GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het meeleven der Kerken.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het meeleven der Kerken.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onze Gereformeerde ziendinjg is kerkelijk; op' de Synode van Middelbujig' in 1896 is de noodige organisatie in elkander gezet volgens de uitgestippelde lijnen, en alles in de Zendijjigsoirde neergelegd, vastlgelegd. Zoover wiji Weten, zijn hiieBtegen geen overwegende bezwaren ingebra, c!hLt, en troits alle onvolfcomenheld ook van dit menscliielijk werk, Treeft de, kerkelijke zending in de praotijk van i25 jaren bewezfen izeker evenveel reclit van bestaan te (hebben als igjenoiotscllijapszending.

De zendingsdepiutaten, die vroeger de zending toit een deputatenzending maaJkten, zijn natuurlijk niet afgiesctialt. Maar zlij' feebben een andere taak gekregen.

Allereerst zijln er de" G-enerale deipjutaten, doior •de IGenerale Synoide benoemd, die zör]gen voor de •werkziaanüieden, welke niet maar één bepaalde kerk aaingiaan, maar van .algemeen belang zijn, en dus de iGerefoIrmeerde. 'kerkffli in liet algemeen betreffen. Wij noemen als voiorbeeld de Keu, ciheniusso}iool te Djoicjia, en de straks oip te lictten opleidin; gssc|hx5ol •oipi iS'oietnfea. 'En dan zijn er ook de dassicale deputaten, die hun kerken veritegenwo; ordigen bij de zendende kerk.

Hebben de kerken in elassiqaal of provinciaal' verband een zendingsterrein uitgekozen en verlu^e-'gön, 'dan komt voor de zendende kerk als regel de verantwoiordelijkheid en Ibet ihoofdWerk; ziiji beroepjt, zij tóendt uit, zijl staalt voor de finantiën, zijl voert de clorrespondentie, zij' neemt • de beslissingen, en zoo 'veel meer, zij 'het pok bijigestaan door de deplutaten. De deputaten zijn de tusschensojhiakel tussoben de zendende kerk en de meewerkende kerken.

De iarbeid der deputatein is niet overal dezelfde. Waar - wij' meenen te' weten, zijn z'iji biji de Soembaz-endinig tameÜjk zelfstandig, teirwijl - bijl Utreolit en Aniisterdam 'juist (het tegendeel bet geval is; in Zeeland is een middenweg ingeslagen. In overeensfcem'mi, njg alzioiöi, taet de zendingsorde, treft men naar [het beste' inzicbit en de gebleken behoefte der heitrokken kerken een' regeling tusschen de zendende kerk, en de deputaten, die vo.ojr de meewerkieinde kerken, opkomen. ,

Indien wiji het goed bezien, zijn de kerken, die de Soetaba-z'ending drijven, het meest paeelevend. Of dit reeds genoeg geschiedt, kunnen wij! van hieruit niet beoordeelen. Maar wij willen enkele frapplante dingen noemen. J3ij' een onderzoek, dat ds 'WaterJnk instelde inzake het 'Ciatechetisch lOlnderwijs, bleek' hem', dat de kerken der iSoemba-zending'bijna zonder uitzondering het werk der' zending .lop de catechisaties behandeld zagen; wij hebben van de resultaten van diit onderzioiefc melding; gemaakt in ons artikel „De Zending lOtp: de oatechisatie" in fi'st Oct.-nummer van

„De 'Macedoniër" 1920, waarheen wij' dus mogen verwijaein; in elke catechisatiekamer hangt een kaart vain het zendiügsterrein; ook heeft de Soembazending eenige literatuur over haar terrein, n.l. eeln boek van ds Hangetbroek over Soemba, en de in boekvorm uitgegeven artikelen uit „De Macedoniër" van ds D'. K. 'Wielenga. Mede om deze oorzaken (er waren er nog wel meerdere te noemen), heeft deze zending een groote plaats in )het hart van de kerken der drie piorvindiën Groninjgen, Drente en Overijsel, en worden de zware oöers tot dusver gemakkelijk ingezameld.

Maar — izoo' is het niet overal, en ook aan de crganisaüe der Soemba-zending zial nog' wel het een en ander ontbreken.

Gaan wij' van het beginsel der zendende kerk uit, dat deze ook verantwoordehjk is, dan volgt daaruit, dat zij i!n de eerste plaats op de hoogte moet zijn en blijven. Zij' zelf is evenwel niet in staat alleen de groote finantiëele lasten te dragen; daartoe hioeten de kerken uit dezelfde of ook naburige classe(n), of zelfs der geheele provincie en ook nog wel van andere pt-ovincies, haar helpen. 'Was deze hulp niet noo'digt, dan zouden die kerken zelf een eigen zending moieten nemen, want elke kerk heeft een roeping' tegenover de zending, en mag zich aan die roeping om geen enkele reden onttreldj'cn.

Het spreekt echter vanzelf, dat ook déze helpende, , deze meewerkende kerken, op! de hoogte moeten zijn en steede weer moeten worden gebracht. Zij mogen niet alleen worden gebruikt als ooUeotanten, om de noodige gelden bijeen te verz, amelen; dit is wel een gewichtige werkzaamheid, Wiajnt 'Ook in den zendingsstrijd is het geld de zenuw. Maar het staat wel vast, dat een kerk gewiüiger en gemakkelijker zal offeren, als zij de dingen kent; maar afgezien hiervan is kennis beslist noiodz.akelijk, w, ant izoo 'ergons dan do'et hier kennen liefh'ebben en ook bidden; en wat is het werk der zending zonder het gebed der gemeente? En ook, het is evengoed de zending der meewerkende kerken als der zendende kerk!

Hierop gaan wij niet breeder in, daar ds Bakker in „De Macedoniër" van Mc'i 1921 hierover zeer behartigenswaardige regelen heeft geschreven. Men verzuime niet er kennis van te nemen.

Hoe zal m'ön echter de meewerkende kerken op' de hoogte brengen, en hbuden? Zie, dat is het probleem. De zendende kerk heeft hier alles voor; zij ontvangt de bri'even, en moet den inhoud, zij het ook in samenwerking met één of meerdere deputaten, beantwoorden; en het lig; t voor de hand, oo'k al doet 'een commisste uit den kerkeraad dezen arbeid, dat in den kerkeraad rapport wordt gedaain; is zulk' 'cen kérikeraad niet op de hoogte, dan is dat zijn eigen schuld, want hij kan het zijn, daar alle gegevens oinder zijn bereik liggen.

Anders staat het met de meewerkende kerken. Zeker, wij 'weten ook wel, dat de deputaten hun vergaderingen hojuden, ook met de zendende kerk, en rapport dqen op hun .classes. Echter, dan zijn er maar twee leden van iederen kerkeraad bij' tegemvoordig, en al brengen z'ij' ook' getro'uw verslag uit van het gerapporteerde, dan weet toch alleen hun kerkeraad ihet nog m'aar, en niemand uit de gemeente. Ro'vendien, hoe weinig afgevaardigden maken aanteekeningen van den inhoud van het rapiport. Stellen niet de meesten zich tevreden met de aanteekening: „de zendingsdephtaat bracht rapport uit, waarvoor heiii dank iwerd gezegd"? E'n wij vreeze'U, dat op' ' de meeste kerkéraadsvergaderinigen ook niet gevraagd_ wordt: „maar wat heeft hij' dan aangaande het zendingswerk gezegd"? Zo.o is de droeve werkelijkheid; of zien wij het te soimher in? 'Wiji'zouden het willen hopen!

Ja, op de Particuliere Syno'de konit natuurlij'k ook een verslag van den zendingsarbeid, maar als , de vier afgevaardigden dit eerst in het rapp'ort aan de classe moeten herhalen, opdat de leden der classe het mee zloiuden nemen naar hun kerkeraden, dan kan men wel O'P de vingers uitrekenen wat iervan h'ange'U blijft. En de acjta der Generale SyUiode taet het 'groiote ztendingsriaipfpiort wordt door iederen kerkeraad lontvanigen en bijna zonder uitzondering onmiddellijk in het archief opgeborgen, hetzij van den kerkeraad, 'hetzij ftok van den predikant zelf! '.•^®at

Er - wordt meer gedaan om aah^onztei kerkeraden 'cn kerken de no-odige kermis bij' te brengen. In de daarvO'or 'bestemde Kerkbodes worden de verslagen gep'laatst van de vergade'ringen, door den kerkeraad der zendende kerk.(of de commissie uit dien kerkeraad) met de depiutaten gehoiuden, worden 'OO'k de hrieven en andere gegevens van den missionairen predikant gepwhliceerd, en door redacteurs en medewerkers verschillende artikelen over den zendingsarbeid geschïeven. En dan gewagen wij nog niet e'cns van „De Macedoniër" en „Het Zendingsblad". Mij dunkt, - hieruit blijkt wel, dat onze kerkeraden en gemeenten beter op de ho'O'gte kO'nden 'zijn, dan zij inderdaad '^ijh. "Wij stemmen toe, dat heit aanbrengen dezer noodige kennis niet systematisch, en oofc niét altijd aantrekkelijk genoeg geschiedt; verbeterhi.gen zijn wel aan te brengen. Maar wat vooral bestreden moet worden is C'sn geest van al te goied vertrouwen eenerzijds, die aneent, dat het werk in geschikte handen tust . 'en taen het dus wel kan 'Overgeven, en een geest van laksheid 'en traagheid, haast zeiden wij van 'Oinverschilligheid anderzijds, die zich niet gaarne de Ineeite getroost, om de aaingeboden lectuur te onderzo'ëlven, en voor andere dingen meer interesse heeft. '•

Om de zwakh'eden der broederen tegemo'et te fcomien, heeft ds M'erkelijn aan de kerk van Middelburg het vO'orstel gedaan, om één keer in de drie maande'U (aan alle kerken van Zeeland, N.-Brabant en Limburg 'een brief te zenden over den arbeid te Mageteng. Dat voorstel is natuurlijk piet beide handen aangeno'men. Ook hieruit blijkt weer, hoe ds M'erkelijn de man van het initiatief is, die - steeds 'niteuwe maatregelen beraamt en weet aan te pakken. Wij 'behoieven ds Merkelijn niet te zeggen, hoe hij' zoo''n brief inrichten moet; alleen spreken wij' den wensch uit, dat |hij' ze niet telang maakt, en oO'k zo.o, mogelij'k in 'eiken brief een ander onderwerp b'ehandeït, zoodat langzamerhand een overzicht wordt gegeven over heel het > verk.

Ds Bakker in zijn 'reeds gp'noemd artikel in „De Macedoniër" wijst .ook eenige middelen aan, die kunnen W'orden gebruikt; men leze zijn artikel er maar O'p ba. M'8t Prof. Grosheide in „De Heraut" betwij'felen wij', lof een artikelenreeks .over den godsdienst b.v. de noo'dige belangstelling van de lezers der kerkelijke bladen zO'U genieten. Beter .achten wij', dat d© zendelingen in hun brieven de eigenaardiigheden van den Javaanschen en Soembanee-• schen giodsdienst (O'f liever 'religie) aanwij'zen. 'Voor leen meer breede behandeling hebben wij' „De 'Macedoniër".

Ook 'zijn wij van gedachtie, dat op! onze ze'Udingsdeputaten, de classicale met name, in dezen '©en roeping rust. Laten zij in hun ressort |met de kerkeraden spreken, en met de gemeenten zendiingsbijeenkomsten ho'uden, of deze helpen organiseeren. Zij m'Ogen er niet mee tevreden zijn op' de olass'evergadeerinjg de bijdragen in ontvangst te 'memen, en twee-of driemaal op een jaar een vergadering met de zendende kerk. bij' te wonen.

En om niet telang te worden, leggen wij er ook nog de'U nadruk op, dat op oinz'e zending sdagen, classicale 'cn provinciale, niet of zoo weinig mogelijk „gepreekt" wordt; de gelegenheid worde alsdan te baat genomen om van de zending te vertellen, opdat de ho'orders te weten kom'cn wat er-igebeurt en hoe het geschiedt, en welken zégen God aanvankelijk geeft niettegenstaande reuzenmoeilijkbeden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 juni 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

Het meeleven der Kerken.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 juni 1921

De Reformatie | 8 Pagina's