GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

GRONINGER Brieven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GRONINGER Brieven

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amice frater. neven

De vreeselijke val der christelijke zending in het Oosten, de ondergang der christelijke kerk daar, mee ook tengevolge van de afdwaling der synodocratische zending, de voortgang der valsche profetie bij de Bavincks en Verkuyls, en wie daar meer mogen zijn, het verzinken daar in wereldraad en wereldkerk, is eindelijk dan ook prof. Zuidema te machtig gewor-

•den. Wij behoeven het niet te verhelen, dat wij van de-.zen begaafden man veel ook voor de reformatie der kerk hebben verwacht, en dat hij ons met anderen 'van zijns geUjken zeer heeft teleurgesteld.

Ik meen mij te herinneren, dat hij zelfs de leiding : der antirevolutionaire partij ten aanzien van de Eind-.hovensche synode uit den brand redden moest door 'jets goeds van die synode te zeggen.

• Dat hij zelfs voor de oecumenische actie het pleit •voerde.

Hoe dit ook zij, het gebeuren in Indië ten aanzien van de kerk heeft hem tot in het diepst van zijn ziel igeroerd en hij is uitgebarsten in eenige waardig-felle artikelen, die hij in het dagblad „ïrouw" plaatsen 'mocht als hoofdartikel.

Zij zijn onze aandacht ten volle waard. De aan-.dacht van heel ons volk. Met een woord van den bekenden wijsgeer Beerling, die voor een ongeloovige ©en goeden kijk heeft op de „crisis van den modernen mensch", maar den weg tot behoud helaas niet kent, roept dr Zuidema uit: de lampen gaan uit in

Europa. De lamp der kerk in Indië gaat uit. De lamp der christenheid.

De lamp van het Woord en der aan het Woord getrouwe Belijdenis.

' De lamp der kerk, die, zooals dr Zuidema het zegt, alleen als kerk bestciansrecht heeft — wij zouden zeggen: kerk is — als zij zich baseert op het belijden van de kerk aller eeuwen.

In Indië spreekt men nu niet meer van de belijdenis, maar van het belijden. Het doet er niet toe, wat men belijdt', als men maar behjdt.

De aloude belijdenis zou, zoo meent men, slechts een product van Westers'ch denken zijn, niet geschikt > oor het Oosten.

Oost is oost en west is west, naar het recept van Ruduard Kipling.

Wat die geweldige wijzen uit het Westen, verwaaid naar het Oosten, ons omtrent dat groot verschil, wat dan de ziel des menschen betreft, kunnen vertellen, moet, naar zij meenen, heel bijzonder treffend zijn. Ik hoorde eens een hunner verhalen, hoe een Mohammedaan dacht. Wonderlijk — ik hoorde er niets vreemds in, want zoo ongeveer denkt ook wel een liberale boer in ons gewest.

Maar goed, van die wereldkerk zegt prof. Zuidema, dat zij goed en kwaad, waarheid en leugen, profetie en valsch profeteeren rustig naast elkander gedoogt, zoodat, naar men dan zegt, het onderscheid tusschen modemisme en orthodoxie „gelukkig" bezig is te verdwijnen.

Zoo gaan dan de lampen uit in Europa en het groots wereldlicht der wereldkerk straalt breed uit over de aard. Of is het de duisternis waarin ge geen hand meer voor de oogen kunt zien?

En dan roept prof. Zuidema de Schriftgeloovigen in Nederland hartstochtelijk op tot aaneensluiting der gelederen.

Ik heb het met dankbaarheid gelezen.

Maar is, wat dr Zuidema van Indië zegt en den gang van zaken daar, niet precies zoo geldend voor • de Ned. herv. kerkgemeenschap hier, waar de volgelingen van Barth de leiding in handen nemen?

Ja — dreigen niet de synodocratische kerken gelijken weg op te gaan, waar de valsche profetie ook menigmaal van de ware niet meer wordt onderscheiden?

En dat is geen verschijnsel van de laatste jaren. Reeds in den Geelkerkenstrijd dreigde dit kwaad.

En ik mag zeggen in heel mijn journalistieken arbeid mee gevochten te hebben tegen het volkje, dat thans in de synodocratische wereld, kerkehjk, politiek en sociaal, den toon aangeeft. >

Daarom mogen wij wel allen dag den Koning der kerk met groote blijdschap danken, dat Hij weer tot de belijdenis der-vaderen heeft teruggeleid, teruggeleid naar het Woord Gods, tot de belijdenis ook omtrent de kerk, die onder ons steeds meer in vergetelheid dreigde te geraken.

En daarom geeft het roepen: sluit de gelederen, gij Schriftgeloovigen in Nederland, niets, als men geen oog heeft voor de genade, die onze God ons in de vrijmaking der gereformeerde kerken heeft geschonken.

Wie om het behoud van de lamp bidt, moet den weg bewandelen, dien de Koning der kerk ons wijst. Niet het sluiten der gelederen brengt baat, maar onze eenvoudige trouw aan Woord en belijdenis.

En al zouden er dan maar tien, al zou er maar één in ons zwaargetroffen volk overblijven, die de vaan der Reformatie mocht opheffen, dan zou daar den weg tot behoud van kerk en vaderland gewezen worden. Niet waar wij staan, al is het ook met honderdvijftigduizend, maar waar de Heere wil, dat wij zullen staan, in gehoorzaamheid achter Hem, Wien alle macht is gegeven in den hemel en op de aarde, dat beslist over het lot van ons volk en van Europa.

Prof. Zuidema vond nog plaats voor zijn roerende klacht en zijn oproep in het dagblad „Trouw", dat dan gezegd wordt ook de antirevolutionaire politiek te verdedigen.

Maar laat hij nu eens het Püiksterartikel in datzelfde blad lezen. Wie wil weten hoezeer de lampen ook in ons land worden gedoofd, neme kennis van wat er in die z.g.n. algemeen christelijke bladen over het Pinksterfeest zooal wordt gezegd.

Trouwens nooit spreekt de val van ons volk en van Europa ons meer toe dan op den Dag des Heeren, en pp de Christelijke feestdagen. Èn het allermeest is dit het geval, als de uitstorting des Heiligen Geestes in Zijn kerk wordt herdacht.

'Socialistische en liberale bladen spreken dan hun , lasterlijke taal over Gods groote werk voor Zijn kerk.

En wat ook nu weer in een zich nog noemende christelijke pers werd gegeven, was al weinig, beter, eigenlijk veel erger, omdat de leugen zich daar kleedt in een vroom gewaad.

Wat lazen wij nu in het Piaksterartikel in „Trouw" ? Luister maar.

„En zij werden allen vervuld met den Heiligen Geest. Let u wel. Ze kregen dus oneindig meer dan „heilige geest". Zij kregen den Heiligen Geest. Neen, dat is maar geen beroering en beweging in hun eigen geest, wat' wilt u: zuivere gevoelens, edele strevingen, nieuwe ideeën. Dat is zelfs maar niet: wedergeboorte, bekeering, hartsverandering, een geestelijke opwekking, een reveil. Hoe geweldig dit alles ook moge zijn — en af te bidden — u raakt daarmee nog niet aan den eigenlijken rijkdom en heerlijkheid van Pinksteren. U zit dan altijd nog maar in het platte menschelijke vlak. Nu in het platte vlak van den vromen mensch en dat is nog de meest gevaarlijke mensch. Er is geen satanischer vorm van het bedroeven van den Heiligen Geest dan vanwege de geestelijkheid den Geest niet meer te zien. Pinksteren is de beweging in het verticale vlak. Pinksteren is beweging naar den mensch — van God".

Alles Barthiaansch geredeneer. •

En dan wordt verder gezegd, dat God, de God van de hooge bergen en de wijde zeeën, de God van de kribbe en van het kruis, op den Pinksterdag even reëel neerkwam, als in den kerstnacht in Bethlehem. Toen kwam Hij neer in het vleesch, om als mensch voor deze wereld te sterven. Nu komt Hij neer in den geest, om als Geest op deze wereld te leven.

En dan wordt verklaard: als de kerk dit nu maar verstaat, dat ze er voor de wereld is. Dat ze de basis is, van waaruit God in deze wereld opereeren wil. „De injectiespuit in de hand van den hemelschen Heelmeester, volgezogen met den Heiligen Geest, om ze leeg te Spuiten in het zieke lichaam van de wereld".

En als deze schrikkelijke taal ten einde is, dan wordt gejuicht: als wij nu maar het Pinksterwoórd in onze monden krijgen, niet het muffe, het verschraalde kerktaaltje, maair het levende W, oord. Ik spatieer.

Zié, daar was het in het bizonder om te doen.

Prof. Zuidema heeft wel gelijk: zoo gaan de lampen uit, ook in de antirevolutionaire partij en allerwege.

Wij leeren in onze eeuw een nog listiger aanval op de kerk des Heeren, de kerk der Reformatie, kennen, dan ooit te voren. Die aanval was er in de gnostiek, hij is er weer. Dde aanval was er in de mystiek van een Böhme, en van de „Theologia Deutsch". Hij is eiweer, maar nog meer geraffineerd.

De lampen gaan uit in Europa. Laat ik uit de vele staaltjes van verleiding in Christelijken kring er nog één noemen.

Ik las van een vergadering van Hervormde vrouwen, die zich ook' al bezinnen, naar gemeld werd. Dat is een dagelijksche bezigheid in onze dagen. Welnu — ter inleiding van die bezinning sprak daar een inspecteur van onderwijs. Die huidige inspecteurs, die toekijken als 'een ander werkt, een der meest belangrijke werkzaamheden in onze dagen van staatszorg en staatsregeling en staatsopvoeding, zijn' geweldige psychologen. Zij ~hebben de menschelijke ziel in een doosje. Deze had een doos noodig, want hij vergeleek de menschelijke ziel met een^ „diabolo". Dat is een spel, waarbij men twee kegels met de punten tegen elkander aanzet en verbindt, en dan daarmee gaat draaien én opwerpen en weer opvangen.

Nu, deze psycholoog zette dan een kegel op zijn grondvlak en een andere met spits op spits, dus met het grondvlak naar boven. Kijk nu eens, bezinnende dames, dus zei deze goochelende psycholoog, die diabolo is nu de mensch. Het punt, waar de kegels elkander raken, daar precies in het midden, daar zit het Ik.

De benedenste kegel is het lagere leven van den mensch, het onbewuste; daar zitten de gevoelens van haat en wraak en angst. En die moeten nu door dat Ik, daar in het midden worden beheerscht. Ja, daar wordt veel gevraagd van het leven, eer er de Zelfbeheersching is. Want wij zijn nu nog maar aan de beheersching toe van dat lagere leven, het lagere deel van den mensch. En het Ik rnoet de verkeerde gevoelens, die daaruit voortspruiten, beheerschen voor onze omgeving. Dat vragen de menschen van ons.

Daar zijn wij dus vooreerst mee klaar. Maar dan de bovenste kegel. Die noemt men in de psychologie het hooge of het Boven-Ik. En zie, dat Boven-Ik moet dan weer het gewone Ik beheerschen. Dat is dan de „Zelfbeheersching" en daarom moeten wij dat Boven-Ik versterken, en dat is' alleen mogelijk door het geloof. Door het geloof leeren wij ons zelf beheerschen en leiding te geven ook nog aan anderen.

Nu, is dat niet fenomenaal?

Nieuw is het niet heelemaal. Want Plato wist er ook al wat van, al zei hij het fraaier, maar hij was niet alleen een groot psycholoog doch ook een groot kunstenaar, een der grootsten van alle tijden. En ik verbeeld mij deze zielkunde ook reeds practicaal té zien gemaakt in de jongste revoluties. Bij de leermeesters van Mussolini en Hitler.

De psychologie heeft groot erediet onder de menschen in het land, waar lampen zijn uitgegaan. Wij beleven wel dagen waarin de dwaling allerwege de harten aangrijpt.

Met harteüjke groeten en heilbede, , Uw toegenegen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 18 juni 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

GRONINGER Brieven

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 18 juni 1949

De Reformatie | 8 Pagina's