GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

EVEN PARKEEREN.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EVEN PARKEEREN.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De twaalf werkloozen.

Op den Pinksterdag was er te Jeruzalem een kerk zonder gebouw, een gemeente zonder naam en waren er twaalf apostelen zonder werk. Zij droegen een ambt, het wereld-apostolaat, maar vonden nog geen ambtsbezigheden. Petrus vroeg als het ware aan Johannes: Hebt gij catechisanten? en Johannes schudde van neeai. Hoe moest dat nu? De apostelen hebben daar geen foefjes op bedacht. Zij hebben geen studie gemaakt van massa-psydiologie, zij zijn niet bij een relhor lessen gaan nemen. De Heiland had hen niet bevolen: fascineert de menschen, sleept ze mede. Maar de Meester had bevolen: Onderwijst de volken! Over de vraag: Hoe krijg ik de menschen? behoeft de kerk zich nooit druk te maken. Zij heeft zicli maar "één vraag te stellen: Wil ik gehoorzaam zijn? Ben ik bereid te gaan, waar Jezus mij roept ? Als zij gehoorzaam is, zal zij verbaasd staan over het vele werk dat God haar toebetrouwt. Wie dienen wil, Gods last volbrengen, naar Gods methode arbeiden, die zal meer werk krijgen dan hij afkan. God leere ons de dwaasheid af maar steeds in statistiekjes te pluizen. De Goede Herder heeft geen statistiek aangelegd' van verloren schapen, Hij heeft het verdwaalde schaap gezocht totdat Hij het vond! God vestigde Zelf de aandacht op do gemeente. Als een vreemdeling gevraagd had naar de samenkomst der Nazareners, had zelfs geen politie-agent hem den weg kunnen wijzen. Een brief aan de sekte der Galileërs ware zeker als onbestelbaar teruggekomen. Maar God brengt de duizenden voor de huiskerk te samen. Daar verkondigt de gemeente aan de wereld de groote werken Gods. Niet in een doode taal, zooals Romo doet en daarin het apostolaat verlooGhent, maar in de levende talen der mensclaheid. Dan vervult Petrus als de Apostel-Straatprediker de opdracht: Onderwijst de volken! Uit een oogpimt van onderscheidenlijk prediken stelt de Pinksterrede van Petrus ons wel ©enigszins teleur. Er was toch allerlei verschil tusschen de hooi-ders. Denkers met spitse kinnen spraken van: een merkwaardig verschijnsel. Eerlijke kerels met een ontvankelijk gemoed erkenden: ik voel mij niets op mijn gemak. Anderen vluchtten in den spot en dachten zich zoo veUig te stellen. Maar Petrus vat hen allen samen in de aanspraak: Mannen Broeders! Zoo'n Verbondsman! zouden wij haast geërgerd willen uitroepen. Wij zouden den apostel wel aan een slip van zijn kleed willen trekken en raden: Zeg: waarde vrienden! of: geachte hoorders! Of: mede-reizigers naar de eeuwigheid! Maar Petrus spreekt hier van den Groeten Vader, Die de kinderen des Verbonds xoepen gaat. In de rede van Petrus is duidelijk een pauze. Dat is geen oratorische pauze geweest. De apostel heeft niet zoo'n beetje rondgekeken of hij zijn gehoor had of niet. Om, als hij mogelijk tot de ontdekking gekomen ware, dat zijn onderwijs te zwaar was, tot een exemplaai- uit do groote ©ditio boeken der Ie eken de toevlucht te nemen. Als de dienstknecht des Heeren niet afkomt van al die foefjes en trucjes, is hij voor den diensit in het koninkrijk verloren. Neen, niet Petriis, maar Gód maakt een pauze in de prediking. In de zielkunde spreken wij van intentie. Daaronder verstaan wij die functie van den menschelijken geest, waardoor wij de dingen gaan betrekken op onszelf. Maar bij de predikmg van het evangelie is het de Heilige Geest die onze intentie richt op het gepredikte evangelie. Dan zit men met zijn dertigen in een zaaltje en dan maakt de Geest alsol tot ons alleen de woorden des levens gesproken werden. Ja, dan staan daai- duizenden en de Geest stelt onder die duizenden den mensch apart. De Heilige Geest maakt de prediking persoonlijk. Dat kan de prediker niet doen, dat moet hij laten! Dat is zijn werk niet. Daar zorgt de Heilige Geest voor op een wonderbare wijze. Dan hooren duizenden de woorden: Een iegelijk die den Naam des Heeren zal aanroepen, zal zalig worden. Maar de Geest doet mij wat anders hooren: ik zal den naam des Heeren aanroepen en ik zal zahg worden. Dan hooren de duizenden: Gijlieden hebt den Vorst des Levens aan het kruis gehecht en gedood'. Maar dan doet de Geest mij hooren en naspreken:

Ik sloeg Hem al die wonden, Voor m ij moest Hij daar staan I k deed met m ij n e zonden. Hem al die jamm'ren aan!

Wie heeft ooit zulks gehoord? Wie heeft dergelijks gezien? Zou een land kunnen geboren worden op een eenigen dag? Zou een volk kunnen geboren worden op een eenige reize?

Legt toch uw kleinmoedigheid af en verblijdt u met Jeruzalem en verheugt u over haar, al hare liefhebbers. Weest vroolijk over haar met vreugde, gij allen, die over haar zijt treurig geweest.

Ik geloof in den Heiligen Geest.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juni 1938

De Reformatie | 8 Pagina's

EVEN PARKEEREN.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juni 1938

De Reformatie | 8 Pagina's