GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Praktijken van Satan.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Praktijken van Satan.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

En terstond dreef Hem de Geest uit in de woestijn. Mark. 1:12.

Welk een overgang is het voor den Christus geweest, van den heerlijken Jordaanoever naar de vreeselijke Quarantania bij Jericho. Toen Hij in den Jordaan gedoopt was, zag Jezus den HeiÜgen Geest op Hem nederdalen, gelijk ©en duive; in de woestijn spookte de duivel rondom Hem als een brieschende leeuw.

Naar dat gansch onherbergzame oord werd Jezus geleid, de evangelist Markus zegt gedreven, hoofdst. 1:12, om van den Satan te worden verzocht. Wat een verwonderlijke volgzaamheid, hoe een grenzenlooze zelfverloochening, en welk een Onuitsprekelijke zondaarsliefde werd hier bij Christus openbaar.

Hij, die van de hemelen kwam, liet zich leiden naar de vreeselijke woestijn. Een oord van diepe stilte en angstwekkende eenzaamheid. Al verder, al dieper drong Hij er in door, tot geen enkel'blijk van menschelijke samenleving meer viel te bespeuren. Hij, die in den hemel steeds de halleluja's der heilige engelen hoorde, verneemt nu niets dan het gebrul van het wild gedierte, dat de nachtelijke stilte verbreekt.

In die gruwzame eenzaamheid komt de duivel tot Christus. En in bange oogenblikken sluipt de zielemoorder steeds rondom 'sHeeren volk, om zijn kracht en list tegen hen te beproeven. De stille eenzaamheid in den verborgen omgang des gebeds met God, is het machtigste wapen tegen den duivel. Maar als de geloovige in uren van moedeloosheid als op zichzelf geworpen ter neerligt, staat hij van alle zijden voor Satans aanvallen bloot.

Een gruwzame woestijn was het oord der verzoeking. Hierin ligt een diepe gedachte. De woestijn is een huiveringwekkende plaats. Zonder gras en zonder water. Maar vol holen en kuilen, waar de dood in allerlei schrikgestalten rondwaart. De ijselijke ledigheid van de woestijn wordt gevuld door slangen en schorpioenen, door alles, wat slechts dreiging en verschrikking brengt. Geen geduchter opsluiting dan zulk een geopende eindeloosheid. De Vorst des Levens, staande aan den ingang van Zijn Messiaansche loopbaan, bevond zicli op de plaats des do^ods, ten einde over de machten des verderfs en der hel te triumfeeren.

De woestijn is een beeld van den ontzettenden toestand, waarin de zondaar van nature verkeert. Hij ligt in de woestenij zijner zonde en ellende hulpeloos en machteloos neer, van aJle kanten bedreigd door dood en verderf.

De eerste Adam was in een lusthof toen de verzoeker kwam; de tweede Adam in een woestijn, beeld van wat de aarde om den zondeval gehéél had moeten worden, maar door Gods erbarmende goedheid slechts voor een deel geworden is.

In het paradijs stond Adam tegen God op; in de woestijn bleef Christus, ondanks alle verzoekingen des Satans, Gode onderworpen. De zaligheid, in een paradijs verloren, is in een woestijd herwonnen.

Weken achtereen heeft Christus daar vertoefd. Aan het einde der veertig dagen hongerde den Heiland.

Na verschillende schermutselingen kwam de duivel nu tot zijn geweldige hoofdaanvallen. Hij zou nu al zijn Satanskunsten tegen Hem te weer stellen.

Zoo doet de verderver steeds. Altijd tracht hij laaghartig zijn voordeel te doen met de zwalcheid en nood van 'sHeeren volk. Hij kent o zoO' goed de zwakke plekken van elk geloovige. Deze bespiedt hij onophoudelijk. In zijn verzoekingen sluit hij zich gewoonlijk precies bij de omstandigheden aan. Den hongerige verzoekt hij met brood, den arme met geld, den kranke met gezondheid, den werklooze met slechte praktijken hem voor te spiegelen.

Christus bleef staande, ondanks de driemaal herhaalde, al feller aanvallen van den Satan. Adam viel reeds bij de eerste verzoeking.

Hoe onderscheiden ook van karakter, de verzoekingen hadden hetzelfde doel: den Heiland te lokken of af te stooten van de plaats. Hem door den Heere aangewezen. De Satan wilde allereerst het Woord Gods twijfelachtig maken. „Indien gij Gods Zoon zijt", zoo lispelt de verleider. De duivel zet gaarne zijn godslasterlijk „indien" vóór alles, wat God in Zijn Woord geopenbaard en in het hart Zijns volks gewrocht heeft. „Indien gij een kind Gods waart, zou dan wel zooveel smart en ellende u overkomen; en moest uw leven dan ook niet heel anders zijn? Indien God de Schepper en Onderhouder van alle dingen was, zo-ii' het er dan in de wereld wel zoo jammerlijk uitzien al s tegenwoordig ? ''

Satan tracht Christus in onzekerheid te brengen over zichzelf. En menig geloovige wordt door Satan's zeef zóó geschud en geslingerd, dat hij niet meer weet, wat hij van zichzelf denken moet.

Die „indiens" van den verleider zijn zéér gevaarlijk. En hij heeft vele van zulke giftige pijlen op zijn boog.

De duivel beproefde verder den Heiland af te trekken van de stipte gehoorzaamheid aan Gods Woord, ten einde Hem op eigenwillige paden te voeren. Hij wilde Christus er toe brengen, op eigenmachtige wijze zichzelf te helpen. Satans ^oriepunt zou het geweest zijn, als de Zone Gods een knieval had gedaan voor den groeten tegenpartijder Gods.

Ofschoon het bij den Heere Jezus alles op geheel eenige wijze geschiedde, worden deze praktijken aldoor en op allerlei manier tegen Gods volk beproeTd. Gelukkig, zoo door den Heiligen Geest ons oog verlicht wordt, teneinde de listige omleidingen des duivels steeds scherper te onderkennen. Want er is geen gevaarlijker pad dan eigen weg. Geen grooter zwakheid dan eigen kracht. Geen gevaarlijker en bedriegelijker waan dan eigenwijsheid. Wie zichzelf helpen wil, brengt zich slechts in al grooter ellende.

Wacht u daarom voor de praktijken van Satan, biddende, dat de Heere u genadig de wapenrusting des geloofs verleene. Dan zult ook gij den verleider in 's Heeren kracht kloekmoedig wederstaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juli 1932

De Reformatie | 8 Pagina's

Praktijken van Satan.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juli 1932

De Reformatie | 8 Pagina's