GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Kindertoeslag.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Kindertoeslag.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van den heer J. Huizinga, wiens sociaal werkplan ik in dit blad besprak, ontving: ik, naar aanleiding van mijn oplmerking over zijn bestrijiding van den kindertoeslag!, het volgend schrijven, dat ik gaarae een plaats gun:

„Met groote erkentelijkheid nam ik kennis van uwe beoordeeling, betreffende het doo'r mij geschreven „Werkplan" vooir „Patrimonium". Ik ho: op dat uwe beoordeeliragl er toe z; al bijdragen, dat de mannen van „Patrimonium" het : zullen lezen, en wat er voor hen bruikbaars in slaat, Ie willen gebruiken in het belang der sociale be'weging.

Het lig: t niet in mijn voornemen uwo beschouwingen — waar u imet mij van oordeel verschilt — te volgen, doch ik' wil gaarne gebruifc maken van uw vriendelijk aanbod, om mij betreffende één punt — en wel een zeer belangrijk punt — nader te verklaren. Het beteeft den „k i n d e r b ijslag" bij het loon, zooals dit in den laatsten lijd meer naar voren is gebracht.

Voor ik nader O'pi de zaaJk zelve ingaan zal, wil ik even wegnemen de gedachte, alsof xk' met eenig boos op'zet, de voorstanders van „kinderbijslag" in een hoek wil duwen, waar zls niet behooren, doior hen n.l. toe te dichten dat zaj e this oh e — i: n tegenstelling van gereformeerde — gevoielens aanhangen.

Ik heb het ai et bedoeld als een beschuldiging en daarom als een dwaling aangerekend, dooh meer dat het ijveren vooir kinderbijslag voortvloeide uit een soort van medehjden, medelge voe: _l met de 'gïoote gezinnen.

Het onderwerp „kinderbijslag" is een deel van het lo on vraag stuk, een vraagstuk? zOO' ingewiltkeld en omvangrijk, dat het niet in een enkel courantenartikel is te behandelen.

Ik zal er daarom' : naar streven mij' zooveel mogelijk te houden aan dit onderdeel en daarvoor een drietal punten kortelijÜc behandelen.

I. Hoe is men tot het stelsel van kinderbijslag gekomen ?

II. Wat vinden wij in de H. Schrift omtrent het loonvraagstuk ?

III. Hoe dienen wij als belijders der Waarheid tegenover het stelsel van kinderbijslaig te staan?

I. Zooals bekend is hadden wij voor den oorlog het sitelsel van individueel loon, d.w.z, . er werd niet — beho'udens enkele p: atroons, die hier en daar werden aangetroffen, welke bij het in het huwelijk treden van hunne arbeiders eenigen opslag geve'n — gerekend met hef gezin, door onderscheid te maken tussehen igehuwde en ongehuwde aïheiders. In bedrijven waar het loon hij: de week' wordt gerekend en betaald, treft men hier en daar een patroon aan, die biji het in het huwelijk treden van 'züjn werkman eenige verhoioging geeft; inbedrij'ven waarin tegen uurloon .wordt gewerkt vindt men dit niet, evenmin in de bedrijven waarin tegen stukloom wordt gewerkt.

Een der'gehjke verhooging is .oofe" niet gebruikelijk in het Overheidsbedrijf.

En de ipatroons — in vrelk bedrijf ooik .— die deze verhooging bij huwelijk van hun werldman toekermen, doen 'dit louter uit eigen overweging, maar allen ^lijn van CiOideel, dat loon , m!oet betaald worden n a a r b e k w a a m h e i d.

De toeneinende aanbestedingen hebben er toe geleid, dat een nieuw stelsel werd voorgestaan, n.l. dat van een minimum' loon en een maxi'mialen arbeidsdag, wat aanleiding is geweest tot verhooging van het. loonne; !.

De neutrale arbeidersbeweging als z: onder beginsel ziJLide, hield zicH aan de oude theorie vast; en to: en de • oorlogsnoodstand intrad mei toenemende duurte, wreekte zich het feit, dal de Christelijke arbeidersbewegiag zich tot op' dat oogenblik evenzeer met den stroom had laten meedrijven. Wel hadden enkelen zich verklaard vooir het famiUelcon, docih geen enkele stond er op dat beginsel doorgevoerd te krijgen.

De toenemende duurte maakte het noodi.g, dat het inkomen werd verhoogd, wat al heel spoedig werd igevomden door het toekennen van duurtetceslagen. Men had dit in 1911 geleerd, 'toen een korten tijd duurte omtslond door de buitengewone droogte.

De duurtetioeslaigen werden in allerlei vormen toegepast. Het waren wekelij'ksche-, maandelijkscheen jaarlij'ksche toeslagen. Dat hielp niet genoeg, waardoor men begon te ijveren voor een nieuwen vorm, n.l. een maand! of een jaar „e-xtra salaris".

Door den voedingsnood kwam het bonnenslelsel en ontdekte men dat i, eder mensch werd geteld als een nummer. Het bleek dat ongehuwde arbeiders en zij die gehuwd waren, doch geen kinderen hadden, overhielden van hun inkomen en zicli allerlei weelde gingen veroorloven. Er kwam ee.n geroep 0: ver de verkWisting eenerzijds en het toenemend tekort in de groote gezinnen anderzijds. Men geraakte met de zaak verl'egen, want het werd een ware janboel. De menscihen hadden nauwelijks hun maand extra salaris ontvangen, of zij koichten al weder O'pl de volgende, in de hoop dat deze wel zou fcome: n, of anders zorgden de leiders er wel voor dooï middel van de Vakbonden.

Bij het Overheidsbedrijf werd de ©ene Commissie na de andere ingesteld en niet zelden geleek hst een o^nanrrentiestrijd tussehen hen wie hel mieeste gaf. Telen gevoelden dat het zoo niet kon blijven en .kwamen tot, het denkbeeld van kindertoeslag, en 'liet valt riieti Ite ontkennen, dat dit als noodmaatregel heilzaam heeft gewerkt.

Wel kwam de vraaig: waar is 'de grens van het begin en waar die van het ©inde; zal het VOIOT elk kind zijn, olf moet men beginnen na een zeker getal, b.v. 2 kinderen; zal het dan van een ongeil mi.teerd getal kinderen wezien of tol een maximum van 6; mo'et om een gpens te hebb: en een leeftijd worden vastgesteld, b.v. kinderen itot 14 jaar, 16 jaar oiiï zelfs tot 18 jaar; en zoo trachtte men. z: ich dootr de moeilijkheden heen te werken.

Het spteekt van zelve dat uit den kring der cngeloovigen verzet : kwam tegen dit stelsel, wijl men daar aanstuurt oip' kinderbeperking; . Men voelde echter dat het .moeilijk voor hen was^ op: dien ground kinderbijslag te bestrijden; zij' beriepen zich op [het loon naar bekwaamheid, en bij , strikte doorvoeri'nig werden vaders van groote-gezinnen het eerst ojatslagen •tegenover ongehuwden en die geen kinderen hadden, en bij werkloosheid het laatst zouden worden aangenomen. .

Niettegenstaande deze bestrijding, vond het stelsel gaandemeer toe: p: assing en nam het een vasten vorm aam, to: en de Regeering het bij' onderscheiden diensten invoerde, watt niet geheel vreemd zal geweest !zijn aan Jiet feit, dait men vooral van R. K. zijde voor kinderbijslag ijverde.

IL De H. Schrift is' geen boek met concrete voorschriften, uitgewerkte plannen en voor alle tijden geregelde bepalingen. Het is als een grondwet, het geeft de grondgedachLe voor het leven en de toepassing daarvoor hebben wij af te leiden uit het verband. Ziende op wat ons in het Oude Testam'ent wordt medegedeeld en meer bijzonder voor Israël voorgesqhlreven, dan gaan wij-aan den veiligen kant als wij vasthouden aan hét „gezi nslo'on".

Daarin wordt gespiroken van een voldoende loon tot onderhoud 'van het geheele gezin; van een loon dat in natura kbn worden voldaan; van een lojon daJt tijdig; moet worden uitgekeerd.

Bij het arbeidscontract, ons in Deuileronoanium vermeld, werd de mogelijkheid gesteld van het algdheele ondei*h, o|ud van den arbeider-en ^ij-n gezin. Bij Abraham: , Jo|h en Roaz, werd dit praktisch toegep-'ast.

Bij den industriëelen , arbeid in Israël, w: erd pngetwijifeld het weekloon toegeplast en voor een groot deel in geld uitgekeerd, docpi wij-m, ogen aannemen dat het minimum voldoende moest wezen voor het g e z' i n s o: nderho; ud, zaende op; wat iedere Israëliet aan den tempteldiensit en offers had te brenglen. De wettelijke plichteïx voor ieder Israëliet waren niet weinigen, zijt mogen 'in ho'eigrootheid en omvan]g hebben verschild, in wezien en aard waren deze voor - allen dezelfde.

Met het Nieuwe Testamettt moig: e er naar de letter verandering - gekomen zijn, de geest en de begiinselen hieven dezelfde, wat blijken kan u, it de Paulinische vermianingen, o.ok waar. het .betrof, het goed recht der werklieden. Söllf^ÉteSSilf'

Trouwens, het geheele leven doelde op' dé samenstelliiTg van het gezin, ongeaciht of het samengesteld was met een g: röot, dan wel een klein aantal kinderen. En uit de talloios vele beloften die God in Zijn Woord heeft gegeven, ZiO-uden wij mogen afleiden, dat een g'rojat, aantal kinderen rijk' maakt.

III. D: e vraag' hoe wij^ staan tegenover het stelsel van kinderbijslag, - valt samen met de vraag h'Oe w ij s t a an t e g e n o: v e r het ge z i n.

Beschouwen wij het gezin als eene instelling 'Go'ds, , e a het hebben van kinderen als een zegen van Hem, dan is het antwoord niet dubbelzinnig; immers dan is niet de maatscha-ppij als instituut verantwo: ordelijk voor de zorge dier kinderen, doch uitsluitend de vader.

Dan 'rust op' den vader de volle zorge voor heel het kindertal; een zorge die hij — zoo hij gelO'Of heeft in 'God — volkomen kan dragen. Zoodra dat gezia echter wordt herleid tot een groep van eenige enkelingen — hier kinderen — dan breekt men de verantwoordelijke' daad der gezinsverzorging en beneemt den vader een stuk van zijn gelo-ofswerking.

Ee'U rechtgeaard Christen-vader van een gropjt, gezin grieft men daarmede, evenals met tek^i; kens te v/ijzeh ojp' het groiote getal kinderen. 'HijSÉ-: ; vraagt g e e ti m e d eJ ij d e n-, hij-vraagt sledhtë'^J.". hetzelfde recht, hetgeen aan anderen wo: rdl verze-' kerd. Niets meer ea niets minder, want hij wes'l dat'God hem de zorge wel mogelijk zal maken voor zijn groot gezin, wijl iGod meer dan één zegen heeft.

Maar, zal worden o: pgemer'kt, de vader wordt toch ook geholpen in de zorge voor het onderwijs; het mag echten van iederen vader — waar de Maatsqhappiji als instituut eischen stelt in het belang eener goi'sde lunctioneering van het leven —-aiet gevergd wo: rden, dat hij naast zijn dagelijkschen arbeid nog tijd weet te vinden om de •n-O'O'dige kunde eigen te worden, dat hij zijn kinderen dat onderwijs geeft.

Troiuwens, niemand uit onzen kring zal zich op dit 'onderwij sgeven buiten het gezin beroepen, 'dat het gezin nu mag worden gesplitst in een kern en een aanhangsel.

Helaas ia - onzen tijd van ziekelijk Woelen en wegdoezelen van lijnen, waarin - allerlei hulp' wordt verleend, wordt veel afbreuk gedaan aan de juiste verhoudingen in gezin, bedrijf, maatschappij en staat, met het gevolg' dal men in onzen kring nietlï-. meer durft aandringen O'p een grootere spankracht va, n het geloof.,

In dit verband kan ik de lezing zeer aanbevelen van het debat op' het referaat van Prof. Bavinck, hetwelk behandeld werd op het eerste Christelijk Sociaal Congres in 1891. Dit debat liep' toen over wat , , een mens c-h waar dig bestaan" is en te vinden-in het Pro-ces Verbaal, vaji genoc'md congres. : ^ ^ ^ i .

Het vraagstuk vaa de ; gro'Otè "gezirine'n is niet moeilijk op te .lossen, als wij ons maar aan Gods Wo'Ord vasthoüde-n. Dat is in de eer-: ^, ; ., ; . ste plaats een vraagstuk vO'Or hel geloof, zoodatp^i kinderbijslag als systeem en onderdeel van .het|f' looavraagstuk moet worden o-ntraden. Hel maaki^^.., de oplo'ssing van het loonvraagstuk noodeloos|S; ': moeilijker. - S: ' "

Kinderbijslag — men gevo'elt het reeds — kan niet verhaald worden op den patroon, waardo-pr de a r b e i d e r-vader-van-groot-gezin in gevaar komt van zijn werk, en daarom zal door een „Rijkskinderverzekeriag" de Staatsbeni'oieiïng over de gezinnen noo'deloos worden uitgebreid.

Een tweede bezwaar tegen kinderbijslag is, dat het 't looavr-aaigstuk duwt naar hel stelsel van indiv, vidueel looa onder de leuze: „loon naar be-'-, kw aamhei d".

Wij krmnen - alleen aanvaarden" het stelsel van g e z i n s loo-n, d.w.z. een bedrag als minimum, naar; de behoeften van 'een gemiddeld gezin.

Wij gaan hier niet twisten over een „volstrekt , gezinsloon" of een „betrekkelijk g: e'zinsloon". Dr Kromsigt was in 1917 zoo begaan met het groote gezin — Izie „De Standaard" van 19 Sept. 1917 — en vraagt, hioe kunnen wij het g r oi o t e gezin te hulp komen? Mijn antwoord is: 'wijst herti op den rijkdom valn Go> ds beloften.

Men zal' vragen: en hoe dan met vaders van groote 'gezinnen, die 'het geloof in God niet bezitten, óf er zelfs vijandig: tegenover slaan? [Maar eilieve, wij zullen toch terwille van de vijanden Gods 'Oazte beginselen niet over boord gaan werpen? ,

Heeft dam de Maatschappij als instituut' geen taak tegenover de groote gezinnen? Ongetwijfeld. Zij zijn en bUj'ven een vooirwerpi van zorge voor de Kerk en de Maatschappij', doch het ZO'U mij te ver voeren deze hier nader te beschouwen. Bij het looavraagstuk moeten wij' echter zorgen, dat het 'kwaad niet wojrdt verlegd, door bare hulp te bieden, waardoor langs weder andere gevaren ontstaan. een schijneen omweg

Kinderbijslag! kan derhalve alleen steunen : 0'p gevoelsoverwegiingen, die — dat erken ik gaarne — op zich zelve niet zo-ndig zijn, maar een gevaar opleveren voor de gezonde leer van het ; v e r t r o u-wen-opJGod, zoO'als de H. Schrift dit op bijna iedere bladzijde voorstaat. Hierop' kunnen wij als Calvi'nisten niet genoeg wijzen, ^^^^^^gf

Üws"aw."(lf., '

Hui z 1 n g a.

Een volgende week hoop ik op de bezwaren van den heer H. te antwoorden.

K. D.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

De Kindertoeslag.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1921

De Reformatie | 8 Pagina's