GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Evangelisatie-lectuur

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Evangelisatie-lectuur

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aan de Redactie werd toegezonden ter bespreking een serie traktaatjes van „Filippus", ons eigen Traktaatgenootschap.

Ons eigen. En daarvoor zijn we dankbaar. Want als we zelf traktaten uitgeven, gaan we niet naar anderen, om daar ons te verschaffen, wat we noodig hebben.

lïr bestaan in ons land. tal van firma.'s, die traktaten uitgeven, waaronder zeer goede zijn. Maar al onze Evangelisatie-commissies geven natuurlijk de voorkeur aan die van „Filippus". Om ons eigen traktaatgenootschap te steunen. En omdat we dan zeker zijn, goede. Gereformeerde lectuur te hebben, die we kunnen bieden aan hen, onder wie we verspreiden. Want er wordt ook zooveel lectuur gedrukt, die we niet mogen verspreiden, omdat ze het Evangelie verbogen heeft en het niet doorgeeft zóó, als de Heere het heeft geopenbaard.

Daarom moeten steeds alle tractaten en boekjes, die van nietJGereformeerde uitgevers komen, zorgvuldig worden gekeurd, om te zien, of ze het Evangelie wel recht zeggen. Want wij hebben het recht niet, het ook maar een beetje te vervormen naar onze smaak of naar de geest dezer eeuw. Wij doen niets dan doorgeven, zonder iets anders, zonder er iets bij te doen, of er iets uit weg te laten.

Dat is het mooie van de uitgaven van „Filippus". Die behoeven we niet eerst door te lezen, om na te gaan, of daar het Evangelie ook een weinig is verbogen naar de moderne snit. Daarom kan aan al onze Evangelisatie-commissies worden aanbevolen, d© uitgaven van „Filippus" te nemen ter verspreiding.

Dat geldt in het algemeen. Maar daarna heb ik nóg iets te zeggen over de lectuur. De toegezonden serie heb ik vluchtig doorgelezen. Over het algemeen met genoegen. Zioo, als het daar gezegd wordt, zoo is het jBvangelie. Uit dien hoofde kan er geen bezwaar wórden gemaakt.

Natuurlijk is de hier geboden lectuur door menschen geschreven, dat wil zeggen, dat iemand, die kritiseeren wil, overal wel iets kan vinden, om er aanmerking op te maken. Misschien wel in elk traktaatje. Maar Nurksfiguren moeten dan ook maar geen menschenwerk lezen.

En toch —. Niet zonder opmerkingen kan deze reeks terzijde worden gelegd. Er zijn heel goede, goede, en minder goede bij. Over die laatste wil ik iets zeggen. Niet, omdat het nu eenmaal tot de taak van een recensent behoort, toch iets te zeggen van wat hem toegezonden wordt. Maar omdat ik hier en daar een vlekje zie, waartegen gewaakt moet worden.

Dat geldt in de eerste plaats de taal. Voor ieder, die schriftelijk of mondeling aan de moderne menschen het Evangelie wil brengen, geldt de strenge eisch, dat hij het moet zeggen in de taal, die die mensch verstaat.

In den regel wordt in deze traktaatjes daaraan wel gedacht. Maar niet altijd. Onbegrijpelijk zijn de itdrukkingen, dat men moet „worden wedergeboren" en , , een nieuw hart ontvangen". Dat verstond vroeger een Joodsch theoloog zelfs niet, toen Jezus er tot hem over sprak, maar de hedendaagsche mensch verstaat er heelemaal niets van.

Verder lees ik, dat Christus was „door ceremoniën in het O. T. afgebeeld". Dat Hij „door de vaderen van het Oude Verbond in het geloof aanschouwd" was. Wat denkt ge, lezer, dat de moderne heiden, aan wie ge dergelijke traktaatjes ter lezing geeft, zich wel voorstellen zal bij de lezing ervan? Hij is gewoon aan afkortingen, omdat W6 tegenwoordig geen tijd meer hebben, om woorden voluit te schrijven, maar wat O.T. beduiden mag, weet hij niet. Van verbonden heeft hij al z'n leven gehoord, maar wat het Oude Verbond is, hij mocht zich daarvan eens een scheeve voorstelling maken. Elders lees ik, dat men met Thomas iets zegt — maar broeder, hij heeft van dien Thomas nog nooit gehoord. Om maar niet nog te spreken van het traktaatje over den moordenaar aan het kruis, waar ik lees, dat „zijn collega voor eeuwig verloren ging"! Ja, dat zal de lezer wel verstaan, wat een collega is, weet hij wel; maar zal dat hem niet even doen schateren, en al wat er overigens in dat zeer goede traktaatje geschreven staat, voor hem verloren doen gaan?

Eindelijk heb ik nog een bezwaar betreffende de inhoud van verschillende traktaatjes. Wat bedoelen we met onze lectuur? Het Evangelie te brengen aan die er buiten staan, die het misschien niet eens meer bij name kennen. Niet het bewerken van onze eigen menschen, om onder hen propaganda te voeren voor een of ander Christelijk doel. Die dat doet, slaat de bal glad mis.

En dat doen helaas sommige dezer traktaatjes. Die handelen over de volgende onderwerpen:

„Wat doet gg voor „Filippus"? "

„Vergeet de weezen niet."

„Aan de a.s. Militairen van Christelijken huize en hun Ouders."

„Vergeet de blinden niet."

„Onze doofstomme kinderen."

Dat zijn allemaal erg mooie en nuttige onderwerpen, die noodig eens moeten worden besproken —• maar niet in Evangelisatie-lectuur!

Hetwelk evenzoo geldt van het traktaatje „'tis toch eender, of je ". Want dat traktaatje behandelt allerlei vraagstukken der politiek 1 En op dit terrein is dat contrabande! We komen niet met politiek, als we het Evangelie brengen. Evenmin als we fel kritiseeren het Socialisme of het Communisme. Kritiek daarop vind ik best en noodig — ter plaatse, waar zulks behoort te geschieden, maar niet in Evangelisatie-lectuur en niet in Evangelisatie-samenkomsten in een lokaal of in de open lucht. Dat prikkelt verschillende hoorders. Menschen, die anders met belangstelling zouden luisteren, gaan dan boos weg, en door zijn onverstandige kritiek heeft zulk een schrijver of spreker ditmaal de deur zelf dichtgegooid!

Wie spreekt of schrijft, nioet dat zóó doen, dat hij nooit kwetst of prikkelt. Ik weet van verschillende openluchtsamenkomsten, waarvan Room.'schen e.a. zeiden, dat ze er gerust heen konden gaan, omdat ze er nooit werden geprikkeld. Zóó behoort het te zijn. En ook daarom is een traktaatje over politiek niet alleen overbodig, maar schadelijk.

Eindelijk: een traktaatje mag nooit lange betoogen en dogmatische redeneeringen houden, die beginnen bij het Paradijs en eindigen na het doorloopen van de heele geschiedenis in den hemeL Zoo meende men het vroeger wel eens — maar die methode is verkeerd. En daarom zijn er weer een paar andere traktaatjes, die ik uit dien hoofde niet al te goed geslaagd acht.

Deze beschouwing is wat lang en wat kritisch geworden. Ik kan het niet helpen. Het had ook wel anders gekund. Ik had ook kunnen zeggen, dat ze allemaal zoo erg mooi zijn, enzoovoort. Maar daarmee wordt onze Evangelisatie niet gediend. En het gaat er toch niet om, dat we eikaars arbeid steeds uit den treure prijzen, om dan maar zoo nu en dan op verkeerde sporen voort te sukkelen. Het gaat om de zaak, om het werk, om de arbeid voor het Koninkrijk.

Wie de schrijvers zijn, weet ik niet, en daarom heb ik deze dingen eens openbaar gezegd, gelijk ik noodig achtte voor het werk. Niet uit lust tot kritiseeren. Veel liever had ik enkel lof gehad. Maar waardeering voor „Filippus" gaf me dit in. En de hoop, dat traktaatjes-voor-Filippusschrijvers er eenige winst mee liunnen doen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juli 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

Evangelisatie-lectuur

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juli 1931

De Reformatie | 8 Pagina's