GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Synode-indrukken.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Synode-indrukken.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

X.

De zaak-Ds Brussaard I.

Reeds sprak ik met mijn lezers af, dat ik bij mijn Synode-indrukken volstrekt niet de tijdsorde, waarop de verschillende stukken in behandeling kwamen, zou in acht nemen.

' Daarom neem ik ditmaal een sprong van het begin naar het einde der Synode, om straks weer terug te springen naar het midden.

De zaak-Ds Brussaard en de zaak-Dr van Leeuwen stonden de laatste weken in het brandpunt der belangstelling en de aktualiteit daarvan willen we benutlen om daarover het een en ander te zeggen.

Wel geraakt iemand, die Synode-indrukken schrijft, , hier in een moeilijk parket. - •tiSi^SM,

Deze zaken toch werden jn geheime zittingen verhandeld en in openbare zitting werden alleen de resultaten bekend gemaakt, waartoe de Synode in comité-generaal gekomen was.

Nu mogen wij natuurlijk van wat in lieslofen zitting verhandeld werd, ' geen indruk geven.

Toen de openbaie zitting werd gehouden, hadden wij de Synode reeds moeten verlaten.

Deze leverde trouwens met betrekking tOit deze punten niets bijzonders op'.

Zoodoende kunnen wij alleen den indruk weergeven, welke de bekend geworden feiten cp ons hebben gemaakt en'staan wij alzoO' op, één lijn met hen, die de besluiten uit de krant hebben gelezen.

hen, die de besluiten uit de krant hebben gelezen. Beginnen we met de zaak-Ds Brussaard.

Het stemt ons tot voldoening, dat die nu in orde gekomen is.

Alle andere dergelijke zaken, waarover de Synode had te oordeelen, werden gevolgd door afzetting of schorsing.

Des te meer verblijdt het, dat deze zaak een gimstigen afloop had.

Wi] hadden ons daarover trouwens geen oogenblik bezorgd gemaakt.

Schismatieke bladen schreven wel, dat .Ds Brussaard veel verder van Assen afstond dan b.v.

Ds van den Brink.

Maar ons was daarvan niets gebleken.

En met mededeelingen uit onderonsjes wij ons ten slotte niet inlaten. kunnen

Hoewel het vooruitzicht dan ook nimmer ontmoedigend was, had deze zaak nog al wat voeten in de aarde.

De oorzaak lag hierin, dat Ds Brussaard wel de door de Synode van xVssen geëischte verklaring wilde afleggen, maar dat hij er nog een beele ceel aa, n liet voorafgaan, waarvin men zich afvroeg: waartoe dient dit toch eigenlijk ? en waarin uitdrukkingen voorkwamen, "vvaarop wel het een en ander aan te merken was.

Ook nu nog in zijn antwoord aan de classis Haarlem ten overstaan van Deputaten der Synode scheen hij het noodzakelijk te vinden, die'vóórverklaring nog eens op te nemen.

Gemakshalve drukken wij die hier nog eens af.

ten eerste, dat ik na samenspreking met de Gen. Synode en de daaruit gevolgde correspondentie, gevoerd tusschen mij en prof. Ridderbos, waarbij vanwege de synode nadrukkelijk is uitgesproken, dat het recht tot indienen van gravamina door de Synode volmondig erkend wordt; voorts dat het woord klaarblijkelijk voor het allerminst in strijd, doch veeleer synoniem is met „goede schriftuurlijke gronden"; wijders dat betreffende mijn uiteenzetting over liet schriftgezag de Synode heeft uitgesproken gelijk zij deed en eindelijk dat de Synode door haar uitsjpraak geenszins alle moeilijkheden van het Schriftverhaal in Gen. II en III opgelost acht, thans de aanvankelijk bij mij bestaande bezwaren tegen de uitspraak der Synode in zake den boom der kennis des goeds en des kwaads, de slang en haar spreken en den boom des levens zijn weggenomen; al is het dat ik ook nu nog enkele uitdrukkingen minder gelukkig gekozen acht en nog steeds van meening ben, dat mede daaruit voortvloeiend veelvuldig misverstand tot betreurenswaardige handelingen geleid heeft; dat, naar ik meen, de uitspraak der Synode geen centrale waarheid betreft; dat de wijze van behandehng geenszins in alles mijn instemming heeft, met name, dat de Gen. Synode een belijdenisuitspraak deed, zonder dat de leden der Kerken en de mindere kerkelijke vergaderingen, zich hierover vooraf rustig konden bezinnen; en dat, ten aanzien van mijn persoon, ik meen, dat de Synode, of het eenvoudig bij de correspondentie had moeten laten, óf de door haar zelf gewilde bespreking van bezwaren in eigen kring had moeten afhandelen, óf anders mijn kerkeraad in de eerste plaats had moeten aanwijzen om zich van mijn houding te vergewissen, maar dat ik mij bij het een en ander neerleg, hoewel ik mij het recht .voorbehoud, tot het indienen van een voorstel tot hereeniging

De^ eerste zinsnede, dat door de Synode het recht tot indienen van gravamina volmondig erkend wordt, is eigenlijk geheel overbodig. En het overbodige doet dikwijls kwaad. In dit geval zou men er licht uit kunnen afleiden, dat de Synode door eenige handeling den schijn opi zich zou hebben geladen, alsof zij dit recht ontkende. Daarvan is natuurlijk geen sprake. Onder ons, Gerefoirmeerden, is het een uitgemaakte zaak, welke geenerlei bevestiging behoeft, dat het recht tot het indienen van een gravamen ten allen tijde wordt geëerbiedigd. Daarvan nog te reppen lijkt op water naar de zee dragen.

Geheel overbodig moet ook de tweede zinsnede geacht, waarin er nota van wordt genomen, dat het woord „klaarblijkelijk" niet in strijd, maar veeleer synoniem is met „goede schriftuurlijke grond".

De klaarheid moet immers blijken uit de Schrift zelf'.

Eveneens moet als overbodig beschouwd de^ 'toevoeging van Ds Brussaard, dat hij zich het recht voorbehoudt een voorstel tot hereeniging in te dienen. Dat recht heeft niet alleen Ds Brussaard, maar iedereen. Alleen zullen de pogingen gebaseerd moeten zijn op de dogmatische beslissingen van Assen. '

Niet minder overbodig was zijn herinnering aan de uitspraak der Synode betreffende zijn uiteenzetting over het Schriftgezag. Hij 'behoefd© toch iet bevreesd te zijn, dat de Synode die overigens gereserveerde uitspraak zou terugnemen?

Op en top overbodig was wel de passage, dat de Synode door haar uitspraak geenszins alle moei­ lijkheden van het Schriftverhaal in Gen. [I en 111 opgelost acht. Is dat niet verzekerd van het begin af, dat de eerste kerkelijke procedure over deze materie werd gevoerd? Wat zin had het dan dit nog eens in een verklaring vast te leggen?

Grootmoedig ging de Synode aan al deze over^ lollige werken voorbij. Zij zinspeelde er niet op. Blijkbaar wilde zij met deze zwakheden en eigenaai digheden van Ds Brussaard geduld hebben.

Een beetje anders stond het met de verklaring van Ds Brussaard: „dat naar ik meen de uitspraak der Synode geen centrale waarheid betreft".

Daarop is in onze Gereformeerde pers indertijd van alle kanten scherpe kritiek geoefend.

Met het oog daarop vooral zal indertijd de classis Haarlem hebben besloten deze verklaringen buiten beschouwing te laten.

Ook de Synode wilde dit blijkens haar uitspraak _? | niet laten passeeren.

Zij gaf te verstaan, dat die zinsnede door haar niet voor haar rekening wordt genomen.

Maar dat niet alleen: zij wraakt die zinsnede, w ij 1 z ij meer v e r w arrend dan verheide: rendmoestwerken.

Zij gaf daarbij als reden op': dat men hierin zonder nadere toelichting kan Ipzen óf dat het onzeker stellen van de zintuiglijk waarneembare \vefkelijkheid der vier bekende bijzonderheden uit Genesis 2 en 3 het .Schriftgezag niet raken, óf dat dit Schriftgezag geen centrale waarheid zou zijn.

Inmiddels kon op goeden grond de geruststelling worden gegeven, dat dit de bedoeling van Ds Brussaard niet was.

Immers in zijn latere verklaring had hij uitdrukkelijk gezegd, dat iemand, die de bedoeldfe bijzonderheden onzeker stelt feitelijk in strijd komt met het Schriftgezag en dat de centrale beteekenis van dit gezag dooi' hem wordt erkend.

En dat niet alleen, maar ook tegenover de Synodale deputaten had hij dit volmondig uitgesproken.

Ofschoon daarmede de bewuste zinsnede nog niet geheel doorgelicht is, heeft zij — en dit moeten wij van Ds Brussaard gelooven — de gevreesde bedoeling toch niet.

En de Synode heeft haar oordeel hierover gegoten in zulk een vorm, dat in de toekomst n i e-mand er een haakin kan vinden om er een afwijkend gevoelen aan otp - té. hangen. • ^ '"'

Want een Synode moet verder zien dan het heden.'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

Synode-indrukken.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 1927

De Reformatie | 8 Pagina's