GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Engeland. Kentering.

Zekere heer H. G. Wells heeft een boek geschreven over de werking van den oorlog op het geestelijk leven der menschen van den tegenwoordigen tijd. Het is opmerkelijk dat vele Engelsche schrijvers die vóór den oorlog voor geestelijke dingen geen oog hadden, nu althans tot de belijdenis komen dat God bestaat. Daaronder behoort ook de heer Wells wiens geschrift tegenwoordig druk in Engeland besproken wordt. Algemeen is men het er over ^ens, dat in dit geschrift de schrijver verhaalt wat hij zelf doorleefde. Als men wéét, op welk standpunt hij vroeger stond, kan men er zich over verheugen dat hij er nu openlijk voor uitkQmt, dat hij dit heeft moeten prijsgeven. „Onze zonen hebben ons God laten zien, " zoo is de conclusie van den held dien de schrijver in zijn boek ten tooneele voert, en die held is hij zelf. Hij be weert „God terug gevonden te hebben"; wat de heer Wells heeft ervaren, was het deel van menigeen in deze dagen van bange worsteling, en men kan God daarvoor niet dankbaar genoeg zijn. Maar men mag niet over het hoofd zien, dat als de heer Wells veel schrijft over God, hij niet verstaat dat God zich in Christus heeft geopenbaard. Wanneer de oogen hiervoor ook bij andere Engelsche vrijdenkers opengaan, zal er reden zijn tot groote blijdschap. „God was in Christus de wereld met Zichzelven verzoenende, de zonden haar niet toerekenende, " deze waarheid moet nog geleerd worden door velen, die door de ontzetting van den oorlog, het materialisme en rationalisme als versleten dingen hebben op zijde gezet.

Frankrijk. Klacht over onkunde omtrent geestelijke dingen.

Aan een lid van de hoogere geestelijkheid der Roomsche kerk in Frankrijk werd onlangs de vraag gedaan, of de vreeselijke dagen, maanden en jaren, die doorleefd worden, het Fransche volk en met name de troepen, die aan het front strijden, nader tot God hebben gebracht; of er getuigd worden kon van een opleving van het geloof.

Het antwoord werd voorzichtig gegeven. Eerst de toekomende jaren zullen leeren, of werkelijk de roede Gods geleid heeft tot verbrijzeling óf tot verharding der harten. Er zijn onmiskenbaar gunstige verschijnselen. Maar of het echt, blijvend werk is, kan alleen de toekomst leeren. Ook in Gereformeerde kringen spreekt men wel eens van het overzomeren en overwinteren van een zaak.

Over één punt het de geestelijke, die blijkbaar op de hoogte is, zich zonder eenige reserve uit. Daar is, zeide hij, bij niet weinigen die aan het front dag aan dag den dood onder de oogen zien, een zekere roering in de conscientie, een vragen naar de hoogere, eeuwige dingen, een toegenegen oor, als men hen over de reUgie spreekt. Maar wat ziet men dan vaak gebeuren? Als dan de geestelijke komt, of de priestersoldaat (de Roomsche priesters zijn in Frankrijk dienstplichtig) om met hen als makkers te spreken over de zaken van den Godsdienst en over 't geen noodig is tot zaligheid — natuurlijk volgens de leer der Roomsche kerk — dïn wordt hij niet verstaan. De menschen zijn absoluut onwetend, grenzeloos, onbegrijpelijk onwetend. Van zonde en genade, van het oordeel en het eeuwige leven, van Christus en de sacramenten, van het allernoodigste dat de mensch te weten heeft, weten zij niets. Het is erger dan Latijn voor hen. Zij hebben geen begrippen in zich opgenomen, die met de woorden door den priester gesproken, overeenstemmen. Wat de priester ook zegt, hij wordt niet begrepen. Het is moeiUjker met dezulken over de religie te handelen, dan met heidenen. Die hebben hunne valsche religieuse denkbeelden; zij hebben er in het geheel geen.

Dit verwondert ons niet. Het was sedert jaren de gewoonte in Frankrijk, dat alleen de vrouwen de kerk bezochten, althans in de meeste streken . van Frankrijk. Bovendien werd, met instemming van de Fransche Gereformeerden, die zoo goed als onverdeeld was, de z.g. jleekenschool" ingevoerd, waarbij het onderwys aan de Roomsche geestelijke broederschappen ontnomen werd. Daarna werden de geestelijke orden het land uitgejaagd. Is het te verwonderen, dat er een geslacht van mannen is opgegroeid dat van de dingen van het Koninkrijk Gods nooit iets heeft gehoord? Men heeft onder de leus: shet clericalisme is de vijand", een geslacht laten opgroeien zonder God en godsdienst.

Nu hebben wij uit de ervaring geleerd: wanneer menschen, die nooit gehoord hebben dat God bestaat, en zulke zijn er ook in Nederland, door den Geest des Heeren aangegrepen worden, waardoor zij te doen krijgen met de gedachte dat God M, spoedig datgene aanleeren, wat noodig is te weten ter zaligheid. Maar aan de andere zijde is het heerlijk, dat men uit Duitschland verneemt, dat velen die aan het front staan, en in den tijd waarin vrede heerschte, geen prijs gesteld hebben op hetgeen zij omtrent de leer des heils op de scholen leerden, nu datgene indachtig worden, wat zij in hunne schooljaren hebben vernomen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 november 1916

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 november 1916

De Heraut | 4 Pagina's