ja, het idealiseert de instelling zelfs nog, om haar in feite van binnen uit nog grondiger te kunnen vernietigen dan het bolsjewisme deed, dat uit leerstellige overtuigdheid recht op zijn doel afging." 100. „Het nationaal-socialisme is de cipiersuniform van een tyrannen-regeering". 101.

„Achter de komende groote wereldoorlogen teekent zich thans reeds de totale i-evoluüe af als de ware macht der toekomst". 174.

„Lijkenlucht in de Lichtstad" (hiermede wordt gedoeld op de in nat.-socialistische kringen algemeen aanvaai-de verzwakking van Frankrijk) 195.

Is niet de kennisneming reeds van deze citaten — en ze zijn met vele te vermenigvuldigen, als „tyrannen-regeering met vaderlijke vriendelijikbeid", een prikkel om kennis te nemen van alles, dat deze scherp-ziende man in zijn boek ons te zeggen heeft?

In de derde plaats willen wij een overzicht geven van den inhoud. Het boek valt in drie deelen uiteen. Het eerste deel wordt gekarakteriseerd door de onheilspellende woorden: de overwinning der revolutionnaire nieuwe orde". Het bevat drie hoofdstukken. In het eerste wordt de weg naar het nihilisme gewezen. Duidelijk laat Rauschning hier uitkomen, dat het nationaal-socialisme alleen maar aan de macht kon komen, omdat dte conservatieven in die dagen, mannen als Von Papen en Hugenberg, zich ten eenenmale in helt nat.-socialisme bedrogen hebben. Zij dacliten, dat zij het gebruiken konden om de ontevreden stroomingen onder het volk af te dammen en verder zouden zij het met die „sympathieke jongelui" wel klaarspelen. En niet alleen, dat zij zich daarin vergist hebben; er was naar hun meening geen revolutie, die dreigdie en wat er ook dreigde, een i-evolutie zeker niet! Maar de Nazi's waren hen in alle opzichten te slim af. Gebruik makende van enkele gedachtencomplexen, die er in gingen, als de wedergeboorte der wereld door helrleving van het Germaansche ras en denken, het antisemitisme, een economisch stelsel, dat het roovende kapitaal wilde uitschakelen om plaats te maken voor het scheppende kapitaal en speculeerende op den noodtoestand van den kleinen burgerman, hadden enkele mannen een groote massabeweging achter zich gekregen. Bij de conservatieven, die de macht hadden, maakten zij zich aangenaam door zich voor te doen als een beweging lot nationaal herstel. En toen die oonlservatieven vreezen gingen, dat die massa communistisch zou worden, haalden zij die mannen er in, maar eilacie, het bleek, dat het nationale herstel maar voorwendsel was, dat de wereldbeschouwing slechts voor de massa diende: , het bleek, dat die mannen alle macht wilden hebben om alle waarden te vernietigen en zichzelf in stand te houden. Mannen kwamen aan de macht, die bereid waren, ©Ik beginsel over boord te werpen, behalve dan het beginsel, dat het geweld niet de ultima (laatste) ratio mocht zijn, maar de unica ratio (het ©enige). Mannen gingen regeeren, die een mystieke vereering invoerden van den leider, die godsdienstige termen gebruikten als Messias en belijdenis om het volk aan zich te binden, die over een perfecte organisatie beschikten, voor geen middel terugdeinsden (Rijksdagbrand) en die over een weergalooze kennis deri massapsychologie beschikten ©n geleid werden door een uitzonderlijk groot man, Adolf Hitler.

Daardoor werden die conservatieven totaal uitgeschakeld, de nationaal-socialistische elite ging regeeren, die alleen.

In het tweede hoofdstuk wordt gehandeld over de toekomst van dit regime. Volgens den schrijver gaan de eigenlijke leiders reeds door voor oude heeren. Men heeft in sommige kringen slechts medelijden voor den Führer. In die kringen wil men de permanente revolutie. Steeds weer moet alles afgebroken worden. Geen enkele waarde mag overblijven. Geen kerk, geen geloof, geen vrijheid, geen zedelijke norm. Duitschland moet heerschen over de geheele wereld. Dat is het ©enigö', waarmede rekening moet worden gehouden. „Deelnemen aan dit ontploffingswerk behoort tot de hooge en wreede genietingen van onzen üjd". Er moet komen „ordening der arbeidsdemocratie". Noodig is het „volstrekte opgaan van den enkelüig in het arbeidsplan der arbeidsdemooraüe." „Oorlog is de zin van het leven." Vechten, vechten al maar door. En bij dat vechten is het beter „misdadiger te zijn dan de normen te betrachten."

Kan dat ideaal ooit worden verwezenlijkt? Zal het zoover komen, dat de permanente revolutie, de ontadeling van alle waarden in Duitschland doorgaat en zich uitstrekken kan tot de geheele wereld? Volgens Rauschning wel. Het gevaar zit niet in een marxistische revolutie, want Marxisten zijn er in Duitschland niet meer, maar in de steeds verder voortschrijdende verrevoluüonneering der Duitsche arbeiders en der Duitsche jeugd, naar motieven, door de arbeidsdemocratie aangegeven. Dan komt het in Duitschland tot het bewust teruggrijpen naar de amoraliteit, naar de meest-slechte instincten in den mensch als roof, liaat, wraak, nijd, afgimst en zoo meer. En in den strijd tegen de Joden staalt men zich tot dezen oorlog. En door totale mobilisatie — het geheele leven in dienst van den krijg — staalt men zich tot dien greep naar de wereldrevolutie, de „dictatuur van het Duitsche grauw".

In het derde hoofdstuk van het eerste deel wordt dan gesproken over den zelfmoord der voiormalige machthebbers, die de macht overgaven en spreekt de auteur de verwachting uit, dat alleen een spoedige ethische oppositie, gedragen door de waarden van het Christendom, redding brengen kan,

Dit eerste deel is voor ons het belangrijkst. Het tweede deel gaat na, wat het leger hadi kunnen doen om het nationaal-socialisme tegen te houden. Maar het leger wilde wel aan dingen als totale mobilisatie — de wereldoorlog met zijn blokkade dreef dien weg op — enz. om Duitschland weer groot te maken. Voorts handelt de schrijver over de taak van het leger in het Derde

Rijk eu spreekt hij zijn groote bezorgdheid uit, dat het Duitsche leger van vroeger, dat zoo Cliristehjk was, over zal gaan in een revolutionnaire bende, een „revolutionnair landsknechtendom".

In het derde deel, dat de angstwekkende woorden boven zich heeft staan: de nieuwe verdeeling der wereld, wordt dan de buitenlandsche politiek van het Derde Rijk onder de loupe genomen. Er zouden strevingen zijn om via de verdeeling van Europa in invloedssferen te geraken tot een nieuwe verdeeling van de geheele w^ereld in zulke invloedssferen en daardoor tot heerschappij van Duilschland over de geheele wereld. De sclirijver is hier buitengewoon interessant. Engeland is volgens de Nazi's de „witte man, die den last niet meer dragen kan", Frankrijk sterft uit en zal verdeeld worden tusschen Italië en Duitschland: was Lyon vroeger geen Duitsche handelsstad?

Duitschland zal zich omringen door een stoet van half-onafhankelijke volgeUngen (Ïsjecho-Slowakije en Polen zijn hiervan een „lichtend" voorbeeld), en tenslotte zal de geheele wereld buigen voor het Duitsche genie.

En dat dergelijke fantastische plannen wellicht aan de buitenlandsche politiek ten grondslag liggen, wordt door den auteur uit de geschiedenis van het Derde Rijk bewezen. Duitschland had in den weg van onderhandelingen alles kunnen verkrijgen, maar het koos den weg van geweld. Het liep weg uit den Volkenbond, annexeerde Oostenrijk, wilde geen vrede met Polen, enz. enz., de oplossing in Europeeschen geest werd moedwillig afgewezen.

Wij willen nu in de vierde plaats komen tot een beoordeeling van dit boek. En daarin willen we uitspreken, dat ieder, die kan, van dit boek kennis moet nemen.

In de eerste plaats, omdat diit boek de werkelijkheid laat zien. Ik noem maar het feit, dat in dit boek de uitzonderlijke genialiteit van Hitler erkend wordt. Meestal lacht men om dezen man, maar Rauschning laat zien, dat we in hem met ©en groot man te doen hebben. Men kan dat betreuren, of niet, het is zoo. De Antichrist zal ook groot zijn! En we doen beter de waarheid onder oogen te zien dan ons te vleien met de gedachta: het zal zoo'n vaart wel niet loopen. En ik noem maar het feit, dat Rauschning open oog heeft voor het goede, dat Hitler tot stand gebracht heeft. Ware er niet die achtergrond van wereldhegemonie-strevingen, dan zou hij tot Praag achter Hitler gestaan hebben! Ook achter de totale mobilisatie; de blokkade dwingt immers daartoe. En zoo kunnen we meer noemen; ja, hier wordt ons de werkelijkheid voor oogen gesteld.

In de tweede plaats: hier worden ons de wortels geteekend van het nationaal-socialisme. Dat is niet orde, discipline enz. Orde in het nationaal-sociiiUsme is gansch iels anders dan de orde, die Christenen voorstaan. En dat geldt van alle nationaal-socialistische „waarden". Duidelijk kan ons worden, hoezeer alle bestrijders van het nationaalsocialisme gelijk gehad hebben, die het op één lijn stelden met het bolsjewisme. Het bondgenootschap met Rusland is maar niet toeval, het z ij n vrienden, die elkaar gehaat hebben om wat eigenlijk futiliteiten ware n.

In de derde plaats: we krijgen een juisten blik in den nood van de wereld. Die nood is niel het verloren gaan van onze rust, van de humaniteit, van den achteruitgang van de cultuur, de nood is, dal het nationaal-socialisme de consequenties trekt van de leeringen van vroeger. Verzwakking van het Oude Testament moet voeren tot verzwakldng van het Nieuwe Testament en tot wegdoen van den Bijbel. Het losmaken van de ethiek van het Woord Gods tot het ondergraven van alle ethische waarden. Het regeeren om macht te hebben moet voeren tot dq consequente theorieën van de radicale Nazi's. En , met angst in het hart denken we aan de vele Nieuwe Testamentjes, die in onze kerken liggen, aan de vele zoogenaarad-gemaügde tiieorieën, die in ons land gepredikt worden: moeten wc daarmede het nationaal-socialisme tegenhouden? Wordt het in ons land niet op allerlei wijzen bevorderd, in de kerk, door philosophen, door theologen, door den man van de sü-aat en misschien wordt het door al die menschen en stroomingen nog lieel wat meer bevorderd dan door de N. S. B.

In de vierde plaats: we kunnen leeren — en helaas, hier stelt Rauschning teleur, al heeft hij het over Christelijke v; aarden enz. — dat in dezen groolen nood alleen het vertrouwen op God en het wandelen naar Gods W^oord uitkomst brengen kan. Geen lapmiddeltjes kunnen hier baten. Ik kan niet beoordeelen, of de buitenlandsche politiek van Hitler werkelijk gedragen wordt door de gedachte van de wereldhegemonie, ik kan ook niet beoordeelen, of Hitler inderdaad heel zijn wereldbeischouwing maar als masker draagt, maar ook al zou Rauschning hierin ongelijk hebben, hiji is en blijft een afvallige!! Zie boven, het nationaalsocialisme werkt met een totaal-verkeerde wereldbeschouwing en heeft daardoor ontzaglijk-daemoinische krachten in den mensch wakker gemaakt. Wie kan die krachten keeren?

Bij goedvinden van den onzen^n-dit-opzicht-zeerwelwillenden-redacteur hoop ik een artikel te kunnen schrijven over een geheel andei' actueel boek: Europa und die Seelc des Ostens. In dat boek wordt de redding uit den nood alleen verwacht van het opleven der religie.

De redding kan alleen komen van het tenigfceeren lot de WARE religie, tot het wandelen naar Gods Woord in het geloof in den Heere Jezus Christus. Tegenover zoo groeten nood passen heel groote middelen: het totale wandelen naar Gods geboden.

Rauschning's boek is soms een illustratie van Openbaringen. Het wijst heen naar den Antichrist, die zeker komen zal. Moge de Heere onze God, Die regeert, ons en velen met ons, brengen tot den dienst van Hem, naar lichaam en ziel, totaal. Totale mobilisatie! Den ganschen Christen in dien oorlog, die duren moet tot aan de wederkomst. En dan: er blijft een rust over voor het volk van God. De rust van het herwonnen Paradijs, door Jezus Christus, onzen Heer, den Koning der Koningen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 december 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

HET BOEK VAN DE WEEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 december 1939

De Reformatie | 8 Pagina's