EVEN PARKEEREN.

Iedere dag een

Iedere dag een.... Ja, wat een ?

Vraag dat maar aan uw kinderen met hun groote opmerkingsgave en hun ontvanivelijk gemoed Tien tegen één dat zij u vlot bescheid doen: Wel, Pa, dat staat immers in O NZE krant? Iedere dag een glaasje Bols

Ja, ONZE krant is BIJ, tegenwoordig! Vooruit is haar devies. Steeds

Natuurlijk is dat niet voor u geschreven, moedertje, met uw groot gezin. Waar zoudt gij dat "van moeten doen? Ik weet heel goed dat uw bede, uw snik is: ledere dag een snee brood voor mijn kinderen! Soms, als het zoo Donderdag Wordt, dan knijpt het, nietwaar? Maar de Heere helpt en, om dan Zaterdags te knielen en te mogen zeggen: Hemelsche Vader, ik dankU, dat Gi| mij iederen dag een boterham hebt gegeven voor mijn jongens en meisjes! Hè, dan trilt liet in je ziel, als je er weer zoo doorgesleurd bent, dan moet je het zingen: Gij hebt m'in 't hart meer vr'eugd gegeven, dan anderen smaken in een tij!d, Als zij door aardsch geluk verheven, bij koom en most wellustig leven

Dat is ook niet voor jullie gesdireven, mijn beste catechisanten. lic weet, dat het Jullie groot© zorg is iederen dag een maatje brandstof te krijgen. Je hebt mij laatst leelijk in de kou laten zitten, toen 's Woensdags het geld op was. De melkboer wou een halve kan poffen voor de baby, maar de kolonbaas pofte niet. Maar je sprak je man moed! in, vrouwtje, toen je zoo monter zei: oivermorgen gaat de kachel weer aan!

Ook voor u is dat niet bedoeld, broeder canidd- •daat! Jij' bent al blij als je hospita je iederen dag een kop slappe thee wil brengen, ofschoon je met de huur van je cubiculum wat ten achter' bent geraakt. Als je nu maar gauw een preekverzoekje krijgt kan je misschien weer even het hoofd! boven water houden.

Dat is ooli voor u niet geschreven, weleerwaarde Retel, daar op uw arme Friesche beide. Gij' denkt natuurlijk: Had ik het geld van al die glaasjes maar om de ergste nooden te stillen, die in de huisjes en hutten worden geleden! En gij'^ collega Ter Haar, ik zie u al vurig opspringen en uitroepen: Stuurden ze die kostelijike centen maar naar óns om de arme Vlamingen met het evangelie bekend te maken. Gij, onvermoeide Kapteijn zegt: Schenkt liever een beker koud water voor de arme Joodsche ballingen! En gij', waarde Schotvanger, pleit om u een liter benzine te tajjpen voor uw evangelie-wagen. Ik versta dat, man- Inen. Ik zucht ook: gaven ze mijl het geld van die glaasjes maar, dan behoefde ik die Zondagsschool niet te sluiten, waar de kindertjes uit de woonkazerne van den Heere Jezus hooren.

Het is anders wel een aardig plaatje, die affiche van Bols! Die massieve kop met die blikkerende tanden! Op Jeremia lijkt hij weliswaar niet veel. Op Paulus evenmin. Toch ligt het miji zoo bij, dat ik liem wel kèn. Wacht eens, ja, dat is hem! Ik heb hem eens zeer nauwkeurig door een groot menschenkenner hooren beschrijven: „Welker d'eel in dit leven is, wellcer God is de buik, welker heerhjkheid is in hun schande, dewelke aardsche dingen bedenken".

't Lij kt sprekend! Misschien kan ons Traktaatgenootschap het cliclié eens leenen voor een traktaatje, het zou wel inslaan, denk ili.

Die drankbestrijding lijlit mij anders heelemaal overbodig.

„Uit uw huis en van uw tafel!" heeft de groote Kuyper gezegd.

Onzin! Ziet u dronken menschen langs den weg loopen? Ik niet! Dat zag je vroeger wel, maar tegenwoordig loopen ze niet meer, zij rijden motor en auto. lederen dag een doode! Nou ja, nou ja, dat behoeft jou kind toch niet te wezen, ze kunnen net zoo goed het kind van een ander overrijiden. Ook komen er menschen ten val, iederen dag een scliaapje.... Nou ja, als je zwak bent moet je het niet doen. Dan moet je ook ONZE krant niet lezen, want die zou je in de verleiding brengen. Daar hebben wij toch de „Goede Tijding" voor en de „Elisabetlisbode"?

Dus iederen dag een... prosit! Santjes, dankje! Tusschen twee haakjes, dat was een mooie rede van onze goede Koningin over de geestelijke en zedelijke herbewapening.

Nou en of, maar wat zijn die wereldsche menschen toch. blind en verhard hé. Ja, zeg dat wel, ze leven alsof er geen oordeelen op aarde zijta. Nou lot kijk hoor! Je weet het hé, iederen dag een

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen