GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT HET POLITIEKE EN SOCIALE LEVEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT HET POLITIEKE EN SOCIALE LEVEN

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

EN SOCIALE LEVEN

Hst Boek van Stanley Jones.

Eenigen tijd geleden!) hebben w-e in dit blad een paar opmerkingen gemaakt over het boek van Stanley Jones: „Christus' Antwoord op het Communisme". Onze critiek ontmoette enkele bedenkingen. We zouden — werd gezegd — door een feUe belichting van sommige onderdeelen de aandacht van de hoofdvragen hel> ben afgeleid en meer jgelet hebben op de compositie van bet boek dan op den eigenlijken inhoud. Het vurige pleidooi van Stanley Jones voor een waarhjk Christelijke samenleving, zijn oordeel over de vele misstanden in deze wereld en zijn Uefde voor de „onterfden", verdienden een betere waardeering. Stanley Jones had aan de menschheid de groole rijkdommen en de heerlijke kracht van het Evangelie getoond, hij wilde haar leiden naar de Bron van alle leven. Zijn •dringende smieekbeden om alle hinderpalen weg te ruimen, die de verbreiding van het EvangeUe zoo sterk belemmerden, mochten niet worden gestoord. In deze zorgvolle tijden moest iedereen luisteren naar zijn waarschuwende stem, hem volgen in den strijd tegen onrecht en geweld en hem steunen in zijn ijveren voor het Koninlu-ijk Gods. „Werpt de deuren bij zijn komst toch wijd open!"

Deze bezwai-en mogen we niet zonder meer afwijzen. Stanley Jones gelooft in de alles ovei'winnende kracht van het Evangelie en legt van dat geloof op dikwijls ontroerende wijze getuigenis af. IWie zijn werk wil beoordeelen, zal zich vooraf ernstig rekenschap moeten geven van de houding, die hij straks inneemt; het bepalen daarvan kost ongetwijfeld sti-ijd. Is het wel verantwoord om in een wereld, die dorst naar het Evangelie, een verkondiging daarvan, zooals nu door Stanley Jones is geschied, aan critiek te onderwerpen?

Naai- onze overtuiging is diie critiek liier ten volle geoorloofd. We kunnen het boek van den Britsch- Indischen zendeling om vele redenen niet aanvaarden en achten het zelfs schadelijk voor het bereiken van het door hem gestelde doel.

Het fundament van zijn pleidooi voor een waarlijk Christelijke samenleving heeft veel gebreken. Een gedeelte daarvan — het oordeel over het huidige Rusland — mist alle evenwicht. Het is opgetrokken uit — voor het meerendeel zwakke — brokstukken, die zich niet laten samenvoegen. Het sociaal-economische karakter van de Russische samenle\'ing kan zeker niet ^gemakkelijk worden bepaald, zeer dikwijls werd al te liclitvaardig een „spoedige ineenstorting" voorspeld — mede daarom kunnen ons de bescliouwingen van Stanley Jones niet bevredigen: ©en reeks van vluchtige reisindrukken brengt hij op een vluchtige wijze onder woorden ^), waarvan hij vele zelfs op de lippen van Christus legt. 3)

De beschouwingen van Stanley Jones over de Westcrsche samenleving vormen eveneens zeer zwakke plekken in het fundament van zijn „Christelijk Plan". We hel> ben daarover vroeger reeds iets gezegd. Wie, zooals Stanley Jones, met een gering aantal volzinnen liet gecompliceerde karakter van onze maatschajipij beschrijft of uitbeeldt, vervalt licht in de fout, dat hij abstracte ideeën uitgeeft voor het wezen der werkelijkheid. Ook Stanley Jones meent, dat hij met zijn beperkte schema's die werkelijklaeid volkomen kan omvatten en geeft daarmede het bewijs dat zeer veel aan zijn al te vluchtige waarnemingen is ontgaan. Zulk een schema is b.v. de tegenstelling: coöperatieconcurrentie, dat moet dienen om het verschil tusschen de Russische en de Wiestersche sociaal-economisclie wereld weer te geven. Elk van deze begrippen afzondei-lijk achten wij reeds ongeschikt om de genoemde maatschappij vormen te karakteriseeren *), de wijze waarop zij zijn gegroepeerd vermindert hun gebruikswaarde nog ™ meer. Zulk een schema is ook de „berg- en.daltheorie", met behulp waarvan hij de structuur van „onze kapitahstisclie samenleving" wil verklaren Beide schema's hooren hier bij elkaar. De concurrentiezucht en het niets-en-niemand-ontziendewinstbejag, die de Westersche wereld zouden beheerschen, maken, volgens Stanley Jones, van haai' bewoners wezens, die zich bergen van schatten verzamelen, welke zij aan anderen hebben ontroofd. De laatste pïaase van de „kapitalistisehc samenleving", zooals Mai-x die zich droomde, is voor Stanley Jones blijkbaar reeds werkelijkheid: „Nu heeft de Nemesis ons gevonden... Wie hebben ©en klassemaatschappij gesticht en nu is het oogenblik nabij gekomen, dat we er voor zullen boeten''.

De ficties van Marx hebben hem bekoord. Het verwondert ons niet meer dat hij een verklaring geeft van de crisis, die bijna letterlijk is te vinden — en dan toegepast op industi'iëele aises — in populaire marxistisclie geschriften, vooral in die uit vroeger dagen en ook.... bij Marx zelf: „De „meerwaarde" van het product van den arbeid"^ sclirijfl Stanley Jones, „ging naar hen, die kapitaal hadden verschaft. De arbeider produoeerde meer dan hij ontving. Daardoor was hij steeds met zijn koopkracht ten achter. Hij kon niet evenveel terugkoopen als hij had geproduceerd. Maar de kapitalist kon dit surplus evenmin opgebruiken. Hij was gedwongen het te beleggen in nieuwe ondernemingen, waardoor nog meer goederen werden geproduceerd. Maar omdat de ai-beider steeds in koopkracht ten achter was, ontstond er ©en over-productie. En dus werkloosheid en dus crisis. En dus ook de catastrophe, die than.s haai' hoogtepunt heeft." Ziedaar de „catastropheleer" van Marx in haar bekenden vorm.

De lezer oordeele nu zelf: Mogen we vertrouwen stellen in een sociaal hervormer, die klakkeloos dei'gehjke — om het eens zacht uit te drukken — simplistische beschouwingen overneemt, om ze te gebruiken voor het fundament van zijn „plan van het Koninkrijk Gods op aarde"? Stanley Jones demonstreert wel een ontstellend gebrek aan kennis op het hedendaagsche sociaal^economische tei-rein^); de klankbodem van zijn ziel trilt al te ge­

akKHjli mede, warneer primitieve Marxistische éluiden hem bereiken. Dat verhindert hem evenrel niet om den persoon van Marx, en ook iens systeem als geheel genomen, aan te vallen met een sdierpte, die alleen door een Werner jSombart wordt geëvenaard.

r Een beschouwing als die van Stanley Jones moet wel tot zeer onbillijke oordeelen leiden. Van een Ghristelijk-Sociale beweging, die — niet het minst in ons land — zulk uitnemend werk heeft verriclit n den strijd voor sociale gerechtigheid, beeft hij lijkbaar nooit gehoord. Zij bestaat voor hem niet. Over haar program, over haar geschiedenis, die ^zooveel schoone momenten kent, spreekt hij met •geen woord. Of valt ook die beweging onder het verschrikkelijke oordeel, dat hij durft te geven, zich. plaatsende op den rechterstoel van God? Hoort slechts! „W-e zijn tot God gekomen met een plan voor een nieuw ontwaken, maar op — voorwaarden, die de verhoudingen op sociaal en maatschappelijk terrein onveranderd zouden laten. E n God heeft ons plan niet aanvaard, e) We hebben tevergeefs gesm-eekt om een wereld-revival, het is niet gekomen. Wanneer het wel gekomen as, op onze voorwaarden, dan zou dat een catastrophe hebben beteekend, want dan zouden onrechtvaardige verhoudingen hierdoor een godsklienstige sanctie gekregen hebben. Dus«)(!) houdt fGod zich schuil... Het is den Heer niet „aangeinaam"... Hoe kan God Zijn zegen geven< 5) ••cp een Cluistelijke beweging, die gaat in de rich- 'ting van de moddersloot der particuliere winst, .sociale slavernij en walgelijke(!) ongelijldieid? Hij 'wacht*!) tot wij zullen gaan in de richting van het vrijlaten der slaven van elke soort "

Wie zijn die „we", op welk „plan", welke „Chr. beweging", heeft Stanley Jones hier het oog? Het is alles even vaag en dus onrechtvaardig. Hier slaat hij liefdeloos in den blinde met een scherpen geesel en velen van zijn bewonderaars juichen hem daarbij toe

. Neen, we kunnen Stanley Jones niet volgen op den weg, dien hij ons thans wil wijzen. De bezwaren zijn te groot, met hem bereiken we bet doel niet — integendeel. De breede uitleg, die hij geeft aan de toespraak van Jezus in de synagoge te Nazareth (Luc. 4), waarin het beele program van het „Koninkrijk Gods" zou be& loten liggen, is voor ons lang niet altijd aanvaardbaar. De tegenstelling: „materialistisch, atheïstisch communisme —Koninkrijk Gods op aarde", kan in den door hem gegeven vorm onmogeUjk worden oveigenomen. Terecht is in een recensie') gezegd: „Jezus heeft niet alle blinden in Israël genezen, hoewel dat zeker in Zijn macht zou zijn geweest. Daarom is het zeer gevaarlijk, van een programma van sociale bevrijding en gelijkheid te spreken, dat hier op aarde moet worden vervuld. Het Koninkrijk Gods op aarde is voor ons besef het einde, de bekroning van Gods werk in deze wereld en niet een toestand, die we moeten instellen "

We hopen later gelegenheid te hebben om op enkele principieele kwesties nader in te gaan; wellicht kan dat geschieden bij een behandeling van eenige moderne religieus-socialistische stroomingen.

Een sterk antithetische houding tegenover een boek als dat van Stanley Jones kan ongetwijfeld gevaren met zicli mede brengen. Wij mogen ons nooit tevreden stellen met het-alleen-maar-afwijzen van zijn beschouwingen over het j, sociale vraagstuk", er is zooveel in het sodaalHeoonomische leven dat om een oplossing roept en dat daarvoor de krachten van de belijders van Christus dringend noodig heeft. Vooral in dezen üjd, nu bijna overal de massa geestdriftig woi'dt gemaakt voor een „program van socialen opbouw". Bij den opbouw van een „waai-lijk christelijke maatschappijvorm" komt het in de eerste plaats aan op het fundament. Mogen anderen uitroepen, dat „de tijd van het werken met vrome resoluties voorbij is", dat de „Nederlandsche Cliristenen noodig uit hun zoeten dommel moeten worden wakker geschud" en dat daarvoor het boek van Stanley Jones zoo bij uitstek geschikt is, omdat het een „appèl is aan hel christelijk geweten, zoo scherp, dat er moeilijk aan te ontkomen valt'j wij zien dit boek als een waarschuwing, dat zonder een deugdelijk fundament, en ook zonder een grondige studie van de tegenwoordige sociaal-economische verhoudingen, een Christelijk-sociale actie mislukken moet. „Moge meer en meer de gedachte doordringen", schreef Prof. Schüder in het vorige nummer, „dat de rechte handhaving der behjdenis op theologisch gebied ook voor het politieke leven bevorderlijk is, omdat wat tegenwoordig uit den theoloigischen hoek komt, direct ingrijpt op politieke en sociale actie, en dus óf bouwt, óf breekt, ook op dit terrein."

Inderdaad, óf bouwt of breekt, óf bevordert óf tegenwerkt!

Aan dien eisch moet het boek van Stanley Jones worden getoetst.


1) Zie het nummer van 6 Sept.

2) Een teer punt is bij Stanley Jones de „rassenhaat". Deze komt, zegt hij, in Rusland niet voor. Ieder ras wordt daar gerespecteerd. Nauwelijks is zijn boek verschenen of we lezen in de bladen het protest tegen de gruwelijke deportaties van de Oost-Finnen naar Siberië.

3) „Christus, " schrijft hij, „zou Zijn goedkeuring heohten aan het schoolsysteem, waar de kinderen den geheelen dag verzorgd worden, terwijl de ouders aan het werk zijn." Enkele weken geleden vermeldde een offiëel bericht uit Moskou, dat 44 pet. van de huwelijken door echtscheiding eindigden. De ouders weigerden meestal de alimentatie plichten ten opzichte van de kinderen nn te komen-\ Zou er ook verband bestaan tussohen deze uitingen van liefdeloosheid en het door Stanley Jones zoo verheerlijkte systeem?

4) V.g. de opmerking van Prof. Is. P. de Vooys in zijn prachtige rede voor de „Ned. Maatschappij voor Nijverheid en Handel" (Juni 1935): „De welvaart door de wereld genoten.

dankte zij aan het vrije wereldverkeer. Dat de drijfkracht winst of winzucht genoemd wordt kan nooit verklaren, waarom dat wereldverkeer zoo sterk toenam en overal zegeningen bradht."

5) V.g. ook zijn wonderlijke beschouwingen over het begrip „sociale heriditeit": „d.i. de som van alle invloeden, die van buiten af op iemand inwerken, het klimaat, de economische toestanden, de sociale, de politieke, de moreele en de geestelijke verhoudingen, waaronder hij opgroeit...." , , Verander de sociale

tieriditeit en laat (1) het individu of de groep daarop reageeren en bij beiden zult ge een totale ommekeer kunnen waarnemen".. We kunnen voor de menschheid elke sociale heriditeit scheppen, die we self willen.... stel u eens voor, dat wij op groote schaal een nieuwe sociale erfelijkheid scheppen en stel dat op groote schaal de mensc'helijkheid daar op reageert, dan konden we, in een korte spanne tijds, een nieuwe menschheid scheppen.... (wij cursiveeren). Commentaar is overbodig. 6) Wij spatieeren.

7) Dr Ir van Beusekom, „Woord en Geest", 20 Sept. (Wij spatieeren.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT HET POLITIEKE EN SOCIALE LEVEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's