GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Deputaatschappen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Deputaatschappen.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 18 Maart 1898.

Amsterdam, 18 Maart 1898.

I.

Saamroeping der kerken in Synoden-Generaal van minder talrijke samenstelling, komt ook in aanraking met de Depiitaten Synodi. Daarom kan het zijn nut hebben, dat de beteekenis dier Deputaten in het Gereformeerd kerkrecht iets van naderbij bezien worde.

Het benoemen van Deputaten vindt zijn oorzaak in de onmogelijkheid, waarin de gezamenlijke kerken zich bevinden, om alle voorkomende zaken, op elk gegeven oogenblik zelve en saam af te doen.

Denkt ge u geïsoleerd op een klein eiland drie dorpen, en • op elk dorp een Gereformeerde kerk, en in elke kerk een kerkeraad van niet meer dan drie leden, een Dienaar, een Ouderling en een Diaken, zoo zou de Synode van deze drie kerken elk oogenblik kunnen saamkomen, slechts uit zes leden zijn samengesteld, en elke voorkomende aangelegenheid in eigen persoon en in loco kunnen afhandelen.

Loopt daarentegen het aantal verbonden kerken over de driehonderd, en zijn onder die kerken, kerken met kerkeraden, die uit twaalf en meer personen bestaan, dan wordt zulks onmogelijk. Een goede duizend Dienaren en OuderHngén kunnen niet saam Synode houden, kunnen niet elk oogenblik bijeenkomen, en zijn veel minder nog in staat, om alle ingewikkelde zaken af te doen, en in loco, d. i. ter plaatse, waar een geschil uitbrak, te gaan onderzoeken en afdoen.

Het is alzoo niets anders dan te groote talrijkheid en te verre verspreidheid van de saamverbonden kerken, die er met noodzakelijkheid toe leiden moet, om wat niet alle saam kunnen doen, in aller naam te laten doen, door mindere in aantal, die daartoe door alle saam aangewezen en gemachtigd worden.

Deze noodzakelijkheid ligt zoozeer in de natuur der dingen, dat zelfs bij oproer en omwenteling deze wijze van handelen vanzelf opkomt. Als een wilde hoop van duizend man een stadhuis belegert, en er moet tusschen hen en den burgemeester onderhandeld worden, dan spreken niet alle duizend, maar dan kiezen die duizend een drietal of een tweetal mannen, die in hun naam met den burgemeester spreken gaan.

De apostolische kerken deden, blijkens het verhaal der Handehngen, desgelijks. En al is de natuur der kerken van de natuur der wereldlijke vereenigingen onderscheiden, toch bestaat ook de kerk uit menschen, die als zoodanig al wat noodzakelijk uit de menschelijke natuur en uit de natuur der menschelijke saam voeging of organische saamhoorigheid voortvloeit, met zich in de kerk brengen, • zoodat de kerk er aan gebonden is.

In den staat der heerlijkheid moge deze beperktheid wegvallen, en ons een voorstelling gegeven worden van de „vergadering der volmaakt rechtvaardigen" waarin allen saamleven, als in één Vaderhuis, en voor dat rijke leven mogen gemeenschapsmiddelen tusschen mensch en mensch verleend worden, die zelfs onze snelle gemeenschap door telegraaf en telephoon geheel in de schaduw stellen, en door Stead in zijn Throtightk slechts gedroomd zijn, — op aarde verkeeren we nog niet in dien toestand. Hier op aarde zijn we nog van elkaar gescheiden door afstanden, en kan slechts een zeer beperkt aantal menschen saam éénzelfde handeling uitrichten. Ter uitvoering van een zaak moet het getal liefst de drie niet te boven gaan. Saamvergaderen met meer dan vijftig personen in één college is het hoogste cijfer dat is toe te staan, om vlotte, vlugge beraadslaging mogelijk te maken.

Daarbij komt dan nog dat de personen die hier saamvergaderen en handelen moeten allen ambtsdragers zijn, die niet dan een beperkten tijd aan hun gewonen werkkring ontnemen kunnen. Zelfs onder de nu voorbijgegane toestanden, toen er vele drukke Deputaatschappen waren, talrijk saamgesteld, en waarin niet zelden, met allerlei mandaat, dezelfde personen zitting hadden, is er over geklaagd, dat deze enkele predikanten zoo dikwijls van huis moesten en zoo veelmalen op reis waren, dat hun kerk er onder leed.

Alle deze, van onze menschelijke toestanden, en van onze menschelijke natuur onafscheidelijke omstandigheden, hebben er nu toe geleid de noodzakelijkheid in te zien, om velen door enkelen te doen handelen, en die enkelen door de velen te doen aanwijzen en machtigen.

Ook een atidere wijze om aan deze ongelegenheid te ontkomen was van andere zijde beproefd.

Als er velen en enkelen zijn, is er tweeërlei weg van gemeenschap.

De ééne weg, die van de velen tot de enkelen leidt, en de andere v^^g, die van de enkelen leidt tot de velen.

Die weg van de enkelen tot de velen is de weg der Hiërarchie. Op de kerk wordt dan het type van het gezin, niet dat van saamvergadering toegepast. In het gezin is eerst de enkele : de vader, en uit dezen komen de velen, t. w. de kinderen. En zoo nu ook ging men inde kerk van den enkele: den bisschop, uit, en kwam zoo tot de velen, eerst in de ambtsdragers der enkele kerken, en door die ambtsdragers tot de leden dezer kerken. Men had dan eerst den bisschop, uit hem als door hem geordend de ambtsdragers, en onder deze, als door hen gewonnen en bediend, de leden. Naar boven toe moesten dan de vele bisschoppen weer in den aartsbisschop, en alle aartsbisschoppen saam in den paus hun eenheid vinden.

Dit is de geestelij k-patriarchale hiërarchie, die vanzelf is opgekomen, als middel, om de concentreering van de velen in de enkelen, en ten slotte in eenheid mogelijk te maken. Een nabootsing van de familie, gelijk de familie in gezinnen vertakt is.

Onzuivere nabootsing van dit type is er, als men gelijk in de Synodale hiërarchie ten ontzent, besturen voor de personen in plaats stelt. Geen Paus maar een Synodale Commissie, die voor heel het kerkverband optreedt. Geen Aartsbisschop maar een Provinciaal Bestuur, dat over heel een Provincie te zeggen heeft. Geen Bisschop maar een Classicaal Bestuur, dat te zeggen heeft over een geheele Classis.

En tegenover dit hiërarchische type staat nu het grondtype van de Gereformeerde Belijdenis, die de kerken in verband niet als een gezin, maar als een vergade^ ring beschouwt, de vergadering der geloovigen.

De diepe grond van dit type ligt daarin dat de Gereformeerde Belijdenis haar organische eenheid in het geestelijke, en dus in Christus, vindt, en deswege op aarde, in het zichtbare niet anders dan tot een mechanische eenheid, door saamvergadering komen kan.

Christus, zonder plaatsbekleeder op aarde, Christus zonder intermediair met alle geloovigen en elk geloovige in geestelijk verband, en daarom op aarde geen andere gemeenschap dan onder Christus en door saamvèrgadering der geloovigen in kerken en Synode mogelijk.

Uit dat tweeërlei grondtype i". van het Roomsch-hiërarchische, en 2°. van het Gereformeerde kerkrecht, volgt nu vanzelf tweeërlei onderscheiden wijze van de zaken te behandelen.

Een gezin, een familie leeft anders, en wordt anders geleid, en volgt een anderen regel van handelen, dan een vergadering. Is dus eenmaal beleden, dat voor ons de kerk een vergadering, een saamvergadering van geloovigen is, dan volgt hieruit rechtstreeks, dat onze wijze van handelen den vasten regel moet volgen, die voor alle goede vergadering is aangewezen door den aard en de natuur van het vergaderingswezen zelf, en dat geen gezinsregel of hiërarchische wijze van doen, hierin tusschenbeide mag komen.

In deze onomstootelijke waarheid nu wortelt het Deputaatschap, en naar dien regel moet het gericht en beoordeeld worden.

Iets waaruit vanzelf volgt, dat het Deputaatschap twee lijnen aangeeft. De ééne lijn loopt men af, om uit de vergadering der geloovigen te komen tot de vergadering van alle kerken; en de andere lijn, om uit de vergadering van alle kerken te komen tot afdoening van zaken.

Er zijn overal in het land vergaderingen van geloovigen. Woonden alle menschen van eenzelfde land bijeen, zoo zou er maar ééne vergadering van geloovigen zijn. Ons land heeft nauwlijks zooveel inwoners als Londen alleen. Het bijeenwonen van vijt milHoen menschen op één plek is alzoo een feit. En woonden zoo ook alle inwoners van ons land in Amsterdam, zoo zou er niet meer dan één kerk, die van de hoofdstad, zijn.

Nu daarentegen woont er slechts één tiende in Amsterdam, en de overige negen tienden verspreid door het land. Daardoor ontstaan de vele kerken, die plaatselijk gescheiden zijn, en alzoo rijst in de eerste plaats de vraag, hoe vereenigt ge deze tot ééne saamvergadering in Synode-Generaal .' Dit is het eerste Deputaatschap, dat men wel in den regel niet Deputaatschap noemt, en vaak als Delegaatschap er van onderscheidde, maar in den grond der zaak is deze onderscheiding zonder oorzaak.

Deputaat beteekent afgevaardigde, een voor iets aangewezen persoon, die in naam van velen, en door hen gemachtigd, iets gaat uitrichten.

Zoo is er concentratie van den kerkeraad in de afgevaardigden ter Classis, concentratie van de Classe in de afgevaardigden ter Provinciale Synode, en concentratie van de Synode-Provinciaal in de afgevaardigden ter Synode-Generaal. Deze nu worden gezonden. Ze gaan niet uit eigen hoofde. Wel in hun ambt, maar niet krachtens hun ambt. Die thuis blijven, staan in hetzelfde ambt, maar gaan niet.

Zij gaan omdat ze aangewezen, gezonden, afgevaardigd zijn, en hun bevoegdheid ontkenen ze aan den credentiebriej óxz den last en de macht van hun afvaardiging inhoudt.

Zonder over namen te twisten kan alzoo gezegd, dat dit de eerste lijn van het Deputaatschap is, die lijn, waarlangs de vele kerken zich concentreeren in céne vergadering of Synode, die juist daarom Synode-Generaal, d. i. saamkomst van alle kerken heet.

Maar hiermede kan men niet volstaan.

Die aldus saangekomen vergadering moet handelen met opzicht tot enkele kerken, enkele personen in de kerken, en aangelegenheden behartigen van alle kerken saam.

Voorzoover het nu daarbij aangelegenheden geldt, die in een korte spanne tijds kunnen worden afgedaan, en afgedaan zonder nader locaal onderzoek, geschiedt het op de Synode-Generaal, op een Synode-Provinciaal, of op een Classis zelve.

Maar lang niet alle aangelegenheden leenen zich hiertoe. Er zijn ook aangelegenheden die over een heel jaar loopen, en steeds doorgaan, en dan ook gestadige verzorging eischen, en er zijn andere aangelegenheden, die eerst dan voor uitvoering vatbaar zijn, als de Synode reeds lang uiteen is gegaan.

Dit nu noodzaakt zulk een Classis, zulk een Synode-Provinciaal of Synode-Generaal, om broederen aan te wijzen die uit haar naam, en krachtens haar besluit, deze aangelegenheden beredderen, verzorgen of afdoen moeten. En daartoe nu benoemt dan zulk een vergadering bepaalde personen, aan wie zij haar besluit voorlegt, aanwijst wat er te doen en] uif^ te voeren is, hun opdraagt dit aldus tot een goed einde te brengen, en zich deswege te verantwoorden, zoodra de kerken weer in Synode-Generaal, Synode-Provinciaal, of in Classis zullen bijeen zijn.

En deze broeders nu heeten in engeren zin. Deputaten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 maart 1898

De Heraut | 4 Pagina's

Deputaatschappen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 maart 1898

De Heraut | 4 Pagina's