GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KRONIEK

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

RIJKSMUSEUM HET CATHARIJNECONVENT

De redactie van DNK werd vriendelijk uitgenodigd zich te doen vertegenwoordigen bij de opening van het Rijksmuseum Het Catharijneconvent, Nieuwe Gracht 63 te Utrecht - alsmede bij de persconferentie en rondleiding. Uw secretaris gaf daar acte de présence en hoopt er stellig nog diverse malen terug te keren. De oprichting is een belangrijke gebeurtenis. Drie oude kerkelijke verzamelingen werden in één complex bijeengebracht: het Aartsbisschoppelijk Museum, opgericht in 1862; het Bisschoppelijk Museum te Haarlem, ontstaan circa 1870; het Oud-Katholiek Museum dat dateert van 1928. Daarnaast zijn de laatste jaren vele tentoonstellingsobjecten op het terrein van de Nederlandse kerkgeschiedenis, speciaal de reformatorische, aangekocht of in bruikleen gegeven. Daarbij speelde de Stichting Protestantse Kerkelijke Kunst die anno 1974 in leven is geroepen een voorname rol. In deze stichting zijn vertegenwoordigd de Algemene Doopsgezinde Sociëteit, de Evangelisch-Lutherse Kerk, de Nederlands Hervormde Kerk, de Remonstrantse broederschap en de Gereformeerde Kerken.

Zo is dit nieuwste Rijksmuseum een historisch museum geworden. In chronologische volgorde wordt de kerstening van de Nederlandse gebieden getoond, de middeleeuwse vroomheid, de reformatorische eredienst, de Contra-Reformatie, het katholicisme en het protestantisme van de laatste vier eeuwen. Evengoed is er natuurlijk een uitgelezen collectie kunstvoorwerpen aanwezig; aparte vermelding verdienen de kostbare handschriften en vroege drukken.

De objecten zijn niet soort bij soort geplaatst, doch staan telkens in hun historische context. Door middel van tekstborden - die alle opgenomen zijn in een boekje Tekst en uitleg - wordt elk aangegeven onderwerp in maximaal honderdvijftig woorden toegelicht. Ook met audiovisuele middelen wordt informatie verschaft.

Het museum is op werkdagen geopend van 10 tot 17 uur.

Natuurlijk wordt verwacht dat wij speciaal iets schrijven over de afdeling: Negentiende eeuw.

Dat materiaal verdient uitbreiding. Relatief is de negentiende eeuw schamel vertegenwoordigd. Ik doe een beroep op beheerders van archieven, bibliotheken etc. hier aandacht aan te besteden. Het gaat niet om manuscripten, wel om tentoonstellingsobjecten: portretten, curiosa, caricaturen e.d.

Een critische noot moet nog volgen. De teksten op de borden verdienen toetsing door vakmensen. Wij geven enkele voorbeelden op het gebied van de negentiende eeuw.

De tekst betreffende Kuyper en de Doleantie vermeldt alleen de tegenstelling "orthodox - modern" en niets van de veel ingrijpender tegenstelling "helen - halven" die de sleutel is tot het verstaan van deze episode.

De tekst betreffende Kuyper en de Vrije Universiteit geeft aan "Het is zijn bedoeling een echt christelijke universiteit te stichten, die "vrij" namelijk van de staat onafhankelijk is en waarin de theologie centraal staat. Hij wil hier niet alleen orthodoxe predikanten opleiden, maar ook christelijke wetenschapsmensen". Daar staan tenminste drie slechts halve waarheden in. Kuypers bedoeling was niet een "christelijke", maar een 'Gereformeerde' Universiteit te stichten - vandaar zijn conflict met mede - orthodoxen die aanvankelijk hoopten op inderdaad een 'christelijke' universiteit; voor 'vrij' zie men de recensie van Roelinks "Een blinkend spoor" in dit nummer van DNK; de nevenstelling 'orthodoxe predikanten - christelijke wetenschapsmensen' doet vreemd aan - alsof "orthodoxe predikanten' niet óók 'christelijke wetenschapsmensen' zouden zijn.

Als de teksten toch herzien worden, zou ook nog eens overwogen kunnen worden of het gebruik van het presens voor gebeurtenissen uit het verleden terzake is. Wij komen deze gewoonte ook wel tegen in wetenschappelijke verhandelingen over kerkhistorische onderwerpen. Het moet echter uitzondering blijven.

Onze beste wensen vergezellen dit unieke Museum. Wij zijn ér trots op en gelukkig mee dat zo'n stichting in Nederland mogelijk blijkt.

KATHOLIEK DOCUMENTATIE CENTRUM (K.D.C.)

Bij nog een tweede gebeurtenis was DNK via zijn secretaris vertegenwoordigd:8 mei j.1. werd het tienjarig jubileum van het K.D.C. gevierd. De lezers weten van de goede relatie. De directeur van het K.D. C. is lid van de redactie.

Begeleidingscommissie en Staf van het K.D.C. hadden gelijk, toen zij besloten bij het begin van het tweede decennium honderden uit te nodigen voor enkele interessante lezingen, een instructieve tentoonstelling in de bovengang van de Nijmeegse U.B. "Kaleidoscoop van het dagelijks katholiek leven in Nederland" en een receptie die het karakter van een gezellige ontmoeting had. De viering vestigde, voorzover nog nodig, opnieuw de aandacht op de mogelijkheden van dit "Laboratorium" voor de bestudering der geschiedenis van de Nederlandse Katholieken in de negentiende en twintigste eeuw. Bovendien, de eerste tien jaar na de opzet waren cruciaal. Niet snel zal eenzelfde zó indrukwekkende hoeveelheid bijeengebracht worden als in deze eerste periode. Het materiaal werd trouwens niet alleen verzameld, het is ook verwerkt. Dat is een prestatie van groot formaat. Het bezit van zo'n Centrum voor beheer, documentatie, inventarisatie, publicatie én eigen onderzoek brengt de Protestantse bezoeker tot heilige jaloersheid.

De uitgekomen publicaties verdienen respect. Wij noemen de Jaarboeken en de Archiefoverzichten. Ook de verschenen nummers van de Memo-Reeks: het laatste deel, dat bij het jubileum werd uitgereikt, geeft, evenals de vorige, "Herinneringen aan personen en gebeurtenissen uit het katholiek leven", ditmaal betreffende Katholieke lectuurvoorziening, met een duidelijke knipoog naar het reeds bij de opening van het K.D.C. aangehaalde adagium "Catholica non leguntur".

De negentiende eeuw is in het K.D.C. vertegenwoordigd met enige belangwekkende archiefcollecties (o.a. van Joseph Alberdingk Thijm) en vooral met een omvangrijke collectie boeken, brochures en periodieken. Een aparte vermelding verdient wellicht de unieke verzameling gebedenboeken. Gedenkboeken blijken in het Nederlandse Rooms Katholicisme in even grote veelkleurigheid aanwezig te zijn als in het rijke Protestantse leven.

Het is overbodig, uitvoerig de lof van dit K.D.C. te zingen. Het heeft reeds op verbluffende wijze naam gemaakt. Wel wil ik nog uiting geven aan mijn verbazing dat er kennelijk nog altijd veel documentatiemateriaal niet bij het K.D.C. terechtkomt, terwijl het er wel thuishoort. Op de kijkdag van een inboedelveiling in Amsterdam in mei, waar ook een rijke collectie Catholica werd aangeboden, hoorde ik enkele malen mompelen: "Weereen klooster opgeruimd" . . . De turbulentie waarin het Rooms-Katholicisme in Nederland verkeert, brengt soms mee dat met een stuk van het verleden wordt afgerekend, maar als dat moet, kan het het beste gebeuren op de Erasmuslaan 36 te Nijmegen.

Het K.D.C. is voor bezoekers op werkdagen geopend van 9 tot 17.15 uur.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 september 1979

DNK | 63 Pagina's

KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 september 1979

DNK | 63 Pagina's