GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Amerlkaansche zusterkerk jubileert.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Amerlkaansche zusterkerk jubileert.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dat was een prachtige aanblik ~ gezien van het podium — de aanblik van de ruim drie duizend mannen en vrouwen, jongelingen en jongedochters, die het publiek uitmaakten dat was opgekomen aan den avond van Dinsdag 7 Juni, in het groote „Armory" gebouw in het hartje van Grand Rapids in den 'staat Michigan, om het diamanten jubileum der Christian Reformed Church feestelijk te herdenken. Laat ons die Kerk maar allereerst introduceeren aan onze lezers. Het schijnt wel eens noodig. Een jaar of wat geleden, toen schrijver dezes de consistoriekamer der Geref. Kerk te Brussel binnentrad, om volgens gemaakte regeling het Woord te bedienen, opperden een paar broeders bezwaar. We kwamen ja van de „Christelijke Gereformeerde Kerk" en daarmede had men geen „correspondentie". Ze verwarden de Amerikaansche Kerk met de gelijknamige groep in Nederland, Doch tusschen die twee gelijkgenoemde Kerken bestaat heel geen correspondentie. Wel echter tusschen de Amerikaansche groep en de Gereformeerde Kerken in Nederland. Al reeds van het begin. En dat „begin" grijpt terug naar 1857. Dat is juist vijf en zeventig jaren geleden, toen de Christian Reformed Church in Amerika tot openbaring kwam. En om dat feit feestelijk te herdenken kwam het bovenbedoeld publiek samen op 7 Juni. Inderdaad, van het podium gezien een prachtige aanblik.

Op gereserveerde plaatsen zaten de synodale deputaten. Voorts onze menschen, jong en oud, van nabij maar ook van verre. Op het podium zaten niet minder dan 220 zangers en zangeressen, allen in zwarte toga's. Op krachtige, prachtige wijze zongen ze kostelijke liederen — klassieke liederen en een paar gelegenheidsgedichten. AUes in het Engelsch. Zoo was trouwens bijna heel het program. En geen wonder. Een kerkengroep die al vijf en zeventig jaren bestaat, in een Engelsch sprekend land, kon en mocht toch waarlijk de taal der Nederlandsche Vaderen niet langer blijven handhaven. Dat ze echter nog niet geheel vergeten is, bleek uit het hartelijk zingen, door het gehoor en koor, van een tweetal Hollandsche Psalmverzen. Dat ging hartelijk en in vlug tempo. In den geest der feestviering met onzen historischen achtergrond. „God baande door de groote baren", en „Geloofd zij God met diepst ontzag". Dat het oudere geslacht de Nederlandsche taal nog niet vergeten was, bleek uit de aandacht met welke men de rede volgde van Dr S. O. Los uit Den Haag, deputaat der Gereformeerde Kerken in Nederland. Hij trok een parallel tusschen de reformatorische bewegingen in Nederland in 1834 en 1886; in Zuid-Afrika in 1859, en in Noord-Amerika in 1857.

Na deze toespraak in de taal der Vadeien gaf Dr Los een resumé in het Engelsch. Zonder ©en letter voor zich. En voor ©en geheel vreemd gehoor. Maar het ging hem goed af.

Er waren nog twee andere sprekers op het program. De eerste was schrijver dezes. Hij sprak over de Chr. Geref. Kerk in het verleden. „De Heere heeft groote dingen aan ons gedaan — dies zijn wij verblijd", was het tekstwoord, dat werd aangehaald. Uit Psalm 126. Zeven „groote dingen" werden genoemd — allerlei reden gevend tot blijdschap in den HEERE. Niet om te roemen in menschen. „Soli Deo G-loria". Trouwens, heel de feestviering door klonk die noot. Wat kunnen CalTinisten ook anders doen?

Allereerst, zoo werd door schrijver dezes gezegd, deed God groote dingen door ons voorgeslacht naar Amerika te voeren, rijkbeladen, met een hee^ lijke erfenis. Gaf Cyrus aan de terugkeerende Joden, in Psalm 126 bedoeld, rijks gaven mede op hun weg westwaarts over de zandzee — onze Koning gaf onzen Pelgrimvaders evenzeer groote schatten mede op hun westwaartsohe reize over de groote waterzee. Wat waren die schatten? Afkomst vaa een klein, doch waarlijk groot volk, met een roemrijke historie. Daarenboven, ze droegen in de hand als een kostelijk erfdeel, onze drie Belijdenis-schriften; ze hadden der wereld gepubliceerd dat ze kwamen met twee groote idealen: christelijk onderwijs en zending. En in hart en geweten hadden ze de beginselen van het Calvinisme. Dat was een rijk volk, dat hier kwam, al was het uitwendig „niet vele rijken, niet vele edelen". Het tweede der „groote dingen" bestond volgens den spreker uit afkomst uit drie kerkelijke „homes", die der kerken van de Afscheiding van 1834; der Doleanti© van 1886, en der Oud4> erefoTmeerde Kerken van Bentheim en Oostfriesland. Vervolgens werd genoemd als ©en feit dat tot blijdschap stemde, dat onze Unie-ervaring van 1849 tot 1857 ons genezen had van lust om vereeniging met andere groepen te sluiten. Daarom werden in 1898 de verzoeken van dien aard van de zijde der Vereenigde Presbyterische Kerk van de hand gewezen, en evenzeer, in 1930, de dergelijke invitatie van vier of vijf Gereformeerde en Presbyterische Kerken in de Vereenigde Staten.

In de vierde plaats noemde de spreker als ©en der groote dingen Gods dat bijna elke provincie in Nederland, benevens Bentheim en Oostfriesland, hare contributie leverde. Genoemd werden een aantal namen van „mannen van beteekenis" in de historie onzer Kerken in de V. S. En, deze verschillende groepen hadden geleerd samen te werken. A la Kipling werd aangehaald:

„With us there is no east nor west, , ^_., ._ Border nor breed nor birth; ' We all aim at the kingdom's best, Though we come from the ends of the earth."

Vervolgens werd er op gewezen hoe de Heere God ter gepaster tijd mannen riep om een speciale taak te ondernemen, „men of the hour", zooals we dat in 't Engelsch uitdrukken. Als zoodanig werd allereerst genoemd Gysbert Haan, een der eerste Afgescheidene ouderlingen te Hilversum, volgeling van Prof. van Velzen. Het was wel eigenaardig, dat de deputaat der Geref. Kerken vroeger te Hilversum had gestaan, en meer dan eens, naar hij verklaarde, sporen van G-. Haan's optreden had opgemerkt. Als een ander „man van het uur" werd genoemd Ds D. J. van der Werp, die reeds in de dagen van Ds H. de Cock bekend werd en in, Amerika als opleider van verschillende mannen vooT den dienst des Woords en als redacteur van „De Wachter" zich zeer verdienstelijk maakte, vanaf 1866 tot zijn dood in 1876. Zijn opvolger, Prof. G. E. Boer, gegradueerd van de Kamper School, was zijn waardig opvolger. Voorts werd de naam genoemd van Dr Geerhardus Vos, van 1890 tot 1893 hoogleeraar in de dogmatiek aan de Theol. School der Kerk te Grand Rapids, en sedert dien, tot op zijn aftreden onlangs, wegens ouderdomsgrens, professor in de Bijbelsche Theologie aan het bekende Princeton Seminary. Nog andere namen werden genoemd, in Nederland minder bekend, behalve wellicht de naam van Ds K. Kuiper, voorheen te Garrelsweer, die het middelbaar onderwijs onder ons een flinken stoot gaf.

Ook werd door den spreker gereleveerd hoe de Heere van tijd tot tijd aan de leiders der kerk ©eo visie gaf van de taak der Gemeente Gods op aarde. Eerst kwam het oog voor de noodzakelijkheid van het handhaven der drie keateekenen der Kerk, iets wat, naar de spreker beweerde, vooral aandreef tot den Terugkeer van 1857 tot het standpunt der immigrantenkerkein in Michigan, dat in 1849 was verlaten. In het laatstgenoemde jaar kwamen de leeraars dezer kerken en een twintigtal ouderlingen samen, zonder daartoe door hunne respectieve kerkeraden te zijn gedeputeerd op de gewone wijze, en besloten tot oonditioneele Unie met de Geref. Kerk in Amerika. Conditioneel was deze Unie omdat de vertegenwoordiger der laatstgenoemde Kerk, om d© zaak, die op weerstand stootte er door te krijgen, de belofte deed dat de immigranten te eeniger tijd, wanneer ze de nieuwe connectie bevonden te zijn tegen him godsdienstig genot en voorspoed, de vrijheid zouden hebben om een hroederlijk vaarwel te zeggen en weder onafhankelijk te zijn. Het was vooral de bovengenoemde

Haan wiens argumentatie onze mensohen van 1857 overtuigde dat het beter was op zichzelf te staan. Iets wat feit werd toen op 8 April 1857 brieven werden ingeleverd vanwege twee kerkeraden en twee leeraars, mededeelend dat men zich onttrok aan de nieuwe connectie. Die twee leeraars waren Di K. van den Bosch en H. G. Klyn.

En — nu beweerde de spreker dat achter en in die actie van 1857 de begeerte school en zat, om de drie kenmerken der Geref. Kerk te handhaven. Reeds van dat begin van 1857 had men terzelfder tijd een oog voor de zend ing staak, waarvoor men reeds in het pasgenoemd jaar een maandelijksch biduur bepaalde in al de kerken. Dat men niet vóór 1879 tot het werkelijk uitzenden van een zendeling-leeraar kwam, was grootendeels het gevolg van armoede en kleine kracht. Toen de zendingstaak met kracht werd aangegrepen, was men middelerwijl begonnen met het oprichten van Christelijke scholen, terwijl nog later, onder de inspiratie van het Nederlandsohe voorbeeld, de taak der philanthropie ter hand gevat werd. 'Gietuige de kostelijke inrichtingen van Bethesda in Denver voor Teringlijders, en voor Zenuwlijders te Cutlerville, in Michigan, ea te Goffle Hills in New Jersey. Hand in-hand met het opwafcend leven en streven betreffende inrichtingen van barmhartigheid kwam, vooral sedert 1898, toen Dr A. Kuyper ons land bezocht, ' liefde voor het Calvinisme als een levensbeschouwing, op allerlei gebied „Rro Rege" uitroepend.

Ook wees de schrijver op het successieve in het grijpen naar verschillende levensidealen. Eerst stond het pelgrimideaal op den voorgrond; toen dat des krijgsmans. Nog later leidde het ideaal van den getuige van Christus een betrekkelijk groot getal van jongelieden om opleiding te zoeken voor zendingsarbeid. En in de laatste jaren trad op den voorgrond het ideaal van wat we in het Engelsoh noemen de „stewardship of life", het rentmeesterschap betreffende het leven, de bezittingen., de kinderen, ja alles wat het onze mag heeten. Alles voor den Heere gelegd op Zijn altaar

De hand des Heeren was opmerkelijk in het verschijnen van visie na visie betreffende de taak der Kerk in Amerika. In zijn zevende en laatste punt wees de spreker op Gods blijdschap gevende „groote daden" in den groei der Christian Reformed Church. Op 25 Januari 1857 was heel de groep, voor zoover de stad Grand Rapids betrof, vergaderd in de voorkamer der eenvoudige woning van G. Haan. En nu vormen de Christian Reformed de sterkste groep in diezelfde stad, die nu 160.000 inwoners telt; zelfs sterker dan de Roomschen. Zij telt tegenwoordig omtrent 250 kerken met ruim 100.000 zielen, bediend door ruim 200 predikanten. Voorts heeft de Kerk een flinke zending onder de Indianen in de Vereenigde Staten, in China en in Canada. Hare zonen en dochteren dienen in het Evangelie in allerlei landen en werelddeelen: in het hartje van Afrika, in Egypte, in China en Indië, in Zuid-.4Lmerika en in België en Turkije. Dat, zeide spreker, was van den Heerie geschied, en is wonderlijk in onze oogen. Dat gold ook naar hij beweerde, het oprichten van kerkgebouwen, pastorieën en schoolgebouwen, vooral de kapitale gebouwen, vier in getal, die het tehuis vormen van Calvin College en Seminarie te Grand Rapids, met omtrent 400 studenten.

We zullen maar niets verder noemen, wat dat laatste punt betreft. Opdat men niet denke aan Amerikaansche grootspraak. Als Dr Los straks aan de Geref. Kerken verslag geeft van zijn wedervaringen hier te lande, zal hij gaarne er mede instemmen dat betreffende de Kerk hier bedoeld, de HEERE groote dingen deed, en blijdschap dus gepast is.

Prof. L. Berkhof, hoogleeraar in de dogmatiek van Calvin Seminarie te Grand Rapids, en president van die inrichting, hield een redevoering over de Chr. Geref. Kerk en de toekomst. De Kerk moet steeds gedachtig zijn aan haar geestelijk karakter. Zij is niet slechts een menschelijke instelling voor , onderlinge stichting. Haar oorsprong en levenstaak IS geestelijk. Zij moet arbeiden met geestelijke middelen. Zij behoort het oog te vestigen op'de wereld die buiten de onze ligt. Wat de Duitschers noemen het „Jenseitige". De Kerk moet voorts de aandacht er op vestigen, dat 't evangelie voor den enkeling is. De onderwerpen wedergeboorte en bekeering dienen een plaats te behouden in de prediking des. Woords. De Kerk moet vóór alles getrouw zijn aan den Christus. Hij is haar hoofd. De spreker pleitte met zijn gehoor om getrouw te blijven aan het Gereformeerd belijden en beleven. De stroom des tijds js tegen ons. Maar, oproeiend tegen dien stroom, 'S het de taak der Chr. Geref. Kerk om hare contributie te leveren voor het denken en leven van Amerika: getuige te zijn voor de geheele waarheid, de uitersten van intellectualisme en emotionalisme ontwijkend, en het zedelijk leven niet verwaarloozend.

In conclusie drong Prof. Berkhof er op aan om 2ich bewust te worden van een taak betreffende hen die niet van onzen nationalen oorsprong zijn om ze te bereiken met het evangelie.

Het was reeds tegen elf uur, dat het program was afgewerkt. Het werd, laten we dat nog opmerken, gesloten met dankzeggirig door onzen nes-'or. Ds J. Noordewier, 92 jaax oud. In Niezijl ge­ boren. Broeder van Meppel's nog niet vergeten vroegeren predikant.

We gelooven dat om en op dit feest uit menig hart dankzegging oprees tot Hem die alléén groot is, en van wien hét volk des Heeren niet alleen zijn sterkte heeft, maar ook de visie van een levenstaak. „Soli DeO' Gloria".

HENRY BEETS.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juli 1932

De Reformatie | 8 Pagina's

De Amerlkaansche zusterkerk jubileert.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juli 1932

De Reformatie | 8 Pagina's