GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eng land. Toestand der Episcopale, Baptistische, Congregationalistische en Vrije Schotsche kerken.

Geen land ter wereld waar in deze dagen de waarheid Gods zoo fel wordt aangevochten als Engeland. Het gevaar komt niet van de zijde der Unitariërs, d. i. van de secte die het stuk van de heilige Drieëenheid loochent, maar wordt in den boezem der kerken zelve gevon den. In de Episcopale kerk neemt de stoutheid van hen, die deze kerk onder de heerschappij van den paus willen brengen, nog altijd toe; men leest er de mis en spreekt reeds aldus van den voorrang van den bisschop van Rome, dat men gereed schijnt om zich weldra eerbiedig geheel voor hem te buigen. En daartegenover staat slechts een zwakke evangelische partij, die wel tegen het invoeren van Roomsche plechtigheden en van drijven eener Pelagiaansche leer ingaat, maar die blijkt kleine klacht te hebben.

Onder de Baptisten heeft de nieuwe vorm, waaronder het oude ongeloof verwoestingen aanricht, voor menigeen zeer veel aantrekkelijks. De groote meerderheid der predikanten roept vrede, vrede, terwijl er geen vrede is. De leden van de «Council" verheffen hunne stem niet, dan om heii te laken, die protesteeren tegen de ondermijning der waarheden, die te allen tijde door de kerk des Heeren zijn beleden. Wanneer elk lid zich de vraag stelde, of men met dezulken kerkelijk verbonden mag blijven, die ope lijk de waarheid Gods tegen-, staan, zou er weldra een betere orde van zaker^ geboren worden. Maar nu weigeren velen, tehooren naar Spurgeon's stem, die eï op aan

dringt, dat men de werken der duisternis zal wederstaan.

Een leeraar van de Congregationalistische kerk zeide onlangs, dat, wanneer de leeraars in de gelegenheid waren zich uit te spreken, het blijken zou, dat 95 percent aan de oude waarheid is getrouw gebleven. Het ware te wenschen! In de pers en op andere wijze hebben de Congregationalistische predikanten overvloedig gelegenheid gehad, hunne gevoelens kenbaar te maken, doch over het algemeen openbaarden zij zich als bestrijders van Gods Woord. Het is te hopen, dat de gemeenteleden zich van deze leeraars zullen losmaken, nu het steeds meer blijkt, dat zij de z.g. nieuwe theologie zijn toegedaan. De voorgangers die van de belijdenis der gemeente afwijken, durveü gemeenlijk niet rondweg met hunne ontkenningen openlijk voor den dag komen; zij weten ze te verbergen onder rechtzinnige woorden. Maar dan verwekt de Heere weer mannen die de afwijking openbaar maken en het volk er voor waarschuwen. Zulk een man heeft Engeland in Spurgeon, die met kracht en klem er voor waarschuwt, dat men niet omgevoerd zal worden door de door zoovelen gepredikte valsche leer. Dat Spurgeon voor dien arbeid weinig dank inoogst en veeleer door zijn tegenstanders met smaad wordt overladen, kan men wel begrijpen. Het ware te wenschen, dat naar zijn bazuin, die zulk een zeker geluid geeft en dit bij toeneming, geluisterd werd.

In de Vrije kerk van Schotland ziet het er mede erbarmelijk uit In deze kerk heeft men de opleiding van de toekomstige dienaren des Woords aan twee hoogleeraren opgedragen, wier belijdenis tegen de Confessie , der kerk indruischt. Het is alsof daarmede de Vrije Schotsche kerk zelfmoord wil plegen. Het zou bevreemding kunnen wekken, dat twee heeren, die iets nieuwers en beters zoeken dan de beproefde belijdenis der gemeente, een ambt aanvaardden, waarbij zij hunne instemming betuigden met de belijdenis der kerk die zij gingen dienen, indiijn men het niet dikwijls gezien had, dat zelfs onderteekening van een geloofsbelijdenis door velen niet gehouden wordt als bindende kracht te hebben. Mocht er dan tegen zulk een treurig teeken als het aanwezig zijn van twee hoogleeraren die de nieuwe theologie zijn toegedaan, één kreet vanjangst uit het midden der gemeente opgaan. De stoutheid waarmede de hoogleeraren Bruce en Dods hunne afwijkende meeningen verkondigen, bewijst dat zij zich vast gevoelen in den hoogleeraarszetel waarop de General Assembly hen heeft geplaatst. Kennelijk verkeeren zij in de meening dat de groote meerderheid in de bovengenoemde vergadering, die de vertegenwoordiging is der Vrije Schotsche kerken op hunne hand is. Wij kunnen niet aannemen dat men bij de benoeming dier hoogleeraren misleid werd. Immers op de jongste vergadering in de maand Mei van verleden jaar werd de heer Bruce aanvolen als iemand wiens rechtzinnigheid nogal zou medevallen. Dit kan men niet zeggen wanneer iemands belijdenis boven allen twijfel verheven is. De strijd in den boezem der vrije kerk geldt volgens Spurgeon de vraag: »Is er een Bijbel, of is er geen ? Is er verzoening door het bloed des kfuises of is die er niet."

Wat zijn in weinige jaren de dingen veranderd. Toen ongeveer acht jaren geleden de hoogleeraar Robertson Smith met groote meerderheid van stemmen door de Assembly afgezet werd als hoogleeraar aan het College van Aberdeen, was het opmerkelijk, dat men kon verklaren, dat zelfs zij, die tegen de afzetting van genoemden hoogleeraar gestemd hadden, zich niet vóér de gevoelens van Smith hadden verklaard. Niemand had het voor de vergadering durven uitspreken, dat hij het met de Schrift uiteenrafelende critiek van Robertson Smith, die hij dreef op het voetspoor van Kuenen en Wellhausen, eens was. Wel waagde het iemand op te merken, dat de ontkennende critiek in de lucht hing en dat de kerk vroeg of laat haar invloed zou moeten ondergaan, waarop de nu reeds overleden Thomas Begg opmerkte, dat men die boven de kerk zwevende meeningen maar in de lucht moest laten hangen, doch niemand durfde het uitspreken, dat men met Robertson Smith homogeen was. En nu? Wij vreezen dat, tenzij er eene opwaking kome, de rechtzinnigen in de Vrije Schotsche kerk veroordeeld zullen zijn om ten tweeden male de Moderaten te zien heerschen in de kerken. Zou men zooveel offers vergeefs gebracht hebben? Zou men, na het juk van den Staat te hebben afgeworpen, zich gaan krommen onder dat van het ongeloof?

In het orgaan der Vrije Schotsche kerk is het alsof er geen wolkje aan de lucht is. Dit is mede geen goed teeken.

De inkomsten van de Vrije Schotsche kerk zijn zeer ruim. Toch gingen zij in de laatste drie jaren achteruit. Men heeft dit toegeschre ven aan den achteruitgang in handel en bedrijf. Doch wij vreezen, dat mede in aanmerking genomen moet worden het feit, dat men in vele kerken afgedwaald is van de gezonde leer.

Men ziet uit het bovenstaande dat eene Vrije kerk niet bevrijd blijft van pogingen van de zijde van Satan om haar te verwoesten. Wat wij in Schotland zien, behoort ons daarom met nadruk te vermanen, dat wij hebben toe te zien, het pand, ons toebetrouwd te bewaren. En terwijl wij gedurig tot afwijking ter rechteren ter linkerzijde geneigd zijn, mag er wel een gebed opgaan, dat de Heere ons in zijne kracht voor afdoling moge bewaren.

WiNCKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 januari 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 januari 1890

De Heraut | 4 Pagina's