GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT HET POLITIEKE EN SOCIALE LEVEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT HET POLITIEKE EN SOCIALE LEVEN

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

y" Tegen het Volksfront.

Er verschijnen in den laalsten tijd veel nauwkeurige berichten omtrent den werkelijken toestand in het hedendaagsche Rusland. De vergelijking van het levenspeil in den bolsjewistischen heilstaat met dat in de randstaten, waarover we een vorig maal schreven, viel volkomen ten nadeele van de Sovj et-Republiek uit. De mededeelingen van den heer Sidney J. van den BI erg, die op hel oogenblik zeer de aandacht in de pers trekken, bewijzen dat hel oordeel van den correspondent der „Neue Freie Presse", die de bedoelde vergelijking maakte, in alle opzichten juist is geweest. De toestanden zijn na een bijna twintigjarig Sovjet-bewind eenvoudig verschrikkelijk!

Ds B o e r k o e 1, die op hel oogenblik in „De Standaard" een boeiend verslag van zijn Russische reis geeft, bevestigt op zijn beurt weer de juistheid der waarnemingen van den genoemden industrieel.' Prof. de Quay, de bekende Roomsche econoom, komt bij een analyse van het tweede Russische vijfjarenplan eveneens tol de conclusie, dal de huidige levensslandaard in de Sovjet-Unie nog zeer laag is. ^) Zelfs de Amerikaansche correspondent, Louis Fischer2), die door hel tijdschrift „Rusland van heden" naar voren geschoven werd om een tegenaanval op de terreinwinnende bestrijders te ondernemen, moet erkennen, dal er nog veel gebrek in de U.S.S.R. geleden wordt.

Het lijkt er voorloopig nog niet veel op, dat de voorspellingen van Stanley Jones in vervulling zullen gaan. Met eenige bezorgdheid ziet deze auteur een tij-d van welvaart in Rusland naderen. Er is z.i. veel kans, dal de levensstandaard va|n deze natie omstreeks 1937 op één lijn zal komen te slaan met die van het Westen. „De onterfden", zoo luidt het, zullen „dit argument begrijpen". Stanley Jones verwacht een groote crisis in de „kapitalistische landen" als gevolg van hel toenemend productie- en consumptie-vermogen der Sovj et-Unie.

Maar van zulk een toename is nog weinig te bespeuren.

Nu moeten we steeds met beschouwingen over den economischen toestand van het Russische rijk voorzichtig zijn. Wie kan zeggen, hoe die over tien, twintig jaar, ook wanneer het huidige bewind zich handhaaft, is? Een land met zooveel hulpbronnen en grondstoffen zal, naar den mensch gesproken, zeker enorme hoeveelheden goederen kunnen produceeren. 3) Hel is verkeerd om angstig te zijn, wanneer er gunstige cijfers betreffende hel voorlbrengingsvermogen der Sovjel-Republiek verschijnen, het is verkeerd om blijde te zijn, wanneer ongunstige mededeelingeii ons bereiken. Een dergelijke wisseling van stemmingen verzwakt den geestelijken weerstand.

Al heeft hel Russische volk alle banden mei den Schepper doorgesneden, al is de huidige armoede het directe gevolg van zijn opstand tegen God, al plukt het de wrange vruchten van zijn demoni-

schen afgodendienst, onze deernis met zijn lijden zij even groot als onze verontwaardiging over zijn lasteren van den Allerhoogste.

De criüek moet zich in de allereerste plaats, op de bolsjewistische wereldbeschouwing richten. Alle „successen", die de toeJcomst nog zou mogen brengen, kunnen de „groote bloedvlekken van haat en wraak, gevormd op het kleed van het communisme" *), niet uitwisschen en den gruwel der goddeloosheid niet bedekken. Ook in de uiterlijk schoonste producten woekeren de kiemen van het verderf, waarmede de voortbrengende handen ze geïnfecteerd hebben.

Een onderzoek van de Russische samenleving •moet, wil het vruchtbaar zijn, met een studie van haar fundamenten beginnen. Het verband tussohen de bolsjewistische verrichtingen op staatkundig, sociaal en economisch terrein, en de principia, waarop zij berusten, mag nooit verbroken worden.

Aan de vruchten kent men den boom! De practijk van het bolsjewisme leert ons op zijn beurt weer veel omtrent het karakter en de kwaliteit der Marxistische beginselen. ^) De bittere ervaringen, bij de doorvoering van het oommunisttisch experiment opgedaan, hebben bij menigeen de „betoovering van het Marxisme" verbroken. De bestudeering van de afzonderlijke prestaties der bolsjewisten is dus zeker van het grootste belang, al mag men, zooals gezegd, de waarde van haar uitkomsten niet overschatten. Wie een antwoord op de Russische propaganda geven wil, moet zich een grondige kennis van al hetgeen in de Sovjet- Republiek geschiedt, verwerven. De voortdurende weei-legging van de eenzijdige voorstellingen, die de „vrienden van Sovjet-Rusland" geven, mist haar uitwerldng niet. Men hoede zich echter voor overdrijving naar de andere zijde, voor oppervlakkige conclusies en lichtvaardige toekomstvoorspellingen; alleen exacte studies kunnen bevrediging schenken.

Een mooi voorbeeld van zulk een studie is het pas verschenen boek van den leider der Engelsche vakverecnigingen. Sir Walter Citrine, getiteld: „1 search for truth in Soviet-Russia". (Ik zoek naar waarheid in Sovjet-Rusland.) ^)

De verschijning van dit werk is weer een bewijls voor de kentering der meeningen in verscliillende kringen. De critiek, we hebben het al eerder opn gemerkt, laat tegenwoordig een veel krachtiger geluid h o oren.

Menigeen gunde het bolsjewistische Rusland een kans. Er waren, zoo werd dikwijls beweerd, veel „verzachtende omstandigheden", die de fouten en tekortkomingen van het communistische régime begrijpelijk maakten. De „kerk" had veel bedorven, de afkeer van de „verburgerlijkte, kapitalistische maatschappij" was verklaarbaar en gerechtvaardigd, de sociale achterstand in Rusland was groot, kortom: de actie van het bolsjewisme kwam, zoo redeneerde men, voor een belangrijk deel uit de verontwaardiging over de misstanden van het „vorige régime" op staatkundig en kerkelijk terrein, voort. Ook in de Westersche landen waren velen, die van het z.g. „verburgerlijkte Christendom" en de „anarchie van het kapitalisme" niets moesten hebben. Er groeide een sympathie voor de „stichters der nieuwe sociale orde": Alles wat de bolsjewisten deden, geschiedde met de beste bedoelingen of onder den dwang der omstandigheden. De tegenstanders daarentegen waren onwaardige schepselen, „fascisten" zouden we tegenwoordig zeggen.

Het is een verblijdend teeken, dat met die oppervlakkige „moüef-spem"derij" en „goed-praterij" gebroken wordt. Twintig jaar heeft het bolsjewistische experiment geduurd, de tijd om een deugdelijke balans op te maken is gekomen.

En die balans valt geducht tegen. Citrine laat ons dat in zijn boek duidelijk zien.

Groote verschillen in de loonen, dure en sledite levensmiddelen, verschrikkelijke woningtoestanden en onophoudelijke bedreigingen, kenmerken het. leven in den z.g. heilstaat.

Het gelukte den Engelschen deskundige pas na veel moeite, om bij zijn tocht door Rusland, eenige vrijheid van beweging te verkrijgen. „Ik heb er genoeg van dat u mij als een klit aan het |lijf hangt, overal waar ik heen wil gaan; ik kan heusch wel op mijzelf passen", beet de invloedrijke leider zijn gids toe. „U weet heel goed, dal; het onmogelijk is om de werkelijke toestanden in uw land te weten te komen, tenzij na een zeer grondig onderzoek."

Dat grondige onderzoek heeft Citrine ingesteld. Wat liij in de sloppen der groote Russische steden zag, ontlokte hem de verklaring, dat geen enkele Brilsche autoriteit op hygiënisch gebied het bestaan van dergelijke stinkholen dulden zou. „Wij hebben", zoo vertelde hij aan zijn gids, die hem noodgedwongen volgen moest, „in Engeland krotten, die me het schaamrood op de kaken brengen als ik eraan denk, maar ik heb zulke krotten als hier, nog nooit gezien". In alle steden, die hij bezocht, constateerde Citrine een volslagen gebrek aan woningruimte en een ongelooflijke vuilheid, zelfs in de buurt van de meest moderne fabrieken. ')

Zeer uitvoerige mededeelingen over de loonen en de prijzen der levensmiddelen bevestigen de meening van anderen, dat de levensstandaard in Rusland zeer laag is. Het gemiddelde loon van een werkman in de Sovjet-Republiek is ongeveer de helft van het steunbedrag, dat de werkloozen in Parijs ontvangen. „Hoe kan", vraagt Sir Walter, „de Russische arbeider zich in die omstandigheden redden? Om de eenvoudige reden, dat in de meeste gevallen de loonen verdubbeld of bijna verdubbeld zijn door den arbeid der vrouw." Beter nog dan cijfers, wijst deze nood-gedwongen vrouwenai-beid het zeer lage niveau van het Russische leven aan. In de beschaafde landen wordt het als een ergerlijk kwaad beschouwd, wanneer slechts dank zij den arbeid der huisvrouw in de fabriek, het gezin voldoende inkomsten heeft om van te leven. De sociale strijd richtte zich steeds terecht tegen dergelijke wantoestanden. Maar in den commmiistischen heilstaat moet de echtgenoote fabrieksarbeid verrichten, anders verhongert het gezin.

En welk een arbeid! De heer Sidneyvanden Berg heeft daarover het volgende medegedeeld:

„Vrouwen verrichten den allerzwaarsten arbeid: wegenbouw, graafwerk etc. ziet men meer door vrouwen dan door mannen verricliten. In de groote tractorenfabrieken in Stalingrad zagen wij vrouwen in de ontzaglijke hitte van de hoogovens met gloeiende stukken metaal sjouwen. Het is dan ook geen wonder, dat deze vrouwen reeds op betrekkelijk jeugdigen leeftijd er oud en vervallen uitzien. Wat er van het huiselijk leven terecht moet komen, wanneer deze vrouwen na den arbeidsdag thuis komen, is licht te begrijpen. En niet alleen, dat deze vrouwen overdag werken: zij werken, precies als de mannen, ook in nachtploegen en in de verschillende bedrijven."

De weinige „modelinrichlingen", waarin de kinderen „zoo goed verzorgd zijn", aJs „moeder in de fabriek werkt", doen als een bespotting van het groote leed aan. ^)

En dan bedenke men nog, dat het gezamenlijk opgebrachte loon eigenlijk alleen toereikend is voor het koopen van het eenvoudigste voedsel en eenige slechte kleeding. Citrine zegt uitdrukkelijk, dat de gehuwde Russische man zeer weinig voor zijn kleeren, voor meubels en genoegens uitgeeft.

Dat een dergelijke verplichte vrouwenarbeid het geheele gezinsleven ontwricht, spreekt vanzelf. De lichtzinnigheid, waarmede in do Sovjet-Republiek het „probleem van huiselijk leven" behandeld wordt, is ontstellend groot. In de Russische courant „Z a Indus tri ali s a t si o u" van 16 September 1935 5), komt een bericht voor over twee echtgenooten, die in dezelfde fabriek werkten. De directie wilde de huisvrouw naar een andere afdeeling van hetzelfde bedrijf verplaatsen, die in een verafgelegen stad gevestigd was. Zij weigerde, omdat zij haar man niet wilde verlaten. Men ontsloeg haar onmiddellijk, en op haar klachten antwoordde de directeur letterlijk: „Een echtgenoot mag voor u geen verhindering zijn. Daar waar gij naar toe zult gaan, zult ge wel twinüg anderen vinden".

Wat zulk een ontslag beteekcnt, weet ieder. Gesloten fabriekspoorten, bittere armoede, onthouding van het allemoodigste, berooving van alle voorrechten, uitstooting uit de samenleving, ondraaglijke terreur.

Waar ter wereld bestaan zulke grove sociale misstanden, waar ter wereld wordt zoo met het heiligste gespot? Wie heeft nog den moed om iets ter verdediging van het bolsjewistiscli bewind te zeggen ?

Neen, Citrine moet niets meer van Rusland hebben. Evenals Muggeridgei°), is ook hij getroffen door de voortdxu-ende vrees, welke het leven van het Russische volk onrustig maakt. De fabrieken en centrales worden „met het oog op de vijanden", door militairen scherp bewaakt. De argwaan bebeerscht alle verhoudingen, niemand is te vertrouwen. „Vanaf zijn prille jeugd staat de werkman onder controle, en wel in een mate als het kapitalisme nooit heeft weten te bereiken. De controle begint bij de kinderwieg en duurt het geheele leven... de arbeiders zijn slechts raderen in de Sovjet-machine, zij bezitten geen vrijheid".

De leider van de „Trade-Unions" behoordte ook tot degenen, die het bolsjewisme een kans hadden gegeven, wijl het een „belangwekkende poging waagde om de socialistische beginselen toe te passen". Hij wilde nu met zijn eigen oogen zien in hoeverre het experiment gelukt was.

Zijn teleurstelUng is groot. Met den meesten aandrang waarschuwt Citrine, die zeker niet tot den rechtervleugel der Labour-party behoort, voor een bondgenootschap met de communisten. „Terwijl wij een waarachtig geloof in den yrede bezitten, minr achten en verguizen zij het pacifisme. Hun politiek van gewelddadige revolutie moet tot een burgeroorlog leiden, die bloed k o s t. Wij zien weinig verschil tusschen deze revolutie en een anderen oorlogsvorm. Het doel is misschien een ander, maar de middelen zijn de^ aelfde".

„De tactiek van het eenheidsfront is sedert Lenin niet veranderd. Zijn doel is in onze vakbeweging binnen te dringen om daar het commmiisme tot ontwikkeling te brengen. Maar hoe kunnen wij een fascistische dictatuur veroordeelen en haar toelaten, wanneer zij door de commiuiisten in practijk gebracht wordt? ... De methodes van beide dictatm-en zijn voor een groot deel dezelfde. Wat is het onderscheid tusschen de Russische Gepeoe, de Duitsche Gestapo en de Italiaansche O V r a ? Rusland heeft eveneens alle politieke oppositie onderdrukt. Vrijheid van meeningsuiting., vrijheid van drukpers, vrijheid van vereeniging worden aan allen geweigerd, behalve aan de oommunislische partij."

Wij hebben aan deze waarschuwingen niets toe te voegen. Mogen ze overal gehoord worden, ooik door het „Nederlandsche Comité van Intellectueelen tegen het naüonaal-sociaUsme", dat wel de fascistische dictatuur veroordeelt, maar de communistische niet.

Dit comité gaat zelfs nog verder. Het aanvaardt dankbaar den steun van vurige verdedigers der Sovjet-Republiek, om het begeerde doel te bereiken.

Wellicht dat sommige van de leden van dit comité door Citrine van hun ernstige dwalingen genezen zullen worden.


1) Zie „Economie", Nov. 1936: „Of ook de ontwikkeling van het tweede vijfjarige plan wederom en in dezelfde mate gekocht is met de armoede der bevolking, is naar mijn meening niet stellig te bewijzen, al staat wel vast, dat de welstand in het Russische rijk ver bij die van de meeste andere deelen van de wereld ten achter staat. De indruk is, dat de toestand sinds 1932 nog niet veel verbeterd is."

2) Deze correspondent wordt ook dikwijls door de Webb's geciteerd.

3) V.g. Sidney ƒ. v. d. Berg: „Het land is ontzaglijk rijk aan bodemschatten: goud, platina, olie, kolen en metalen in geweldige hoeveelheden En, ondanks de meest ondoelmatige leiding van industrie en maatschappij, zal Rusland langzaam vooruitgaan." (Aangehaald door de N. R. Crt. van 16 Nov." avondblad, uit de „Vrije Democraat".)

4) Stanley f ones: „Christus' Antwoord op het Communisme", pag. 131.

5) V.g. Boris Brutzkus „Economie Planning in Soviet- Russia". In dit verband wijzen we ook op de talrijke studieën over het Russische landbouwvraagstuk, zoo b.v. die van Dt Otto Schiller.

6) Hier is gebruik gemaakt van het artikel over dit boek in „Revue des Deux Mondes", 15 Oct. 1936, pag. 829 (auteur F. Eccard). „De Standaard" van 23 Oct. maakte zijn lezers op dat artikel attent. .._ .. ,

7) De heer Sidney van den Berg had dezelfde ervaringen. Tusschen beide waarnemers bestaat groote overeenstemming. Zoo klagen beide over het ontzaglijk zware werk bij den wegenaanleg e.d., en over de ergerlijke vervuiling en verwaarloozing, die zij bij de arbeiders constateerden. „Arme stakkers, slecht gekleed, bedekt met modder men verzekerde mij, dat het geen gevangenen waren, maar vrije arbeiders". (Citrine.)

8) Citrine geeft cijfers. Slechts voor 11 pet. van de kinderen, zijn crèches beschikbaar. Ergens stelt hij vast, dat op 14000 werklieden, 300 crèches aanwezig waren.

9) Zie „Revue des deux Mondes", 1 Mei 1936, pag. 137 (141). „En U. R. S. S. — Le Problème du Foyer et de la Familie".

10) Zie „Reformatie" van 13 Nov.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 november 1936

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT HET POLITIEKE EN SOCIALE LEVEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 november 1936

De Reformatie | 8 Pagina's