Vrijwillig lijden.
En als zü den lofzang gezongen hadden, gingen zij uit naar den Olijfberg. Mattheus 26:30.
Peinze uwe ziel over dit uitgaan van Jezus. Uw Heiland staat hier in de poort van Zijn lijdensweg. Het is hier een bieslissend oogenblik. Uit 'de Paaschzaal naar buiten, dat is de beslissende stap'.
En nu zien wij den Christus vrijwillig, wetend en willend, dien stap doen. „En zij gingen uit naar den Olijfberg".
Jezus weet, wat hij dien Olijfberg' Hem^ wacht. Het gordijn, 't welk voor het oog der discipelen het lijdenstooneel nog verborg, was voor Hèm opgetrokken len de geheele afloop lag voor Zijn blik open. Hij zag Zichzelven .daar in den Olijvenhof grijpen en binden; Hij zag Zich vandaar voeren naar Jeruzalem, naa.r 'Kajaias, Pilatus, Herodes, naar Golgotha; Hij zag en kende heel dien weg, die bij den Olijfberg aanving en op bet kruis eindigde. En nu is bet dit wat hier staat, dit wat
de H. Geest ons Mer leert: nu wij'ld Jezus niet ter rectiter-en niet ter linkerhand, maar Hij gaat vrijwliliig, volktomen bewust, reoht op dien weg laan. „E, n zij gingen uit naar den Olijfberg."
O t ware den Satan wat waard geweest Chlristus te overrompelen. Hebt ge 't niet bemerkt aan de plannen van den Joodsch'en raad, die Hem met listiglieid vangen en dooden wil? Vioer niet daartoe de duivel in Judas, opdat deze Hem door verraad slinks en onverhioeds zO'U doen uit den weg i'uimen? öan ware Gods raad verijdeld én aan Zijn recht, 't welk een vrijwillig offer eischte, niet genoeg gedaan.
Maar zi© nu Koe Jezus heel dat weefsel der hel verscheurt. Neen, 't zal niet gaan gelijk Satan wil, maar gelijk Jezus wil. Hij is Kioning ook in Zijn lijden. Hij zal Zich niet laten overvallen en Hij zal Zich niet laten zoeiken. Hij zal zélf Zijnen vijanden tegemoet treden in den Olijvenhof. T)aar zullen zij komen, en idaar zal Hij Zich aan hen geven. Baar mógen ze Hem hinden.
Maar ten teeken van Zijne volle vrijwilligheid, ten teeken, dat alles gesahiedt omdat Hij het wil — daarom gaat Hij zélf uit naar de plaats, waar Hij weet, dat Zijne vijanden 'komen; Hij zoekt hen op «n treedt hun tegemloet: „En zij gingen uit naar den Olijfberg."
Hier is de heerlijkheid van Christus. Hier straalt Zijne heerlijkheid in het lijden.
Juist op dit oo'genblik fconit ze zoo schoon uit; het beslissend oogenhlik'; het b^egin, dat het geheele lijden behieerscht en Ikarakteriseert.
O zeker, Jezus is de Man van Smarten. En die Man zal straks liggen in het stof van Gethsemané. En Hij zal staan aJs veracht en de onwaardigste onder de menschen. En Hij zal hangen als een gevloekte tusschen moordenaars.
Maar Hij is daarbij geen ooigenblik zonder deze heerlijkheid, de aanbiddelijke heerlijkheid van het vrijwillig, lijden. Hij is geen oogenblifc' zonder de heerlijkheid van het: , , Zie Ik kom om Uwen wil te doen, o God!"
Hoe moet het hart des Vaders gejuicht hebben, toen Hij den Zoon, aan Wien Hij het werk' der verlossing had opgedragen, daar de PaaschzanI - zag verlaten en Hem zag uitgaan naar den Olijfberg; toen Hij Hem daar uit eigen 'keuze den weg ten lijden en sterven zag intreden.
Ja, deze was Zijn geliefde Zoon! Ja, dit offer neemt de Viader aan; en juichend verzoent Hij Zich in zulk vrijwillig lijden-met eene schuldige wereld.
Peinze uwe ziel dan over dit uitgaan van Jezus.
Wat was het, dat Hij in dit oogenhlik den dood verkoos boven de heerlijkheid, die Hij bij den Vader had eer de wereld was?
Wat was het, dat Hij hier het kruis ging beklimmen, in plaats van in den schoot des Vaders weer te fceeren?
Was het niet • vrije keuze? Ijouter vrijwiüige liefde?
Hebben wij daar-iets aan gedaan? Hebben zelfs de discipelen iets begrepen vian wat die gang.naar den Olijfberg beduidde? Van het ontzaglijke, dat daarin geschiedde?
En komt de zaligheid hier niet te liggen alleen in de handen van Christus? in Zijne vrije ontferming?
O hoe schrikkelijk is het dan dezen Christus af te wijzen en Hem, die vrijwillig Zich gaf in den dood, \ioorbij te gaan! Welk een smaad aan Zijne liefde! Welk een hoon aan Zijne goedertierenheid! Wiat zal het eenmjaal zijn als in den dag der dagen niet alleen het recht Gods u oordeelen zal, maar wanneer Christus daaraan toevoegt: „En Ik ging vrijwillig voor u ï]it naar den Olijfberg, maar gij hebt Mijn liefdeoffer met voeten getreden!"
En anderzijds, welk eene vertroosting wordt hier geopend voor alle armen en verslagenen, allen, die in den rouw over hunne zonden de zaligheid b\iiten zichzelven zoeken. Wat gaat de poort hier wijd voor hen open!
Het is alles vrijwillige ontferming. Hier komt niets van u in aanmerking. Het gaat hier alles om Zijnentwil. O houdt dan eens op uzelven te keuren en 'te meten of gij .wel bekeerd genoag zijt; en ontmoet dezen Jezus eens op dien weg naar den Olijfberg, op dien weg van v r ij w i 11 i g jijden — en laat u zalig maken.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 februari 1923
De Reformatie | 8 Pagina's