„Kinderen Noord-Hollands", door H. J, Heynes.
W. ten Have. — Amsterdam.
De schrijver is geen schilder, maar teekenaar. 'n Ha verman.
Hij' schetst u de burgerlijke, zedelijke en religieuse toestanden van het volk, te midd_en waarvan hiji woont.
Hij kent ze door en door.
Hij fanlaseert en geeft toch de.naakte weer. werkelijkheid
Het volkskarakter der Noord-Hollanders legt hij bloot.
Heel objectief.
Precies zooals hij' het gezien heeft.
En hij is stellig ontroerd geworden door die geesteUjfcarme werkelijkheid.
Maar hij laat er niets van blijken.
Zijn zelfbedwang dwingt bewondering at.
En toch.... we hadden hier gaarne wat minder zelfbedwang gewild.
Had hij zich maar eens laten gaan!
Dian zonden de litteraire keurmeesters zijn werk in een hoek hebben gesmeten en hebben gespiot: vroom tendenz-jwerk!
Maar een breedere kring zou hebben geoordeeld: door-ontferming bewogen.
Als gij dan dit mooie ontferming. boek leest, lees het met
En ge zult besluiten: hoe noodig moet Noord-Holland uit de omklemming van het kille modernisme verlost!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 1924
De Reformatie | 8 Pagina's