GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Strafbaarstelling van aanvalsoorlog - pagina 25

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Strafbaarstelling van aanvalsoorlog - pagina 25

Rede bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

23 recht. De hoofdinhoud van he,t door Prof. van Vollenhoven gepropageerde theorema van Grotius is als volgt : Niemand, hetzij individu of rechts gemeenschap, kan gestraft worden door een die beneden hem staat; hij moet z'e lfs liefst gestraft worden door een die boven hem staat. Binnen een ordelijk gemeenebest is het de overheid, de rechter, d[e bij uitsluiting tot straffen bevoegd is. Waar echter boven den delinquent zulk een gemeenebest ontbr'e ekt - bij zeeroovers, misdadigers in de heerlooze woestijn, misdadige mogendheden. -, is nochtans het recht om te straffen niet afwezig. Dit recht om te straffen komt niet alleen toe aan den gelaedeerde, maar aan ieder ander, die daarbij in zekeren zin namens de gemeenschap der menschheid optr,e edt. Staten zijn we.! niet verplicht straffend op te ,t reden tegen misdaden, begaan tegen hunne genooten , maar de gemeenschap de,s menschdoms maakt het hun, waar zij bij machte zijn te helpen, tot eer,e plicht. De afwijking van de leer van Grotius' voorgangers bestond hierin, dat ook dezen den punitieven oorlog hadden geleerd, en zelfs strafoefening als den eenigen grond voor een rechtvaardigen oorlog hadden aangemerkt, maar dat zij het recht tot strafoefening tegen een misdadigen staat niet aan iederen anderen staat toekenden, maar aan den gelaedeerden staat en eventueel diens bondgenooten. De leer van Grotius gaf ongetwijfeld aaneene hooge opvatting uiting. Dat statenonrecht niet mag worden getolereerd, maar met alle kracht moet worden tegengegaan, ook door een staat, die daaronder niet rechtstreeks lijdt, was de rechtvaardiging van het ingrijpen van Gustaaf Adolf in de Duitsche aangelegenhe'den. Dat de Groot het keeren van statenonrecht in het kader van het strafrecht br.acht, is verklaarhaar. Doch naar de rechtsopvatting van dezen tij'd is die strafrechtelijke grondslag tot verdediging van een rechtvaardigen oorlog, gelijk bijv. de oorlog krachtens art. 16 V'an het volkenbondsverdrag, zeker niet noodzakelijk. Integendeel is de strafrechtelijke wapenrusting met het nauwe harnas van de leg1aliteit, die het str,a frecht thans eigen is, in den strijd tegen het statenonrecht niet meer bruikbaar. De maatr,e gelen die genomen worden om het statenonrecht te keer'e n zijn metterdaad daden van hooge politiek, die in het schema van het strafrecht niet zonder kunstgrepen kunnen worden gewrongen. Ten slotte is het statenstrafrecht van Grotius in de praktijk niets anders dan het voeren van oorlog. Van

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1928

Inaugurele redes | 39 Pagina's

Strafbaarstelling van aanvalsoorlog - pagina 25

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1928

Inaugurele redes | 39 Pagina's