GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

GEESTELIJKE ADVIEZEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEESTELIJKE ADVIEZEN

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Alle inzendingen, deze rubriek betreffende, aan Ds D. van Dijk, Akkerstraat 26, Groningen.)

„Niet overdrijven”.

I.

In den laatsten tijd wordt telkens gewaarschuwd voor eenzijdigheid en overdrijving. „Ja, " zegt men dan, „'tis wel goed, dat daar eens op gewezen wordt, maar — men moet dat niet te ver drijven, men moet niet eenzijdig worden, want overdrijving is altijd de moeder van ketterijen."

„Het is goed, " zegt men, „dat op de waard'a van het verbond gewezen wordt, maar gij moet ook op andere dingen letten; de verkiezing is er" immers ook."

„Het is noodig, " zegt men, „dat gij! u wacht voor wereldgelijkvormigheid, maar ziet toe, dat gij niet geraakt tot doopersche mijding."

„Niet te ver gaan, niet eenzijdig worden." Niet waar, dat klinkt behartigingswaard. En toch meen ik, dat er tegen deze redeneering

groote bezwaren zijïi ia te brengen.

Heel kort kan ik dat bezwaar aldus onder woor^ den brengen: „Op een goeden weg kan men nooit te ver gaan. Als iemand, dóórloopende op den weg, dien hij insloeg, tenslotte verkeerd uitkomt, dan deugt die weg van het begin af reeds niet.

Indien uitwerking en doorvoering van een beginsel tot eenzijdigheid voert, dan is dat beginsel niet zuiver geweest."

Ik wil, om duidelijk te maien wat ik bedoel, een voorbeeld geven.

Daar is de deugd der zuinigheid en de de ondeugd der gierigheid.

Nu is het voor veler besef zóó, dat gieriglieid te ver gedreven zuinigheid is, dat iemand, die op het pad der zuinigheid doorloopt, tenslotte aanlandt bij het station gierigheid.

Maar dat is niet juist. Zuinigheid en gierigheid zijn geen in graad verschillende dingen, maar zij zijn in beginsel totaal ondersdieiden.

Een zuinig mensch is het er om te doen zijn geld zoo nuttig mogelijk te besteden.

Een gierigaard stelt zich ten ideaal zooveel mogelijk geld te vergaderen en te behouden om zich in het bezit daarvan gelukkig te gevoelen.

Die twee dingen zijn naar hun aard zoo verschillend, dat het één uit het ander niet voortkomen kan.

Als iemand, die door zichzelf en door anderen, voor zuinig gehouden werd, door toespitsing van zijn levenshouding tot klaarblijkelijke gierigheid komt, dan kunt ge er zeker van zijn, dat hij van. het begin af „gierig" geweest is.

Eigenlijk ligt 'dat toch ook voor de hand.

Hoe zou ooit een deugd zoover gedreven kunnen worden, dat het een ondeugd wordt?

Wie dat aanvaardt, die geeft daarmee toe, dat deugd en ondeugd zich bewegen in dezelfde richting, terwijl zij inderdaad twee, precies aan elkander tegengestelde kanten uitgaan.

De ééne (de deugd) naar God toe, de andere (de ondeugd) van God af.

Zoo uu gaat het met alle dingen. Wie zich beweegt in de goede richüng, kan nooit te ver gaan.

Bijvoorbeeld: de quaestie van de wereldgelijkvormigheid. Wie wil leven naar het Woord van God erkent ook het natuurlijke leven als Gods Schepping en gelooft, dat de bedoeling van Christus' werk is „de vernieuwing, de herstelling van heel Gods wereld." Zij zonderen zich daarom niet af, maar zien het als hun roeping, als medearbeiders van Christus, héél het leven te brengen onder de heerschappij van het Koninkrijk der hemelen; wetenschap en kunst, staat en maatschappij.

De dooperschen daarentegen malcen een tegenstelling tusschen natuur en genade. Heel de bestaande wereld gaat onder, verdwijnt; daarvoor in de plaats komt een geheel andere, een nieuwe wereld; vrucht van Christus' arbeid.

Daarom moet de geloovige zich met deze wereld niet bemoeien. Dat is toch een verloren zaak.

Do gemeente behoort, naar doopersch inzicht, zich geheel van de wereld te separeeren, om als een groep van louter heiligen, geheel haar eigen leven te leven, ook in politiek en sociaal opiziclit.

Wie deze twee beginselen naast elkaar legt, ziet onmiddellijk, dat wij, door overdrijving van het Schriftuurlijk standpunt nooit tot doopersche mijding zullen kunnen komen.

Wij zeggen: „de wereld moet voor Christus veroverd".

De dooperschen zeggen: „de wereld moet door ons aan haar lot overgelaten worden".

Wanneer wij dus leven uit Calvinistisch, Gereformeerd, Schriftuurlijk beginsel, klaar en consequent, ja, dan zullen wij ons zeker wel eens van bepaalde dingen onthouden; b.v. bioscoop, schouwburg en dergelijke; maar dat doen wij dan niet, omdat wij kunst en techniek, zooals die in de wereld bloeien, als zoodanig verwerpelijk achten, maar omdat deze dingen, in dezen concreten vorm, zich zoo aan ons voordoen, dat wij het onmogelijk achten met een goede consciëntie daaraan deel te nemen; omdat wij meenen, dat wij daardoor deelnemen aan de zonde en zoodoende de kracht verspelen, die wij noodig hebben, juist om de wereld voor Christus te winnen.

De onthouding der dooperschen is gericht op het prijsgeven van de wereld; De Gereformeerde onthouding bedoelt juist het zichzelf gaaf houden tol wereldoverwinning.

Nooit moet daarom de waarschuwing in dezen vorm gesteld: „ga niet te ver, kom niet tot doopersche mijding".

Maar zóó moeten wij zeggen: „Geef u goed rekenschap van uw roeping, die gij tegenover de wereld hebt, naar Schrift en belijdenis; laat daardoor uw leven beheerschen."

Dan kan het wel eens zijn, dat iemand zich onthoudt van iets, waarvan ik meen, dat ik er wel aan deelnemen kan, maar dan heeft dat met doopersche mijding niets te maken.

Heel die moraal: „niet ver gaan in deze of die richting, " deugt niet.

Wij moeten leeren te leven uit het principe. zuivere

Het gaat niet om het j, te ver", óf „niet ver genoeg", óf „juist van pas".

Het gaat om de richting, waarin ik ga. Is die richting juist, dan kan ik niet verkeerd uitkomen. Den volgenden keer hoop ik dat nog op een'bepaald punt toe te passen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 februari 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

GEESTELIJKE ADVIEZEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 februari 1939

De Reformatie | 8 Pagina's