GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

LITERATUUR EN KUNST.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LITERATUUR EN KUNST.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

J. Paludan. Vogels om den vuurtoren.

Heihaaldelijk hebben we in deze rubriek van ons blad gewezen op de serie Skandinavisehe romans, die de Uitgeversmaatschappij „Elsevier" in vertaling tot het Nederlandsche publiek brengt, boeken van Rönne, Hans Olesen Lokken, Anker Larsen, e.d., en op do waarde, die de kennismaking met deze productie der moderne Skandinavische letterkunde voor ons heeft.

Eenigen tijd geleden nu verscheen een nieuwe bijdiago tot deze serie, , , Vogels om den vuurtoren" door J. - Paludan, als gewoonlijk vertaald door A. en E. Huber. Door allerlei oorzaak, mede ook ten gevolge van de zomer-inperking van ons blad, vonden we toit nu toe de gelegenheid niet, dezen roman te bespreken. Daarom wijden we daaraan de eerste gewone bijdrage in den nieuwen jaargang tot deze rubriek.

De titel van het boek is ontleend aan een op de Skandinavische (en trouwens ook oipi.onze) kusten bekend verschijnsel, dat in den trektijd de vogels, aangelokt door': het licht van den vuurtoren, tegen het steenen-en stalen gevaarte zich doodvliegen. „Als een vloedgolf, aangetrokken door de zon, wentelen de vogelmassa's zuidwaarts — zwaan en gans, havik en wouw, reiger en kievit, strandlooper, eend, waterlooper, snip, regenwulp', pluvier en lijster: hun bloed bewaart den wil daartoe sinds duizenden jaren. Een verdwijnend gedeelte beleeft de verpletterende ontmoeting met den vuurtoren." Aan den voet van den toren, die onberoerd door dit drama, zijn sterke stralenbundels over de verre, donkere zee blijft uitwerpen, liggen dan de vogels te sterven en de menschen komen met netten en zakken, om den zoo gemakkelijk verkregen buit binnen te halen, „zooal de slak, die de lever uit de spartelende tarbot raspt". Wel trachten de nog levende vogels zich met snavel en pooten te verweren, maar hun gebroken kracht moiet het afleggen tegen den ijzeren greep' van de begeerende menschenhanden-De vlucht naar de zonnewarmte eindigt onvermijdelijk in de klauwing van den. kouden dood. „Het is in ons belang, om viuirtorens te hebben en het is in het belang van de vogels, om te trekken. Die belangen kruisen clkaai' erL het snijpunt is bloedig."

In dit gebeuren, waaraan de titel van den roman herinnert (het wordt tot tweemaal toe in 't boek besebreven; is gesymboliseerd de strekking van het verhaal. Want dat vertelt ook van een ontmoeting van belangen aan den voet van den vuurtoa'en en ook bij die ontmoeting is 'het snijp'Unt bloedig...

Men kent het karakter van de Skandinavische boeken. Veelal zijn de menschen daarin noordewind-gestalten, grimmig, strak, ruw, en Is het leven dat geteekend wordt, als het strand, waaro> ver de Nooi den wind • heersoht, onherbergzaam, triest, eenzaam. Heel sterk komt dat 'karakter uit in dit boek, zóó, dat de indruk, die van de lectuur overblijft, somber en naargeestig is.

Sandhavn is een verloren plekje, ergens aan de Deensche kust, een gevaarlijk prant voor de scheepvaart, omdat de branding er hevig en het golvengeweld onberekenbaar is. Daarom staat er een grocte vuurtoren, die bij nacht de schepelingen waarschuwt zich verre te houden van de kust, en zijn er krachtige mistsignalen, die voor noodlottig verdwalen willen behoeden. In het dorpje is het doodsch en arm. Er is geen leven, omdat er niets is, dat lev^en tieren doet.

De nabijheid van het stadje Nordby, tot waar de spoorlijn komt en de sinds jaren bestaande behoefte aan een zeehaven op Denemarkens westkust, doen bij de autoriteiten het plan opkomen, Sandhavn, dat zijn vuurtoren al heeft, van een iriödêïn havencomplex'''te''v'óÓf2: ieri en mef''de"uitvoering van dat millioenen-werk wordt begonnen. Zware, betonnen haven-armen worden geprojecteerd, breede straten met nieuwe huizen en winkels ontworpen als een wissel op de toekomst van Sanc? havn als moderne havenstad, die door de groote vaart zal worden aangedaan, een spO'Orverbinding met Nordby in kaart gebracht voor het contact met het achterland.

Deze grootsche plannen roepen natuurlijk een uitgebreiden speculatiehandel in 't leven. Stukken grond, tot nu toe dor zand en vrijwel zonder waarde, worden nu ineens een begeerd bezit en allerlei fortuinjagers, die langs achterwegen met ds precicse plannen op de hoogte zijn, weten hun ^lag te slaan. Een van de meest-berekenden van dat gilde is de advocaat Nagel uit Nordby, die rijk (maar ongelukkig) getrouwd is en weinig of niet werkt, maar in zijn weeeldeleven zich een geheel stelsel van sociale wijsbegeerte heeft opgebouwd, waarvan profiteeren de grondslag is en zinnen op middelen tot profijt de dagelijksche piractijk. Op een sluwe manier weet hij zich van de beste gronden te verzekeren en verschillende menschen uit Sandhavn (o.a. den winkelier Bartholin.) in zijn financicele macht te krijgen. In afwachting van de komende winsten leeft hij overdadiger dan ooit, ofschoon het kapitaal, dat zijn vrouw had meegebracht, bedenkelijk is geslonlvon door zijn te groote verteringen.

Naast dezen Nagel staat de figuur van Hunby, een boer uit Sandhavn, bezitter van een stuk onbelasten grond, eertijds woest duinzand, maar door den noesten vlijt van zijn vader en grootvader tot goed bouwland heischapen. Dat voorvaderlijk bezit is hem alles en tot geen prijs wil hij er afstand van doen. Hij kan er veel geld voor krijgen, want de spoorlijn moest over dat land loopen, en de menschen noemen hem een geluksvogel — maar hem. is het erfbezit meer dan 't grootste geldbedrag en hij blijft ongevoelig, voor alle aanbiedingen, die de rijkscommissarissen hem komen doen, zoodat ze ten slotte tot onteigening besluiten. Hunby geraakt daardoor in een toestand van overspanning; als de commissieleden hem de groote geldsom komen brengen, toont hij zich onwillig en wijst ze de deur en vast neemt hij zich voor, zich tot het laatst toe te verzetten, tegen wat hij gegeweldpleging acht. Op een donkeren avond komt de veldwachter met enkele helpers, om de eerste omheining op het land te zetten en Hunby, tot het uiterste gebracht, schiet den veldwachter neer. De rechtbank is clement, maar gevangenisstraf is onvermijdelijk.

De dochter van dezen ongelukkige (die door het overlijden van zijn vrouw een zonderling is geworden) Bodil, staat nu geheel alleen en handig weet zich nu Nagel in haar vertrouwen te dringen, zoodal zij hem tot zaakwaarnemer maakt.

Duidelijk zien we hier reeds iets van het kruisen van belangen en ook is nu al het snijpuirt bloedig. Maar 't wordt nog veel ernstiger. Want, gedurende do jaren van Humby's gevangenschap', een tijd, die hem reddeloos uit zijn evenwicht heeft gebracht, zijn de werkzaamheden voortgegaan. Sandhavn is onherkenbaar veranderd; de havenarmen zijn gereed gekomen, een gro'O't, modern hoitel is verrezen, nieuwe winkels zijn gec'pend (o> .m. één vlak voor hel huis van Bartholin, die zijn bezit tegen Nagel wilde vercledigen) en de dag nadert, dat de haven feestelijk zal worden geO'P'end. Een stoomschip zal binnenloopen en autoriteiten en genocdigden zullen naar Sandhavn komen om in het hotel met den kapitein en de officieren van het schip zich aan eeij f eestdiner te vereenigen; de eerste trein, die van Nordby naar Sandhavn loopt, zal deze gasten aanbrengen.

De groote dag' konil, maar 't is een ruwe, storm-. en regendag, uiterst ongunstig vo'or een landing op dit punt en de boot, die binnenloxj'pen moet, heeft aanzienlijke vertraging. De feestgenooten, uit de stemming geraakt, trachten zich in het hotel den tijd zoo goed mogelijk te ko-rten, ofschoo.n de steeds toenemende storm geen groote verwachtingen laat, dat het wachten nog beloond zal worden.

Dan ineens slaan al de electrische liohten in de feestzalen uit. En als, na de verwarring, eindelijk de oorzaak opgespoo'rd k'an worden, blijkt, dat de groote electrische kraan, die op het havenhoO'fd stond, , .„uit zichzelf" in beweging is gekomen, den havenarm is afgereden en aan het eind daarvan in. zee is gestort, vernielend de betonnen pier, zoodat de golven de stukken ervan wegslaa'a, 'verstorend ook de geheele electrisohe installatie. Als nu het schip binnenloopen zou is een schipbreuk onvermijdelijk.

" De oorzaak van de fatale ru'i'neering der onderneming is echter een geheel andere, dan men .vermoedt. Hunby is juist dien dag uit de gevangenis ontslagen en in Sandhavn gekO'men. Hij vindt daar alles veranderd, zoekt zijn oude huis tevergeefs en geheel' verdwaasd, somber-hartstochtelijk zinnend op vernieling van wat hem vernielde, is hij aan het havenhoofd gekomen. Hij heeft daar de kraan gezien, en ineens is zijn besluit gemaakt. Vroeger lieeft hij eens gezien hoe het logge gevaarte in beweging wordt gebracht en die ervaring kO'mt hem nu van pas. Hij klimt in het bedieningshuisje en haalt den handle over, waardoor langzaam het

toimenzware ding naar den pierkop tegint te kruipen. In saddistische voldoening blijft Hunby in liet huisje bij de machinerie staan, tol de geweldige catastrophe komt en. hij, met de kraan, naar beneden stort in de. wild-schuimende golven.

Het siooanschip is intusschen voor de haven gekomen, maar de kapitein, wel de bekende waarschuwingsseinen hoorende, maar niets bespeurend van havenhchten e.d. meent, dat hij door den storm zijn koers is kwijt geraakt en keert, uit vrees voor •stranding, naar de open zee terug.

Sandhavn's toekomst is vernietigd: het haven werk is onherstelbaar vernield. Wat nog te redden zou zijn geweest bij direct ingrijpen moet worden prijsgegeven, omdat nergens menschen te vinden zijn: het is de nacht van de doodenvlucht en alles wat handen heeft staat onder den vuurtoren te rapen! „De visschers, die als havenwacht hadden moeten fungeeren hadden alles, haven en sohip in den steek gelaten; een oud instinct was ontwaakt, het was de nacht der vogelvangst". En terwijl daar, onder den vuurtoren, de snijding der belangen bloedig is, is ze het ook bij 't havenhoold: riunby heeft zich gewroken en Nagel, die zijn toekomst vernietigd ziet, verhangt zich in een der kamers van het hotel.

Alleen de vuurtoren, onbewogen onder al dio botsingen, en van een eigen electrisohe installatie voorzien, werpt wijd en stralend, zijn helle bundels over de donkere zee en het donkere land... Tngels, die zich doodvliegen om den vuurtoren, die onveranderlijk isl

Zoo is de hoofdlijn van het boek. Maar daar doorheen loopt een andere lijn, . die van .lohan Brandt, den zoon van den-torenwachier. Zijn geschiedenis is een verhaal in - het verhaal. Hij heeft het huis van zijn. somberen, ongenietbaren vader . verlaten om zelf z'n kost te verdienen. Z'n hoop is gericht op de toekomst van Sandhavn, die hij van kind af heeft zien groeien en op Bodil, Hunby's dochter. En ter ' verwezenlijking van die hoop is hij uitgetogen, om te verdienen. Overal stoot hij op de zelfzucht der menschen, in de oude, bekrompen wereld van.Noxdby, maar ook in het nieuwe Amerika, waar hij bij §en neef het schildersvak leeren zou. Hij zet zich echter tegen alle moeilijkheden schrap en vindt ten ^slo-tte zijn carrière: -als rec]a, m.eteekenaar maakt* hij goeden opgang. Het verlangen naar zijn vaderland en naar Bodil wordt ten slotte zoo sterk, dat hij naar Denemarken terugkeert, maar als geslaagd man, want hij gaat in opdracht van zijn patroons, om relaties in de Skandinavische landen te zoeken. Daar in Sandhavn vindt hij de ruïne van al zijn verwachting. „De haven was onbruikbaar. Het water liep er. doorheen als een zeef, dj.e bood de schepen geen. beschutting, maar zekeren ondergang". En van Bodil hoort hij geruchten (te onrechte, , zooals uit het verhaal zelf den lezer bekend is) die ook de hoop op haar liefde doen vervliegen. En hij komt tot de erkenning, dat hier niets meer hem bindt.

Stellig is er in dit verhaal dramatische kracht, niet slechts in de sterk-sprekende teekeuing van de bloedige snijpunten der belangen, maar vooral ook in de personen-typeering. Nagel - aart den eenen kant, Hunby, de torenwachter Brandt, de ingenieur Severin aan de andere zijde, zijn als karakters voortreffelijk uitgebeeld. En heel de sfeer is die van het Skandinavische boek, zooals we die boven met een enkel woord omschreven. Maar het is zóó triestig en. wanhopig-lichtloo.s, zóó pessimistisch in zijn beschouwing van het leven als één groote mislukking en teleurstelling, bovendien in zijn toon - ZOO cynisch en in zijn mentaliteit zoozeer vijandig tegen wat voor ons de hoogste levenswaarden, zijn, dat we het niet ter lezing kunnen aanbevelen, 't Verdient als literair werk zeker de vermelding —-vandaar dat we er ook een artikel aan gewijd hebben — 't is ongetwijfeld wat men no'emt een „sterk" boek, sterk' in zijn compositie en analyse, goed ook van stijl (ofschoon het cynisme weleens in gewilde uitdrukkingen en vergelijkingen zijn kracht zoekt), een merkwaardige vertegenwoordiger ten slotte van moderne Deensch© literatuur, maar met dat al toch niet een boek, welks lectuur ons verrijkt, .veeleer juist van tegengestelden invloed, • en daarom niet een gewenschte roman.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 oktober 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

LITERATUUR EN KUNST.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 oktober 1927

De Reformatie | 8 Pagina's