GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

EVEN PARKEEREN.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EVEN PARKEEREN.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De volle maat der genade.

Wat in de gelijkenis over de talenten opvalt (Mattheüs 25:14—30), dat zijn de groote bedragen, waaronder de gaven door den Heiland worden voorgesteld.

Zelfs de man met het ééne talent is, kapitalist. De koers dezer talenten wordt in het heiligdom bepaald. De wereld kan ze niet nawegen.

Wij moeten oppassen voor het streven Christelijke e V e n ]c n i e ë n van de wereld te willen zijn! Een pers te hebben als de groote bladen, een boek te produceeren dat in geen enkel opzicht voor het neutrale boek onderdoet, een „fijne" film te leveren, die net zoo trekt als Shirley Temple!

't Gaat hier niet over dienstknechten die talenten hebben, maar over een Heer, Die talenten heeft. Deze Heer verstrekt kapitaal aan zijn dienstknechten. Hij neemt alle risico^ voor Zich.

Ook de vrome wereld heeft de heilige schaal niet om de talenten na te wegen. Zij is wel onophoudelijk bezig haar ponden en onsen op de schaal te zetten. Maar ons metrieke stelsel faalt ten eenenmale in de dingen der genade. Het is één van de fijne trekjes in de gelijkenis, dat alles zich beweegt tusschen den Heer, die het talent geeft en den dienstknecht die daarmede handelt.

Zijn de talenten ongelijk door den Heer toegewezen, het resultaat is bij eiken dienstknecht even groot. Honderd procent! De vijf talenten brengen honderd procent winst, maar de twee talenten ook!

Wij moeten deze gedachte diep op ons laten inwerken, want wij koesteren een heel andere voorstelling. Wij kennen hausse, maar ook baisse. Er zijn dienstlinechten, dien het meeloopt en anderen, dien alles bij de handen afbreekt. De één wordt gehoiOrd en gelezen, in besturen gekozen, met velerlei arbeid belast, er gaat allerwege invloed van hem uit. Maar de ander valt niet op, trekt geen menschen, valt niet in den smaak van het lezend publiek, krijgt geen gelegenheid zich te ontplooien. Hij begraaft zijn talent'niet, maar de menschen begraven het — en hém er bij! Straks zetten zij misschien een steen op zijn graf: „Hier rust de man met de tien talenten!"

Zoo redeneeren wij vaak: ik had meer kmmen doen, als de markt maar williger geweest was. Maar deze opvatting moeten wij uit onze geschiedeniSu radeeren. Zij is foutief! Er is maar één vraag, waar het op aankomt: of de dienstknecht gehoorzaam is of niet. Dan behaalt hij honderd procent_ winst! De mannen, die handelden, hebben natuur-lijk wel hun verliesposten gekend, maar de Heer heeft zorg gedragen dat het eindresultaat toch voor elk werd honderd prooent.

Bij ongehoorzaamheid is ook het verlies totaal. Voor honderd procent vruchtbaar of voor honderd procent negatief. Een middenweg is er niet. De dienst Gods kan niet gebroken worden. Wie dat. waagt te doen, gaatVoor honderd procent verloren!

Het jaareinde nadert. Wij gaan boekhouden. Misschien was het voor ons talent een jaai' van groote schommelingen. Mogelijk is het in ons oog tot een B e k a ingeteerd.

Vul het maar in zooals gij wilt. Een mislukte dominee, evangelist, ouderling, onderwijzer, auteur. Een mislukt echtgenoot. Gij kunt zoo zielig de tien gera in uw handpalm bekijken en zuchten: Dat is er over van het groote talent, dat de Heer mij toevertrouwde!

O, als wij met onszelf rekening houden, dan zidlen wij moeten zeggen: het talent van den Heer is tot een enkele gera ingeteerd!

Zullen wij het schamele restje maar niet begraven en den dienstknecht prijzen, die te verstandig was om zijn talent te wagen? Zullen wij op het kerkhof der talenten niet dat roerende vers. aanheffen: Hier beneden is het niet? O Heer, Uw aanstelling is praematuur geweest. Uw talenten zijn in deze wereld niet gangbaar. Gij hebt zeer onvoorzichtig gedaan Heer, met zooveel risico te nemen. Ik kende U, dat Gij een onvoorzichtig en onredelijk mensch zijt. Gij beveelt ons U te dienen en Uw koninkrijk te doen komen in een wereld die daarvoor niet geschikt is. Die handelingen, die Gij ons opgedragen hebt, hebben Uw Naam schade gedaan. U moest eens hooren wat de menschen zeggen van de Christelijke wetenschap en de Christelijke politiek! Maar ik heb Uw talent kunnen redden uit de schipbreuk, hier hebt Gij het Uwe terug!

Neen, zoo ongeloovig en ongehoorzaam zullen wij niet re^Jeneeren. Wij zullen de talenten uitgeven in de wetenschap, dat het kapitaal onuitputtelijk is.

Met de laatste gera zullen wij nog handelen, in het geloof dat de Heer alle risico voor Zich heeft genomen.

En wij zullen verwachten de honderd prooent winst.

Want God geeft de volle maat der genade

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 december 1936

De Reformatie | 8 Pagina's

EVEN PARKEEREN.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 december 1936

De Reformatie | 8 Pagina's