PERS-SCHOUW.

Tegen het Oude Testament.

Ds Js. yan der Linden wijdt in de „Geref. Kb. voor 's Gravenhage" een aantal artikelen aan „Herhaalde aanvallen op het Oude Testament".

Over dit belangrijke onderwerp schrijft hij in aijn derde artikel:

Harnack is echter in den. nieuweren t"d waarlijlt; uitt de eenige, die het Oude Testament terzyae gesteJ'l wil zien. Hij ilïad de laati-thesen van Marcion wel Ivuniien laten rusten, want de argumenlen teaen het Oi; di Testaifici t zijn veel meerdere, 'dan Marcion in anti thsspu er tegen kon stellen. Men wijst tegenwoordig op de vele legenden en sagen, die zich van het strenge gescUiödvorn.' al duidelijk onderscheiden in het O. T. I\!ren wijst op de lagere trap van het zedelijk en religieuze 'even in den ouden tijd, de polygamie, de bloedwraak, de ban.

Men laat niet onbesproken de onderlinge afwijkingen, en de geleidelijke vooruitgang in de denkbeelden ri'r profeten de onvervulde voorspellingen en nog voei meer

Maar, als men dit alles genoemd heeft, dan i^ebiedi. m i^enijkheid er by te zeggen, dat ten deele deze en v.ie andere bezwaren ook tegen het Nieuwe Testament aan te voeren zijn. Neem eens de vele tegenstrijdiga.'i.li'rj in de geboorte-en opstandingsverhalen van .lezus, éo tbgenftriidigheden in verscheidene woorden dc.sfHe^re; ] of der apostelen; in de tegenstslhng tussoly^n dèii brief aan de Romeinen, en van Jacobus; de polemiek togen , ('ie ketters ea 2 Petrus 2 en Judas. Maar ik hrud . rag nu maar bescheidenlijk'aan Prof. Dr Böhl van Groningen. Het heele inspjratie-begr'ip is volgens dezen foutief.

Wat is Opeabqriii!È'!^„Openbaring is" — ze-< t. Prof. böhl — i.'iiet' "ijeleven van d« Godsgemeenschap, b? omgang met God door den enkelmg-o£ door ue gem< ienl< > '. Dat „helevtn" nu kan afleen de'^^geloovige. E'.'.n geloovisA dus kan een oordeel over al deze vrsgca velieii. ofscnoon. .. „ook een wetenschappelijke uiteenzet||^; , .M«a%; , t#i.ftB: iZefeihoogto mogelijk en noodzakelijk isl^fpSij? ''^; *; *^: ; '''; ' Goed begrepen? Ik hoop het.

De zaak staat dus zoo, dït dé .ÏBi^!il& , : gêloovig^^^ zijn. „Iir-leven" de questie van, al of met-toélaalh: i«heid van een deel of gedeelte 'es Bjjbeis dicmaken .tan, Hij kan riivoorbeeld zeggen, ij^^je). „be! e reu", wat een lei, t.nde en wat een . .itoricr'is. liii. .. . "in laatïter inst.'intie is „een wetenschappelijkf tf.'A^i.-.; ettu!g" t/joh ook fog „tot op zekere hoogte mogelijk en toodzakeljk”

En zoo, zóó zullen we er wel komen en ? cggen, wat tot den Bijbel behoort en wat niet. Maar dit st.ül mei dat al dan toch reeds vast, dat een hcogleeraar in cns vaderland vóór eenige jaren sprak: „Het critisch ScUrili nderzoefc heeft den Oud-Testamieutisciien canon V e r n i e t i g d. Er zijn geen theologen mper, die zicb aan de; eii.d-uitkomst der Oud-ïestamentische critiek onttrekken kunnen".

En hij voegde er. stout aan toe: „Het zelfde lot zal de nu aangevangen eeuw waarschijnlijk ook het N i e u w e Test a inent bereiden".

Hderaad, het is wel zoo: Wie het mes van d© critiek in het Oude Testam.ent zet, is nog met klaar. Hij moet ..voort... en weet niet, waar hij oindig(}n ; al. Marcion in zijn tijd bewees dat reeds. En mannen als efr. Harnack, die Marcions antithesen ons weer vf.rrlegt, en zijn vele, vele volgelingen aan tal van hcog.scholen in Europa, ook.i-als een Böhl in Nederland C. S. bewijzen dat. Wel scheen de • storax der critiek werkelijk ' te luwen in dé' laatste jaren, maar daarmee is geen recht gedaan door de mannen der wetenscliap aan den Bijbel, Gods Woord. Dan eerst zal recht gedaan wordtn aan dat Woord, als zij verklaren onvoorwaardelijlf voor de Heilige Schriften zich te willen buigen. Men moet zich verwonderen over de oppervlakkigheid, waarm"de van de dagen van Marcion af tot nu toe de Sc'tiriftcritici bij al hun geleerdheid de Schriften hebben onderzocht «n aangevallen.

De vraag dient wel voor alles gedaan: Hoe hebb-en de Heere Jezus Zelf in Zijn omwandpUng op aarde, hoe Jaarna de apostelen zich gesteld tegenover het Oude Testament? Nooit heeft de Heere en ook nooit hebten de apostelen zich critisch gesteld tegenover lien inhoud van het Oude Testament. Zü hebben ...dien, daarentec.er. aanvaard, geheel en zonder eenig voorbehou.ï. En dat aanvaar-d in ahe deelen, niet maar alleen in die plaatsen , waarin God Zelf spreekt, maar. ook in hare bistorische bestanddeelen wordt de H. Schrift des Ouden Testaments door hen als goddelijk erkend.

Cnrstus heeft gewis voorzien al wat de vindingrijke geest der menschen in allerlei anti-thesen zou aanvoeren tegen de waardij des Ouden Testaments, en al wat ae hisloiisiche critiek zou inbrengen tegen de geloofwaardigheid van dit Boek, maar desalniettemin was het Z : j a B ij b e 1, waaruit Hij leerde en onderwees, welks woorden Hij als de woorden Gods aanhaalde en op welks toezfggingtn van God Zei ven Hij de menschen wees.

Hicrop nog nader de aandacht te vestigen kan in dez-n tijd, waarin velen den Bijbel liefst voor goed lerz.'.'de stellen en een geweer moeten hebben in dezjn striid, poed en noodig zijn.

De grootste kwakzalvers ter wereld.

Wanneer als raadsel werd opgegeven, wie de grootste kwakzalvers ter wereld zijn, ZOÜ men niet zo-O' licht op de oplossing komen, welke dokter Van den Hoorn in „De Ster" geeft.

Mijle ervaring is, dat predikanten eigenlijk de grootste kw \kzulvers ter wereld zijn, natuurlijk ook waer iriet de 'eslr-bedoelingen. 'Van pastoors heb ik in dit opzicht veel betere ervaringen.

Door zich te bemoeien met zaken, waarvan men gesn verstand heeft, kan men zich zéker groote schade berokkenen. Niemand zal zijn horloge ter reparatie geven aan een hoefsmid, maar zijn 100 maal meer gecompliceerd lichatm, en dat in waarde niet is te berekenen, svel aan den eersten den besten, die er toch niet het minste veistvnd van heeft.

Ik denk, dat dokter Van den Hoorn hier den Amerikaanschen superlatief gebruikt.

Onder het volk loopt het gerucht, dat de dokters elkander dikwijls voor de grootste kwakz.alvers houden.

Als men homoeopathen hoort over allopathen of omgekeerd, dan vindt die volksmeening soms wel eenig voedsel.

Maar dit daargelaten.

Dokter Van den Hoorn heeft hierin gelijk, dat vele predikanten de verleiding niet kunnen weerstaan aan .ziekbedden medische adviezen te verstrekken.

Eenigen tijd geleden heeft ons blad daartegen reeds gewaarschuwd.

Aan den anderen kant echter rekenen de artsen er over het algemeen te weinig mee, welk een zegenrijken invloed bij psychische stoornissen predikanten kunnen uitoefenen.

Om die reden pleitten wij dan ook voor samenwerking tusschen dokter en .zielzorger, waarvoor echter bij den eersten weleens wat medische hoogheid in den weg staat.

Om nu nog te z.wijgen van het veel voorkomende euvel, dat voor den arts de mensch vaak te veel lichaam is en te weinig ziel.

Christen-artsen vallen natuurlijk niet in dit kwaad. Maar hoeveel christelijke artsen zijn er in ons land? Het is hier: klacht om klacht!

„Gereformeerdheid” in de Herv. Kerk. „De Baziuin” bevat het volgende citaat:

In de „Nederlander" schrijft Jhr. Mr. A. F. de Savornin Lohman aan het adres van de Herv. (Geref.) Staatspartij, „die nu met zooveel rumoer het opneemt voor de .'.sereformeerde leer" (in den oud-kerkelijkcn zin), en (iie vertelt dat de Hervormde Kerk, zooals die nu best: ii.t de historische voortzetting is der Gereformeerde Kerk cnder de Republiek", o.m. „dat in de Hervormde Kerk van „Gereformeerden, dit woord in zijn strengste beteekenis genomen, al hieel weinig te bespeuren is geweest, vóórdat vooral door Dr Kuyper de „gereformeerdheid" weer in eere hersteld is".

Spelden in een Kamerzetel.

Men kent de melodramatische historie van Ds Kersten, 1 predikant bij de Geref. Gemeente te lerseke en tevens Kamerlid.

Hij had gebazuind tegen het vrouwenkiesrecht, het een aard had. dathet een aard had.

En al heeft hijizelf er de hand niet in, toch dankt hij juist mede aan de vrouwen djn zetel.

Bij een ingezonden stuk van Ds Kersten in de „Geldersch© Kerkbode" teekent Ds Renting o.m. aan:

Maar uit het schrijven van Ds K. blijkt, dat hij niet kan tegenspreken, wat wij hebben beweerd, dat vele vrouwen op de., lijst der Staatkundig (ieref. partij hare st(, n hebben uitgebracht.

En wij hebben de gegevens, dat het juist de vrouwen waren niet buiten de partij-gezinnen van de groep van Ds Kersten, maar juist de vrouwen, die, wat liajr geheele levensbeschouwing en levensrichting betreft, aan zijne zijde staan. In 't bijzonder in het Westen van onze piovireie.

Het staat dus vast, dat Ds Kersten mede aan de stemmen dar vrouwen zijn verkiezing lot li'i van de tweede Kamer heeft te" danken.

Hij moet het met zijn eigen conscientie nu raaa'; |nitmaken, of hij, rekening houdend met zijn opv"^ . en over het vrouwenkiesrecht, zitting 'xf' M™"f", derlinn.

Hij heeft het reeds uitgeraaaj'benoer..in" aan. Dat is man var

Daze op'inerking is raak. ' ' De vroüwkens hebben sp'i, gestoken. Hij .zal dan ook T. Sie dp.; ar^ niet \ ^'^ ^jfr»: ^ 'jy}gi£tó ••j*««' zitten,

Nog al eens heen en weer : l Of hij moest al bijziender '^jachyderm zijn. Naar men zegt is hij een „tuffende dominee". ', • Dan zal hij in zijn auto vrij wat gemakkelijker zitten. En .zich nog al eens dikwijls „üit de voeten" maken voor dien prikkerigen zetel.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen