GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Rondschouw.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rondschouw.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

Er - is veel: -gebeurd; in 'de weken vna cacantie

Veel, dat mij overvloedig stof geeft tot schrijven.

Het. .^politieke en .sociale-Je-v'en heeft niet stilgestaan, , maar de bewogeniheid is' toegenomen, en terwijl leeraar en scholier, zakenman en ambtenaar hun arbeid onderbraken-in onontbeerlijke zomerrust, verscherpte zich de spanning, die reeds geruimen tijd op staatkundig en maatschappelijk! terrein heerschte. Over die spanning wil ik nu iets zeggen. Ik doe hier en daar een greepy en men vergeve mij, w, anneer h'et verband tussdhen die grepen niet duidelijk of zelfs niet te vinden is. Bij onderscheidene indrukken, en onze ziel krijgt er tegenwoordig meer dan zij verwerken kan, vrage .men niet altijd naar de strakk'e, logische orde.

Het was de negende van oogstmaand.

Een dag vol zonnekracht en zomerweelde.

Op de velden rijpte het koren, en de eerste zware halmen, die zidh onder den last bogen, vielen reeds. De scherpe sildj'el maiaide ze weg. De oogst begon. Die met tranen zaaiden, mochten met gejuich maaien. „Het zegefeest van de koningskraoht over de stof" w, a.s ingezet. Op dien dag stond ik bij het graf van een man, idle ook met. tranen heeft gezaaid, al gaande en weenende, ijiaar. tocih ook heeft gekend de l vreugde van den oogstdag. Op dien dag werd aan de groeve toevertrouwd het stof van hem, die nu in den hemel oogstfeest viert, omdat de groote Maaier is gekomen, de hemelsche Landman, Die hem als een volle garve gedragen heeft in Zijn hemelsche schuren. Ik bedoel de begrafenis van Dr H. Pier s o n in het rustige Zetten, tegen de helling van den heuvel, waarop de vluchtheuvelkerk' is gebouwd. 'Veel zal ik hier over P i e r s o n niet söhrijven. Er zijn over hem boekdeelen tè schrijven.' "^Viat een rijls, een vol, een vruchtdragend leven! Hij, de man, die het werk van Heldring heeft overgenomen, en in de Zettensche gestichten even zoovele gedenkzuilen heeft nagelaten van zijn liefde voor het ellendige. Hij, de held, die voor de eer en het recht der vrouw den goeden strijd heeft gestreden, en tegen de onzedelijkheid en ontucht is opgetreden als geen ander. Hij, de onvermoeide getuige, die, trots liberalistische spotternij en socialistische beschimping, het land is doorgegaan om ons volk w.akker te schudden, en op te wekken tot den heiligen oorlog tegen de publieke oneerbaarheid. Hij, de trouwe kampioen voor de vrije schbol, die in Unie en Schoolraad zijn beste krachten heeft gegeven voor het onderwijs naar Gods Woord. Hij, de ootmoedige christen, die dit grafschrift begeerde: U i t g 'e n a, d e z ii t s ij .•a^SfteffisgS€«tó, - ' den, en da; t niet uit U! ...., , ..). »; !f.-> j

Wat een rijk leven!

Zwaar beladen tarwegraan.

Een held, die gewerkt heeft zoola.ng het dag was. Een man, aan wien ons volk zooveel heeft te danken.

Er stond geen dichte menigte om zijn graf, maar zij, die hem volgden op het p; ad naar den doodenakker, gevoelden, wat talloos velen met hen meevoelden: weer is een van de helden Israel's heengegaan. En bij dat graf ging er iets' pijnlijks door onze ziel. Ik za.g ineens een contrast. Kort geleden was Louis Couperus, neen niet begraven, maar verbrand, en bij de crematie is gesproken namens de regeering, en speciaal namens minister D'e Visser, op een wijze, die ons christenvolk heeft gegriefd. En Oiier? Bij het graf van Pier son? Ja, de minister had een telegram van verhindering gestuurd, doch meer als voorzitter van den centralen bond van christelijk-philantropische inrichtingen, maar namens de regeering was er n i e-mand. Wat een contrast! Als de man verbrand wordt, die door zijn boeken vol verfijnde ongerechtigheid tal van jonge levens langs lijnen van verleidelijkheid ten verderve is geweest, - zingt men n, a.mens de regeering de scihoonste lof, en bij het graf van hem, die de 'hand der reddende liefde uitstak tot de slachtoffers van de immoreele lectuur, zwijgt de Nederlandsche regeering, ik zou ha.ast zeggen, als het graf. Nog eens wat een tegenstelling ! Was P i e r s o n ons, neen het gansche volk niet honderdmaal meer waard, dan rnfmnen als Couperus en laat ik er bij noemen Bouwmeester (naar wiens gezondheidstoestand terstond werd geïnformeerd, toen dezen een ongevlal overkwam)?

Dit moest me van 't hart.

Niet, omdat de zucht tot critiek mij drijft.

Maar uit eerbied voor onze groote mannen. Weer is de rei der voortrekkers gedund.

Slechts enkelen, en ik' denk bijzonder aan den grijzen L o hm an, spaarde God ons.

En zij zullen van harte met ons jongeren instemmen, , als wij bidden bij de graven der ouderen, die hun vooi-gaan: aat Uw werk aan Uw knechten gezien worden, en Uw heerlij khei-d'o ver hun kinderen (Psalm 90:16).

In de oogstmaand is meer gebeurd.

Het Kabinet-Ruys is nog eens gereconstrueerd.

Het is reeds zoo vaak van personen gewisseld, dat men het oude Kabinet er bijna niet in terug vindt, en de vraag rijst : ^ welk ministerie hebben we eigenlijk? Tot die vraag is th'ans vooral reden. M. i n i s t e r De Geer heeft ontslag - genomen. Volgens zijn verklaring, omdat hij niet kon instemmen met de indiening van de vlootwet, doch volgens politieke voorlichters, omdat hij geen k'ans zag de financiëele ellende in een toestand van geen tekorten te herscheppen. Deze laatste verklaring is meer plausibel. Het is tenminste al heel vreemd, dat een minister om een wet, wier komst hij kende, en die een meerdere uitgaaf van een millioen zal eischen, weggaat, want deze meerdere kosten maken Ihet tekort niet tot een ramp. Een zakenmanj, die zijn schulden ziet stijgen, laat niet om die schulden, z'n sloten ongerepareerd of onvoldoende voorzien, maar doet ze herstellen of aanvullen, om grooter ellende te voorkomen. Daarom k'omt het mij voor, al is 'dit maar een Iheel gewone leekenmeening, dat de vorige minister van financiën zijn portefeuille heeft neergelegd, omdat hij geen uitweg z, ag, en in de vlootwet, die niet naar zijn zin w, as, een kostelijke aanleiding vond om zijn plaats te ruimen. En nu ziet men het wondere verschijnsel, dat de overzijde, waar men vroeger m i-nister De Geer niet bewierookte, al heeft nu en dan een huidewoord niet ontbroken, thans hem op het schild verheft, en op socialistische meetings met enthousiasme over dezen waren bezuiniger wordt gesproken.

Co1ijn is hem opgevolgd.

De durf van onzen leider is groot.

Het ware velen liever geweest, wanneer hij deze verantwoordelijke post niet aanvaard, en een andere partij zich voor deze moeilijke taali gegeven had. Ik 'kan dezen wensclh uitnemend verklaren. Waarom moet de antirevolutionaire partij dezen last dragen? Een heel ander geval zou 'het geweest zijn, wanneer C o 1 ij n minister was geworden, en zelf een Kabinet had gevormd op den grondslag van verkiezingen. Dan zou zulk een optreden uit de uitspraak van het volk 'te verklaren zijn geweest, en die positie hadden wij een man als Colijn liever gegund. Reeds het vorige jaia, r, bij de reconstructie van het Kabinet na de Kamerverkiezingen, schreef ik, dat deze oplossing van de ministeriëele crisis vreemd .aandeed, en die bevreemding' heeft in deze dagen opnieuw voedsel gekregen. Maar nu is Colijn er, en .... nu .heeft hij .a.a, nsprEa, k en recht op ons gebed en onzen steun. De taak, die hij op zich heeft genomen, is onbegrijpelijk moeilijk, en ik geloof niet, dat iemand ter wereld, ha, ar zonder critiek vervullen k!an. Een .financieel evenwicht te herstellen kost altoos offers. Uitgaven en inkomsten sluitend te maken is geen vi'erk, dat overal tot vreugdefeesten aanleiding geeft, en we moeten ons deze moeilijkhteid ernstig indenken. Ik weet wel, dat het niet tot de aa.ngenaamste dingen v; a.n het leven behoort meer belasting te betalen, en minder loon of salaris te ontvia; ngen, maar zal een tekort van honderdveertig millioen

gulden nit de wereld worden geholpen, dan mo©li hel langs dien harden weg. Men versta mij goed. Ik gevoel de moeilijkheden, die zulke maatregelen met ziöh meebrengen, even sterk als iemand anders. Ik verdedig .allerminst elk ruw ingrijpen ot te radicaal optreden. Ik pleit zoo sterk, mogelijk voor groote voorzichtigheid, maar ons hart moet vervuld zijn van dit diepe, diepe besef: er moet iets, neen er-moet veel gebeuren. Het welzijn van ons land eisch't het. Het gaat om er op of er onder.

Wat er dan gebeuren moet?

Denk ik niet aan artikel 40?

Zeker denk ik daaraan, en wil ik een volgende week daarover iets schrijven. Maar nu was [het mijn bedoeling, om tegenover alle geschreeuw en ontevrederdieidscritiek, den nadrult te leggen op den hoogen ernst van den toestand, op de groote verantwoordelijkheid, die op den, minister rust, en op onze roeping om voor hem te smeeken om het licht Gods. De regeering heeft veel, veel gebeds noodig.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 oktober 1923

De Reformatie | 8 Pagina's

Rondschouw.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 oktober 1923

De Reformatie | 8 Pagina's