GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Petrus doet hypostolisch

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Petrus doet hypostolisch

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hij onttrok zich en scheidde zich af. Gal. 2 : 12..

In het eerste leven der christelijke kerk waren onderscheiden meeningsverschillen.

Geen wonder ook.

Men was pas verlost van de hiërarchie; en dan wil ieder graag zijn récht van meespreken doen gelden. Men heeft daar groot gelijk aan; als men maar niet. het gezag der hiërarchie verwerpende, het gezag van een schriftuurlijke rede of van-wettige besluiten met voeten treedt.

Bovendien: . na elke vrijmaking zijn er onopgeloste vragen: het antwoord formuleeren, daar wil ieder aan meedoen. Men heeft al weer gelijk, mits onder dezelfde condities.

Dan is daar een derde factor: men kan niet zoo gemakkelijk de oude vrienden verlaten. Niet even gemakkelijk, als zij het óns deden in de centrale dingen. Men komt er dan wel eens toe, wat te spelen met de orde, en hypostoUsch te doen, ten nadeele van de eigen broeders, ten faveure van de tegenstanders.

Hypo'stolisch doen, dat is zoo iets als: ich losmaken van het front. De actie der in één front vereenigden doorbreken. Steunen op mogelijkheden, die men ziet; en niet, ook niet in gevallen van benauwdheid en druk, vertrouwen dat het altijd goed komt, als men zich strikt houdt aan de dagorder van den Wetgever, die het front te commandeeren heeft. Hebr. 10 : 39 heeft de hypostole, het hypostolisch doen, gesteld, als zonde van de „achtergebleven" joden, — tegenover de „pistis", het geloof, van de aan Israels waren Messias trouw gebleven, en dus christelijk gedoopte joden. De joden van de hypostole zeiden tot de joden, die christen geworden waren: e zijt weggeloopen, ge hebt het front gebroken; maar terecht zeggen de joden, die christen geworden zijn: IJ zijn niet van de hypostole, doch van de pistis. En dus doen wij naar Habakuk, die eens de antithese zag loopen tusschen pistis en hypostole (2:4, naar grieksche vertaling).

Nu, ook. Petrus', een ijverig man Gods, heeft ook wel hypostolisch gedaan. Daarmee was hij nog geen man-van-de-hypostole geworden, want één daad typeert een menschenléven nog niet. Maar die eene daad, die was inderdaad — zooals ons tekstvers het uitdrukt: hypqstolisch doen.

Daarom gaat Paulus er fel tegen in. De zonde tegen het front, dat in geloof gevormd is, is zonde tegen de vrijmaking der kerk van de voormalige hiërarchie. Zoo ziet Paulus het conflict. En daarom richt hij in Gal. 2 : 15—18 scherp de aandacht op het bekende conflict tusschen hemzelf en Petrus; dat had nog al stof doen opwaaien, en was publiek aan de orde gesteld in Antiochië. Had Petrus niet vroeger, riet als ieder ander apostel, op grond van Christus' woord in Matth. 5 : 17, rustig zich ontslagen geacht van al die schaduwachtige wetten, met name in betrekking tot de vraag, wat een mensch wel eten mocht, en wat hij ' moest laten staan: ein het ééne, onrein het andere? Hij had er alles van geweten, destijds, dat die schaduwen voorbij waren, omdat met Christus „het lichaam" gekomen, en de schaduwendienst dus vervallen verklaard was. Maar ineens was het met dat vrije leven van Petrus als van een vrijgemaakt christenmenscli anders geworden: r waren nl. uit een bepaalden kring van verbeten judaisten enkelen in zijn omgeving gekomen; en ineens had toen Petrus zich losgemaakt van zijn vroegere vrienden, hij had hun maaltijden zorgvuldig vermeden en den schijn aangenomen, alsof hij zoo'n heel secuur judaistje was: en prompt onderhouder van Mozes' wetten, alsof niet heel Mozes' wetboek een boek „Over Jezus Christus" geweest was. De menschen mochten vooral niet denken, dat Simon Petrus zoomaar over Mozes' wetten heenstapte, en slordig om zou durven springen met de vraag, of een bepaald menu kosjer was, dan wel niet.

» Dat had Paulus boos gemaakt. Hij slingert Petrus in het gelaat, dat wie (naar Rom. 10 : 6—8) demozaische wetten uitlegt als wetten-van-en-tot-hetevangelie, als Christuswetten, daarmee den Heiland „zijn eer geeft", en daarmee den Christus erkent; en dat wie het anders doet, terwijl hij beter weten kan, nu ja, dat die Christus verloochent. Hoe kan Petrus anderen een juk opleggen, dat hijzelf niet aan-. vaardt, als puntje bij paaltje komt'' Heeft hij dan zijn oogen dichtgedaan? De schaduwendienst was een dienst van de publiekrechtelijke aanbieding van Christus (én van diens geschenken, de „substantieele") aan Israël; maar het was een aanbieding geweest van een „substantie die nog kómen moest". Thans is het evangelie tot de heidenen gekomen, de historie der oblatie, der aanbieding van Christus, is voortgeschreden tot het punt, waarop Hij met gezag kon worden aangeboden als de „substantie", die nu gekomen was, — en kijk, nu gaat me daar niet de eerste de beste, doch een apostel, één van de twaalf officieele getuigen, den aanbiedings-, den oblatiewagen terugrijden. Nét doen, alsof Mozes niét had gehaakt naar de „substantie" Christus. Stel, dat een huisvader zijn onmondigen zoon uit boeken en platen onderricht gaf over het den zoon straks wachtende leven als getrouwd man, en dat dan de zoon, mondig geworden, en v/ettig getrouwd, later zich angstvallig onthoudt van het echte, substantieele, huwelijks-en huisvaderleven, en zich aanstelt, alsof hij nóg zich moet vergenoegen met den voorlichtingsdienst van vader, hoewel hem van Godswege gezegd was, dat hij vader en moeder moest verlaten, en één vleesch moest worden met zijn huisvrouw, wat zegt men dan van zoo'n man? Men zegt: óó iets is verloochening van een geschenk, waarom jarenlang gebeden is. Zoo iets is slecht; zoo'n man bouwt weer op, wat hij allang heeft afgebroken, en laten varen (vgl. vs 18).

En nu komt Paulus met een onbarmhartige consequentie op Petrus af. Onze vaderen. Petrus, hebben eeuwen lang gebeden om Christus' dag. Te beginnen met vader Abraham (Joh. 8 : 56); hij moest er al van. jubelen, dat die dag zou komen. En nu doet gij net, alsof er niets gebeurd is, alsof we nog in de oude bedeeling leven! Wij hebben allebei, gij en ik, gepredikt: hristus onze gerechtigheid! De wei ken-der-wet, het blijven-staan-bij-Mozes, dat hebben vrij samen volstandig geweigerd als onze gerechtigheid te erkennen. Indien dat nu 'n openbare grove zonde geweest is, indien dat nu even eigenwillig en autonoom geweest is, als de heidenen zijn (vs 15), dan is Christus, die het ons zóó geleerd heeft, een revolutionair; dan is Hij een patroon, een helper en promotor van de zónde. Dan is dus bij Hem alles „één pot nat"; zijt ge „precies", als een tip-top-farizeeër, het is „zonde"; en zijt ge vrijgemaakt van al dien mozaischen poespas, dan is het nóg „zonde". Dan maakt Hij' geen discriminatie. Dan is Hij den éénen keer een dienaar der „besnijdenis" (van het Jodenvolk), en den anderen keer even vroolijk een promotor van de „zonde", van dat' heidenpak. , •

En dat zou heel erg zijn. Want, staat het zóó, dan maakt het geen verschil, of ge nu in. Hem als in „Jahweh onze Gerechtigheid" gelooft, ja dan neen. Dan komt alles er niet meer op aan. Dan dompelt he' laatste oordeel heel de wereld in één grauw éénerlei. Dan doet het er niet meer toe, of ge nu in Hem ah den aangeboden, en dan wel door Mozes aangeboden, vervullingsmiddelaar gelooft, ja dan neen.

Toen Petrus zich onttrok aan de maaltijdeh van de langs wettige en geloofswegen bijeengebrachte gemeenschap, deed hij hypostolisch. Hij liep uit het front. Hij praatte meer met de anderen, dan met zijn eigen broeders. Hij had in die dagen veel mentale reservaties, ook inzake publieke en officieele handelingen van de kerk (b.v. het besluit van Hand. 15).

Maar alles, eten en drinken in communie, alle frontvorming èn frontcorrectie, zal geloofsdaad moeten zijn. Anders kan ze beter niet zijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 september 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

Petrus doet hypostolisch

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 september 1949

De Reformatie | 8 Pagina's