GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LITERATUUR EN KUNST

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Twee romans uit de Cultuur-Serie.

„Er voert geen weg buitenom", door Maxence van der Meersch. — Zuid-Holl. Uitgevers- Mij., Den Haag. „De populieren fluisteren", door Lode van der Schelde.

Een boek uit de CultuiirHserie is het waard, dat men in een bespreking bij'zondepe aandacht wijdt aan de uitvoering. Wat zijn deze uitgaven prachlïg! De houtsneden van Anton Pieck — «n het zijn er tientallen — verleenen het boek ©en bijzondere distinctie. Men kan, wat het uiterlijk betreft, begrijpen dat de uitgevers de leus aanheffen: „Eea boek uit de Cultuurserle is een gieschenk voor het leven".

Jammer is hét daarom, dat ionerlijk en uiterlijk niet op hetzelfde peil staan. Niet alsof „Elr voerti geen weg buitenom" geen lezenswaardig boek zou zijn. Maaï" het rechtvaardigt toch niet den glrooten ophef, waarmee het aangekondigd wordt.

Karlien, de jonge Vlaamsche vrouw, loopt w^ van den bruten woesteling Go-mar, met wien ze getrouwd is. Ze vindt een toevlucht bdjl haar oom en tante. Voor oom Domitiaan heeft ze als tóndi al een groote vereering gehad, een vereering die langzamerhand overgaat in liefde. Tenslotte' wordt er uit hun verhouding een kind geboren. Domitiaan wordt gedood door Karlien's man, en Karlien trekt weg met haar kind De tante, Wilfrida, die den doode hartstochtelijk heeft liefgehad, brengt na een zwaren strijd het offer. Ze neemt Karlien met het kind biji zich.

Maxence van der Meersch schrijft goed. Hij gaat zich niet te buiten aan realistische tooneelen, al zou men dat na de inhoudsweergave missöhien verwachten. Het boek leest aangenaam. En todi', als geheel laat het niet dien diepen indruk achter, dien men na lezing van het eerste gedeelte verwacht. Zoolang Karlien en Gom ar de hoofdrollen spelen, is Van der Meersch in zijln kracht. Hoe Bpannend en fel van kleur is bijvoorbeeld het hanengevecht beschreven, dat op den zolder van Gomar's herberg plaats heeft! Dit behoort bot die beste stukken van het boek, evenals de beschrijving van Gomar's mislukten smokkeltocht en van zijn dood. De dronken woestaard, ia zijn ongebreidelde kracht, is alle douanen te slim af. Tenslotte wordt hij' toch gepakt. Maar niet voordat hij' de douanen tot het uiterste heeft getart door een heelen nacht lang tot aan zijn middel in het ijskoude water van de Lij© te blijven staan, met zijn pak smokkelwaar, dat hem op dit neutrale gebied niet ontnomen mag worden!

Wanneer echter Domitiaan en Wilfrida op' den voorgrond komen, schiet de schrijver tekort. Hij slaagt er niet in, om deze figuren levend voor ons te maken. Oom Domiüaan, de schrijver en dichter, Idoet ons al heel erg als „maakwerk" aan. De schrijver put zich uit om ons van de grootheid van deze figuur te overtuigen, maar de Domitiaan' dien we te zien krijgen is vaak theatraal en zelfingenomen. In hun verhouding tot elkaar zijn Domitiaan en Wilfrida wel heelemaal verliteratuurd. We zien ze niet als wezens van vleesch en bloed^ zooals we Gomar en Karlien zien. En dat geeft het boek iets onevenwichtigs. Want tenslotte moest het zwaartepunt toch liggen in de figuur van Wilfrida, die uiteindelijk het offer brengt. Anders is de titel niet te verklaren. En 'daar ligt het zwaartepunt niet. Ondanks de zeer goede natuurbeschrijvingen geeft het boek daardoor niet, wat we er aanvankelijk van verwachten.

Tot nog toe hebben de uitgevers van de Cültuurserie alleen maar vertaalde boeken aan de markt gebracht. Verscheidene „Schlagers" waren daarbij^ we herinneren alleen maar aan de trilogie van Gulbranssen en die van Margaret Mitchell! Ze brengen nu echter voor de eerste maal ook een oorspronkelijke, Nederlandsche roman, en nog wel een debuut. Het is „D"e populieren fluisteren", door Lode van der Schelde.

Dit boek is, zoo mogelijk, nog mooier van ultvoering dan het eerstgenoemde. De band is van een nieuw materiaal, synthetisch perkament. Anton Pieck verzorgde weer de illustraties. De pagina's zijn rood omlijnd, en iedere beginletter van een hoofdstuk is op origineele wijze verwerkt in een kleine houtsnede. De uitgave is werkelijk een lust voor de oogen, iets zeldzaariis.

De ondertitel luidt: „roman uit het leven der vlasboeren". Wie de trilogie van Johan Fabricius las: „Komedianten trokken voorbij" en de daarop volgende deelen, zal zich verbazen over het feit dat twee romans zóó eenzelfde gegeven kunnen behandelen. Het gaat hier, evenals in de trilogie van Fabricius, om een kind dat geboren wordt uit de verhouding van een Roomsdli geestelijke en een dorpsmeisje. Althans, de schrijver wekt vermoedens in ons dat Pol het kind is van pastoor Sander, en niet van den arbeider waarmee Monica trouwt. Beide auteurs beschrijven het onstuimige, op ondergang uitloO'pende leven dat in dienst staat van de misdaad. In het slot is weer merkwaardige overeenkomst. Komt Benedetto (Fabricius' hoofdfiguur) tenslotte tot zijn laatste misdrijf, lijkroof, in , ; De populieren fluisteren" is Pol's laatste daad eveneens lijkroof. Beiden bestelen hun gewezen weldoenster voor deze begraven wordt.

Dit boek speelt in Vlaanderen. En evenals men bij' de beoordeeling van Fabricius' trilogie rekening moest houden met de locale kleur, moet men het ook bij' dit boek van Lode van der Schelde. De mentaliteit van het Noorden en die van het Zuiden zijn zoo geheel verschillend. De kerk en het stamiu'ce staan broederlijk naast elkaar, letterlijk en figuurlijk, en Menheer Pastoor pakt evengoed een pinteken als de anderen. Héél goed is de teekening van Sander, den levenslustigen pastoor die over zijn parochie heerscht als een koning. Trouwens, dit boek geeft meer goede figuren. Monica, het on-

getemde dorpskind, dat na Pol's geboorte heele*maal opgaat in de zorg voor haar zoon; de oude, statige Abdis, Dame Marie-Madeleine, en nog zooveel anderen. Bruisend van leven zijn zie, in hartstochtelijke vitaliteit leeft heel deze kleine gemeenschap van dorpsmenschen zijn lusten uit.

En dit beantwoordt meteen de vraag in hoever we dit boek kimnen waardeeren. Ondanks alle voortreffelijke milieu-schildering en pfachtige karakterteekening is „De populieren fluisteren" voor ons onaanvaardbaar. Deze menschen, die trouw ter misse gaan en in de schaduw der kerk leven, houiden er zedelijke begrippen op na, waar we als Christenen vierkant tegenover staan. De Christus, Wiens beeld aan alle stamineekens hangt, is niet m^er dan een symbool. En dat symbool wordt dan nog vaak zóó gebruikt dat het ons als profaan aandoet. Dit laatste maakt dat bij de beoordeeling van „De populieren fluisteren" onze bezwaren nog grooter zijn dan bij die van „Er voert geen weg buitenom". Bij het laatst-besproken boek valt de afwijzing ons zwaarder, omdat het ontegenzeggelijk literair veel hooger staat. Maar als we biji de al of niet waardeering van den z.g. „modernen roman" niet principieel blij'ven, wat voor nut heeft deze rubriek dan tenslotte?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 1939

De Reformatie | 8 Pagina's