GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Door helpen geholpen.

IL

DE BEPROEVING.

Zoo bleef dan de moeder (jver met de drie kinderen, die het huisgezin telde, kort vóór den vader srierf.

Eene weduwe heeft vaak een moeilijk leven, wanneer de man, die voor haar heeft gezorgd, 't niet meer doen kan, zij zelf niets bezit en dat te meer wanneer zij daarbij voor het geheele gezin moet zorgen. Nog erger is het als zij, gelijk de weduwe van Warder zich in een vreemd^ land bevindt, waar aij vriend noch maag heeft en niemand zich om haar bekommert.

En zoo ging het hier. De weduwe moest al spoedig haar huis verlaten en een kleinere woning betrekken buiten het dorp, waar zij woonde.

De ziekte van den man had veel gekost aan den dokter en de geneesmiddelen en toen dat al betaald Avas schoot er niets over. Zelfs moesten al dadelijk een paar meubelstukken worden verkocht, daar er anders zelfs geen geld was geweest om brood te koopen.

Doch op den duur, dat begreep de weduwe heel goed, kon dat zeo niet. Er was voor de kinderen heel wat noodig; één ging al op school, en daarbij slijten ook de kleeren, en heeft men vooral 's winters veel voor vuur en licht noodig: Zoo besloot de vrouw dan te zien werk te krijgen. Zij was iemand uit een goeden stand. Ruw werk had zij niet geleerd te doen, maar des te beter naaien, stoppen en andere handwerken. Maar hoe zou zij onder vreemden, menschen wier taal zij niet eens goed sprak, diegenen vinden, welke haar werk wilden geven?

Na lang beraad besloot zij eindelijk eens te gaan tot iemand, dien zij in haar goede dagen steeds beleefd was voorbijgeloopen, namelijk den predikant of liever een der predikanten van het dorp. Wel vreesde zij of 't iets zou baten, want in de kerk kwam zij nooit en zij kende den leeraar niet.

Haar man was, als ik zei, niet iemand geweest die God vreesde, en zijn vrouw kende den Heere evenmin en had geleefd zooals hij, in het vast maar toch zeer bedriegelijk geloof, dat wie goed oppast zeker in den Hemel komt.

Naar de kerk gaan, Gods Woord lezen, bidden hadden man noch vrouw noodig geacht. Zij waren immers brave menschen, dachten zij, en voerden geen kwaad uit.

De leeraar keek verbaasd op, toen de weduwe voor hem stond. Hij hoorde haar vriendelijk aan, toen zij hem haar bitteren nood klaagde en hem eindelijk haar plan voorstelde en vroeg of hij haar niet een weg kon wijzen om werk te krijgen.

»Dit is een droeve geschiedenis" sprak de dominee eindelijk; »hebt gij er wel eens over nagedacht waartoe u dit alles overkomen zou? '' Verbaasd zag de vrouw hem aan. Zij begreep die vraag niet.

»Ik bedoel, " ging de predikant voort, »of ge u zelf wel eens afgevraagd hebt, waartoe uw hoop en uw verwachtingen zijn afgebroken en alles u thans zoo tegenloopt. Ge weet toch dat er niets bij geval geschiedt, en dat het de Heere God is die ons èn vreugde èn droefheid zendt."

»o Zeker, " was 't antwoord.

»Nu dan, ik geloof dat Hij er zijn doel meê heeft u zoo te leiden.. Misschien hebt gij Hem vroeger vergeten • of gedacht dat ge het wel buiten Hem kondt stellen. Doch nu begint gij te gevoelen, niet waar, hoe onzeker alles hier beneden is, hoe we op niets ons betrouwen kunnen zetten. Mij dunkt, dat leidt er u toe uit te zien naar een vasten grond, naar Een die blijft, die niet wankelt en in allen nood en dood kan helpen-'

De weduwe hoorde hem zwijgend aan. Ze had nog zelden zoo hooren spreken en misscnen nog nooit bedacht, dat de oorzaak van haar droeven toestand, wel eens die kon zijn, welke de predikant noemde. Zij werd diep geroerd en de tranen kwamen haar in de oogen,

«Misschien", sprak de predikant, »wilt ge wel eens nadenken over hetgeen ik u zei. Intusschen zullen we zien of er iets voor u te doen is. Maar eerst nog een vraag: Er is een gids die in-moeilijke dagen beter raad geeft dan de wijste mensch. Die gids is Gods Woord, de Bijbel. Leest gij dien?

sHeel zelden, " sprak de weduwe; > ; ik geloof niet dat we er een meer hebben."

ïDan zal ik er u wel een leveren, " was het antwoord, ^en ik raad u ernstig aan er eiken dag ook voor uw kinderen uit te lezen. En nu zullen we verder zien. Ik zal er met mijne vrouw over spreken."

De predikant hield woord en reeds twee dagen later ken hij zijn bezoekster melden, dat de vrouw van den burgemeester werk voor haar had. Of de weduwe ook blijde was. Zij spoedde zich er heen en toen zij met een geheele bestelling naaiwerk huiswaarts keerde, was er, voor 't eerst in vele dagen, weer eenige blijdschap in haar hart.

TWEE HOORDERS.

In Indië stond eens, tijdens er groote markt werd gehouden, een zendeling in de open lucht te prediken, gelijk daar de gewoonte is.

Onder de hoorders bevonden zich ook twee mannen. De een was een Europeesch koopman, die groote zaken deed; de ander een arme Indiër, die veelal boodschappen voor den koopman verrichtte en van wien deze om zijn eerlijkheid zeer veel hield, zoodat hij zeer vertrouwelijk met hem was.

Nu behaagde het den Heere de beide mannen door het woord der prediking in de ziel te grijpen, zoodat zij overtuigd werden van zonden, maar tevens in hun hart het goede woord der genade ontvingen, dat er een rechtvaardiging is Om niet, door de verlossing die in Christus Jezus is. Op den weg naar huis konden beiden dan ook niet zwijgen over hetgeen zij gehoord hadden, en spraken er lang nog met elkander over.

Een paar dagen later ontmoetten zij elkander weer. De heer zag er neerslachtig uit, doch de Indiër keek zoo vergenoegd, dat de ander niet laten kon hem te vragen, waarover hij zoo verheugd was.

ïWel, " was het antwoord, - sover de goede dingen die de zendeling verhaald heeft. Ik zie nu dat er een weg is om gelukkig te worden en geloof dat, al weet ik thans nog weinig, de Heere mij verder zal leiden en onderrichten. Ik heb deu zendeling al eens weer bezocht en doe 't spoedig nog eens."

»Ik wou dat ik ook zoo kon spreken, " zei de koopman. sMaar hoewel ik 'tzelfde heb gehoord als gij, is 't bij mij alles duister."

«Mijnheer, " zei nu de ander, sik geloof dat ik weet hoe het komt."

ïZoo, hoe dan? " sZult gij niet boos worden als ik het zeg." sNeen", zei de heer, »dat weet gij wel." En nu begon de Indiër te vertellen.

(Slot volgt).

HOOGENB: RK.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 januari 1894

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 januari 1894

De Heraut | 4 Pagina's