GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Zonde en recht - pagina 57

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zonde en recht - pagina 57

Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

51 eere gansch onwaardig mensch, die echter met hoogheid is bekleed, toch ooic die voortreffelijke en goddelijke macht resideert, welke de Heere door zijn Woord den dienaren zijner justitie heeft opgedragen, en dat mitsdien de onderdanen hun denzelfden eerbied moeten betoonen, als zij aan een zeer goeden Koning zouden geven 149). De Overheid om het volk, — dus geldt, zoo besluit Ericus Walten: salus publica suprema lex esto'^^^). O ja, mits dit welzijn des volks niet juist van de bron worde losgemaakt: „zij is Gods dienares, u ten goede." Dit laatste is zij te minder, naarmate zij meer ophoudt het eerste te zijn, en naar den trant van Spinoza het belang des volks stelt tegenover en boven recht en trouw. De Overheid om het volk. Ja, waarlijk. En daarom, te schuldiger het volk, dat deze genade Gods verachtende, tracht de Overheid aan zijnen wil te onderwerpen, in stee van zich voor haar, als de dienaresse Gods den m,enschen ten goede, met ootmoed en dankbaarheid te buigen. Hoe groot intusschen zij de Majesteit, waarmede de Overheid bekleed is, waarom Tertullianus den dienst van het gezag een Godsdienst noemt van tweeden rang, zoo mag toch nooit worden vergeten, dat de macht op een schepsel rust. De Theocratie is voorbij. Zij was alleen aan Israël eigen, waarover de Heere zelf onmiddellijk het overheidsgezag oefende, en heeft over Israël bestaan tot de verstrooiing. Met die opvatting alleen laat zich het optreden der richters verklaren, die allerminst waren President der Republiek. Israël was geen Republiek, maar eene monarchie. Zelfs wordt het koningschap, dat met Saul aanvangt, door de Theocratie beheerscht. Evenals alle „Koningen" na hem, was hij slechts onderkoning. Het volk mocht den Heere verwerpen, maar de Heere liet Zich niet afzetten. Hoe heerlijk voorrecht die Theocratie echter ware, toch zoude zij zonder zonde niet hebben bestaan. De Theocratie stond in verband met Israels aparte volksleven, waarvoor zonder zonde geene plaats ware geweest. Terecht werd dan ook oudtijds dit onderscheid gemaakt, dat Gods heerschappij over Israël niet was krachtens zijn supremum dominium over alle dingen, maar singulari modo 151).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1895

Rectorale redes | 100 Pagina's

Zonde en recht - pagina 57

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1895

Rectorale redes | 100 Pagina's