GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zwitserland. Vergadering der Synode van de Vrije Kerk van Waadtland. B es luit omtrent den hoogleeraar Astié.

In aansluiting aan hetgeen wij vroeger in dit blad mededeelden omtrent den kerkelijken en theologischen strijd in het kanton Waadtland, deelen wij mede, dat den lóden Mei ert volgende dagen de Synode van de Vrije Kerk in dat kanton te Morges is vergaderd geweest. Het was te verwachten, dat een warm debat zou gevoerd worden over de z. g. nieuwe school en vooral over de onrechtzinnige uitlatingen van den hoogleeraar Astié.

De bespreking van de quaestiën, die zooveel hoofden en harten bezig houden, had reeds den i7den en i8den Mei plaats. Het debat werd niet gesloten vóórdat de hoogleeraar Astié gelegenheid had ontvangen om zich te rechtvaardigen. In welken geest deze professor sprak, blijkt uit zijne slotwoorden, die aldus luidden:

»Nog één woord. Als ik niet bestond, zou

het misschien de moeite waard zijn om eene persoonlijkheid als de mijne te verdichten, zeker niet om mijne waarde, maar opdat gij een antwoord zoudt kunnen geven aan die menschen, welke beweren, dat men in uw midden niet hardop durft zeggen wat men denkt.

Een zeker medelijdend persoon heeft mij eertijds met nadruk geraden, om de Vrije Kerk te verlaten en mij bij eene andere aan te sluiten waar ik onafhankelijk de theologie zou kunnen beoefenen {pii je pouvais faire de la théologie independente). Maar ik heb geweigerd aan die inblazing gehoor te gtven, toen was ik nog jong en verkeerde ik in de gelegenheid om mij elders eene positie te verschaffen. Ik heb in u en in uwe constitutie geloofd. Wat de dingen betreft, die mij aangaan, zoo heb ik geen berouw over hetgeen is geschied en indien alles nog eens kon overgedaan worden, zou ik niet anders handelen. Ik zal voortgaan met alles in het werk te stellen om te voorkomen, dat de vroomheid met de onwetendheid, en de wetenschap met het ongeloof verbonden wordt."

De Semaine Religieuse zegt van de redevoering van den hoogleeraar: Deze rede, rijk aan schalksheid en ironische zetten, was zoo in kennelijke tegenspraak met den roerenden ernst van de voorgaande toespraken, dat zij de verdedigers van den heer Astié geheel uit den zadel lichtte, ja, dat zij er door werden omgezet."

Nadat de heer Astié gesproken had, maakte de Synode door het aannemen van het volgende voorstel een einde aan de discussiën:

»De Synode in aanmerking nemende, dat het antwoord van den hoogleeraar Astié aan de Synodale commissie, niet op bevredigende wijze voldoet aan de vragen om opheldering, die hem gedaan zijn:

i". Keurt de onvoorzichtigheden van dien hoogleeraar af, welke door zijne geschriften en door zijne wijze van handelen meer dan eenmaal de belangen van onze kerken in gevaar heeft gebracht;

2». hoopt dat de heer Astié wat de toekomst aangaat, wel zal rekening willen houden met de broederlijke waarschuwing, die hem in dit opzicht is gegeven;

3". herinnert dat de beroering, die in den boezem van onze kerken ontstaan is onder zulke droevige omstandigheden, ons allen tot verootmoediging moet brengen;

4". bedankt zeer bijzonderde Synodale commissie voor haren arbeid"'.

Dit voorstel werd bijna met algemeene stemmen aangenomen, slechts 7 leden der Synode verklaarden er zich tegen. Wij vreezen echter, dat zijne ongepaste manier van spreken, den heer Astié meer tegenstanders heeft bezorgd, dan wel zijne leerstellige dwalingen.

En dit betreuren wij. De stemming was daardoor niet zuiver. Had de heer Astié een meer ernstigen toon aangeslagen, wij gelooven dat de stemming geheel anders was uitgekomen. Daarbij bevredigt ons de uitspraak der Synode in geenen deele. De hoogleeraar Astié heeft een hoofdstuk van de leer, de eeuwige Godheid van den Middelaar, of de praeexistentie van Christus driestweg geloochend. Kennelijk bevindt hij zich op Sociniaanschen weg. En nu gaat het niet aan, om hem enkel van onvoorzichtigheid te beschuldigen, als hij de leer der zaligheid heeft vervalscht en gearbeid heeft daardoor de jongelieden die aan zijne zorgen zijn toebetrouwd om ze op te leiden voor dienaren des Woords tot verwoesters der kerk te maken. Welk Vorst zal een kok in dienst houden, die vergif onder de spijzen gemengd heeft, en hem enkel met eene aanmaning tot omzichtigheid er af laten komen ? En zou iemand, die het eeuwig voorbestaan van den Zoon Gods ontkent en zegt dat door de belijdenis van dit stuk de Christelijke leer verheidenscht is, dan alleen wegens onvoorzichtigheid zijn te vermanen? »Verwerp een kettersche mensch na de eerste en tweede vermaning", zegt de apostel Paulus. Daarbij hadden wij wel gewenscht, dat door de Synode openlijk uitgesproken was, dat zij, al wilde zij den hoogleeraar niet aanstonds afzetten, niet dulden wilde, dat de aanstaande leeraars nog langer in een Icugenleer zouden worden onderwezen.

Ook is uit de behandeling van de zaak van den hoogleeraar Astié weder gebleken, gelijk het ook eenmaal uitkwam in Schotland in zake den hoogleeraar Robertson Smith, hoe men afgeweken is van het Gereformeerde kerkrecht en men op en top collegiaal geworden is. Waarom behandelde de ket-keraad van Lausanne waaronder de hoogleeraar Astié staat, de zaak niet in de eerste plaats? AVaarom moest de Synodale commissie optreden en daarna de Synode? Heeft dan de kerkeraad geen tucht in leer en in leven te oefenen ook over de hoogleeraren? Ach dat het eens ingezien werd, dat ook in de Vrije Kerken o zooveel afwijking gevonden wordt van de zuivere Gereformeerde beginselen.

Nader vernemen wij nog, dat den igden Mei in de vergadering van de Synode der Vrije kerk van Waadtland, de volgende gedachtenwisseling heeft plaats gehad. De predikant Jean Faire verklaarde dat de normale toestand van eene kerk was, dat de Theologische faculteit van de kerk afhing, zoodat de kerk vermaand werd zijne faculteit beter te steunen.

De hoogleeraarPorret vermaande de gemeenten de jonge predikanten in eene warme godsdienstige atmospheer, waardoor in hunne conscientien de levenskiemen, die zij bij hunne studiën ontvangen hebben, kunnen ontwikkelen, en die de werking van de theologische microben vernietigt. De gemeente moet dus, volgens dien leeraar, een soort van correctief of verbeteringsmiddel zijn, waarbij dan de slechte leer, die zij mochten met zich mede brengen uit hen moet worden gezuiverd. De heer Fédor van Muyden was van oordeel, dat de beste vertegenwoordigers van de nieuwe denkbeelden, onder welke hij alle professoren van de Vrije faculteit rekende, verlangden de theologie op het Christelijk leven te doen rusten.

Uit deze bespreking blijkt genoeg, hoe de geest van de Synode der Vrije Kerk van Waadtland geweest is.

Belg-ië. Uit de Belgische Z e n-dingskerk.

De Belgische Zendingskerk gaat steeds op verblijdende wijze vooruit. Sedert vier jaren komen zich jaarlijks ongeveer 500 personen bij haar voegen. Voor 10 jaren had zij slechts 30 bedehuizen of zalen ter harer beschikking, nu telt zij er 45. In hetzelfde tijdsverloop is het aantal kerken van 25 op 28 gekomen, en dat van beginsels van keiken van 32 tot 60 gestegen. Het getal Zondagscholen is van 34 tot 58 geklommen. Jaarlijks heeft de kerk 151, 000 francs voor haar onderhoud noodig. Vijf en-twintig leeraren dienen haar, een getal dat zeker te gering is. Kon men meer predikanten bezoldigen, er zou zeker meer te doen zijn. In den omtrek van Leuven is een bescheiden plaats van samenkomst gebouwd, te La Tréalle ging men tot kerkstichting over; de leden der gemeente, uit arbeiders bestaande, hebben op zich genomen jaarlijks 500 francs bij te dragen, tot dat het kerkgebouw vrij staat. In de stad Namen, waar sedert een tweetal jaren een predikant gevestigd is, moest het kleine lokaal, door een kerkgebouw vervangen worden. De bilialen van Size-Seraing zijn zoo uitgegroeid, dat het noodig wordt een kerk te bouwen. In weinige weken brachten de leden der kerk voor dat doel 25°° francs daarvoor saam. Ook daar bestaat de gemeente uitsluitend uit werklieden. In het district Charleroi, berucht door zijn werkstakingen, vond men voor 50 jaren slechts 3 Protestanten, nu telt de Zendingskerk er drie gemeenten met 2000 zielen. Een van die gemeenten, die van Jamet, heeft een bouwvallig bedehuis; voor den bouw eener nieuwe kerk werd door de gemeenteleden ir, 000 francs saamgebracht.

In Bergen werkte de Evangelisatie van de Zendingskerk zeer gezegend, terwijl te Jemaphes een herbergier bekeerd werd en zijn gelagkamer tot een plaats van samenkomst maakte. Te Boussier is de gemeente van 200 tot 400 leden uitgegroeid. In Brussel heeft men eene Fransche en Vlaamsche gemeente, de zendingskerk telt in België's hoofdstad twee kerkgebouwen en vier lokalen, waarin het Evangelie wordt verkondigd. In Antwerpen moet men overgaan tot den bouw eener nieuwe kerk. Aldaar arbeidt de ook in ons vaderland bekende Ds. Th. Eggenstein.

In het verslag door den secretaris der zendingskerk. Ds. Kennedy Anet geschreven, lezen wij nog het volgende:

»De onwetendheid des volk in zaken den godsdienst betreffende, is vreeselijk groot. De Roomsche priesters stellen zich met allé macht tegen de verbreiding der Schrift, de Bijbelcolporteurs kunnen er van verhalen. Een man die onlangs uit de Roomsche kerk tot ons overkwam zeide tot een Bijbelcolporteur: »God zal het den Roomsche 'kerk nooit vergeven, om het Evangelie te hebben verborgen."

Verleden jaar had de Zendingskerk een tekort van 20, 000 francs, trots de offervaardigheid der kerken en de hulp van het buitenland. Een nieuw tekort van hetzelfde bedrag stond 30 Juni voor de deur.

WiNCKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 juli 1892

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 juli 1892

De Heraut | 4 Pagina's