GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Thomas å Kempis te hulp geroepen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Thomas å Kempis te hulp geroepen

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onlangs is een predikant tot doctor theologiae gepromoveerd, die onder de aan het proefschrift toegevoegde stellingen ook deze ter verdediging aanbood, dat het, om een boek te recenseeren, noodig is dat boek gelezen te hebben.

Als men zooiets leest wrijft men zich de oogen üit.

Niet vanwege het wetenschappelijk belang van zulk een these.

Wat dat laatste betreft verbaast men zich hoogstens, dat ook zulk een stelling mee mag helpen iemand den doctorshoed op te zetten. Maar als men zulk een waarheid-als-een-koe achter het proefschrift van een promovendus leest, krijgt men toch het gevoel, dat er something rotten is met de recensierubrieken en dat het blijkbaar noodig is de heeren en broeders-recensenten aan deze waarheid te herirmeren.

Eerlijk gezegd, zoo'n stelling, op last van den Rector-Magnificus in het openbaar te verdedigen, doet je ineens de schellen van de oogen vallen. Want ai.< 5 je de recensies in sommige bladen leest en er een beetje weet var hebt, wat zoo'n recenseerende dominé allemaal te doen heeft, dan besluipt je soms de vraag: waar haalt de man den tijd en den moed vandaan om al die perskinderen te lezen, op zich te laten inwerken, en dan nog het zwaarste te doen: een beoordeeling zwart op wit te zetten?

Intusschen: de meeste recensies zijn meer beschouwingen over, dan beoordeelingen van een boek. Of de recensent zijn present-exemplaar gelezen heeft blijve een geheim binnen de vier muren van zijn studeerkamer; of hij den inhoud op zich heeft laten inwerken blijve het geheim van zijn crapaud. Het is in elk geval een verdienste, als hij zich in de hem toebetrouwde rubriek op de vlakte houdt. Dan weet je tenminste wat je aan hem hebt of wat je niet aan hem hebt. Wij voor ons mogen graag recensies lezen.

En we willen eerhjk bekennen, bizonder graag die van de hand van (Ds E. I. F.) N.(awijn) in „De Bazuin". Omdat ze zich zoo vlot laten lezen. En omdat het dus ook geen hoofdbrekens kost om ze bij te houden. Al is er soms wel eens een en ander in, dat je het hoofd doet breken.

Dat , was dezer dagen het geval.

Toen lazen we in de rubriek Leestafel een recensie, beter gezegd een aankondiging, van Thomas a Kempis': De navolging van Christus. Dat boek heeft de recensent gelezen, en blijkbaar zóó woest en zóó vaak, dat zijn exemplaar in de vertaling van Is. van Dijk er door „uit den band raakte". Nu er kunnen grooter ongelukken gebeuren. Maar het is erger, dat de recensent N(awijn) uit den band sprong. Want in de aankondiging van den derden druk van de vertaling van de Imitatio, die Dr B Wielenga bezorgde, laat hij zich ontvallen: „Ik meen, dat ook onder ons zulk een boek als „belijdenisgeschenk" mag aanbevolen worden. De uitgever gaf het in een soepel bandje van bruin linnen. Lezing ervan brenge velen tot een steeds ernstiger „navolging" van Christus. Want aan vroom leven is ook in onze Kerken dringend behoefte".

Zoo wordt de monnik Thomas a Kempis met zijn onschriftuurlijke „imitatie" van Christus (iets totaal - anders dan de schriftuurlijke navolging des Heeren) te hulp geroepen om het ingezonken leven in de Kerken, die (Ds) N(awijn) dient, weer op peil te brengen.

De „Verklaring van gevoelen", na praeadvies ter synode afgewezen maakte degenen, die op grond van de confessie de synodale leerbesluiten ook ten aanzien van verbond en doop verwierpen, het leerambt onwaardig. En het regeerambt. En het ambt der armenverzorging.

Zij werden en worden nog, óók door (Ds) N(awijn), van de kansels der gebonden kerken geweerd.

Maar aan den voet van diezelfde kansels is N. bereid aan de behjdende leden der gemeente voor him eersten gang naar het Avondmaal Thomas a Kempis mee te geven op den weg.

Omdat er aan vroom leven zoo'n behoefte is.

Als men Thomas a Kempis eens legt naast vraag en antwoord 80 van den Heidelbergschen Catechismus en daaimee naast héél het troostboek De thans vrijgemaakten eruit!

En Thomas er in!

Greijdanus had toch wel gelijk: snelle afloop als der wateren!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 april 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

Thomas å Kempis te hulp geroepen

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 april 1949

De Reformatie | 8 Pagina's